6.5 Schaal berekenen

6. Vergroten
  • Ga rustig op je plek zitten, volgens plattegrond
  • Leg je spullen vast op tafel 
  • Tijdens uitleg luisteren, hand opsteken bij vragen
  • Rustig werken
  • Ik bepaal wanneer de les voorbij is en je mag opruimen
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolvmbo k, gLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

6. Vergroten
  • Ga rustig op je plek zitten, volgens plattegrond
  • Leg je spullen vast op tafel 
  • Tijdens uitleg luisteren, hand opsteken bij vragen
  • Rustig werken
  • Ik bepaal wanneer de les voorbij is en je mag opruimen

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

6. Vergroten
  • Voorkennis 
  • 6.1 Vergroten
  • 6.2 Factor
  • 6.3  Rekenen met de factor
  • 6.4 Schaal
  • 6.5 Schaal berekenen
  • Gemengde opdrachten / GT Omtrek en oppervlakte

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vandaag:
  • Heb je het huiswerk begrepen?
  • Schaal berekenen
  • Huiswerk opdrachten bespreken
  • Oefenen


Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verwachting

  • Boek en schrift op tafel en open
  • Luisteren tijdens uitleg
  • Snap je het al? Dan ga je in stilte aan het werk
  • Uitleg klaar? Aan het werk en vragen stellen 

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vorige les:
  • Vergroten
  • Factor
  • Schaal

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat leer je deze les?

Hoe je een schaal berekent
        leerdoelen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Heb je het huiswerk begrepen?

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Is figuur 4 een vergroting van figuur 1?
A
Ja
B
Nee

Slide 8 - Quizvraag

6.1

Wat is de vergrotingsfactor?

A
9,6 mm
B
7,2 mm
C
0,4
D
9 mm

Slide 9 - Quizvraag

6.2
Wat is de factor van deze vergroting?
(let op de eenheden)
A
32:1,6=20
B
32:160=0,2
C
1,6:32=0,05
D
160:32=5

Slide 10 - Quizvraag

6.3
Is de factor groter of kleiner dan 1?
Origineel            Beeld
A
Groter
B
Kleiner

Slide 11 - Quizvraag

6.4
Het treinmodel heeft een lengte van 33 cm.
In het echt is de trein 2871 cm. Bereken de schaal.
A
1 : 87
B
1 : 33
C
1 : 2871
D
1 : 20

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

VERGROTEN
Als je de werkelijke afmeting weet en de afmeting op de tekening, dan kun je de schaal berekenen. Je gebruikt hiervoor de factor.

uitleg 
Schaal berekenen
In werkelijkheid is de lengten van deze John Deer trekker 4,86 meter. Het model is 27 cm. Op welke schaal is deze trekker?

1) Wat is de factor? Gebruik een pijlenketting
2) Geef antwoord op de vraag: De schaal is 

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

vraag 31 blz. 228
oefenen  
a.
b.
c.
d.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelfstandig 
aan de slag 
Maak: opd.  30, 31, 32, 33, 34, 35, 36 (blz. 228)

Klaar?
Maak: opd U5 (blz. 231)
Zelfstandig aan de slag

Gebruik je aantekeningen als het even niet zelfstandig lukt.

Schrijf je berekeningen op.

timer
7:00

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

werk door tot de bel 
Huiswerk 
Huiswerk:

Mk: opd. 26, 27, 28, en o28 (blz. 225/226)
Klaar?
Maak opd. u4 (blz. )
Werk fluisterend binnen je tafelrij

Schrijf de berekeningen die je gebruikt op in je schrift.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Oefenen:
Bladzijde 228
Oefeningen 30 t/m 36

timer
6:00

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies