Unidad 3: En la recepción
1 / 28
Lesduur is: 60 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Pedro y yo ................. una carta.
(escribir = schrijven)
(escribir = schrijven)
A
escribe
B
escribís
C
escribimos
D
escriben
Slide 2 - Quizvraag
Ellos ................. pizza y pasta.
(comer = eten)
(comer = eten)
A
como
B
come
C
coméis
D
comen
Slide 3 - Quizvraag
Yo no ......................... alcohol.
(beber = drinken)
(beber = drinken)
A
bebo
B
bebes
C
bebe
D
beben
Slide 4 - Quizvraag
Carlos ......... un libro.
(leer = lezen)
(leer = lezen)
A
leo
B
lees
C
lee
D
leemos
Slide 5 - Quizvraag
Ana y tú ...................... en un apartamento.
A
vives
B
vivimos
C
vivís
D
viven
Slide 6 - Quizvraag
¿Usted ............... una casa?
(vende = verkopen)
(vende = verkopen)
A
vendo
B
venden
C
vendes
D
vende
Slide 7 - Quizvraag
Maribel y Luisa no ...................... su pregunta.
(comprender = begrijpen)
(comprender = begrijpen)
Slide 8 - Open vraag
El señor (abrir)___________ la puerta.
Slide 9 - Open vraag
Slide 10 - Tekstslide
La escalera
el gimnasio
la habitación doble
la habitación individual
la maleta
la cama
el equipaje
el aparcamiento
la llave
la tarjeta de crédito
Slide 11 - Sleepvraag
el ascensor
el desayuno
la televisión
la bañera
la piscina
la ducha
la recepcionista
la fecha de salida
Slide 12 - Sleepvraag
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
0
Slide 17 - Open vraag
4
Slide 18 - Open vraag
5
Slide 19 - Open vraag
10
Slide 20 - Open vraag
11
A
diezuno
B
diesuno
C
once
D
onse
Slide 21 - Quizvraag
13
A
trece
B
trese
C
diesitres
D
diecitres
Slide 22 - Quizvraag
17
Slide 23 - Open vraag
20
Slide 24 - Open vraag
Slide 25 - Tekstslide
Waar of niet waar?
De getallen tot en met 29 worden aan elkaar geschreven.
De getallen tot en met 29 worden aan elkaar geschreven.
A
Waar
B
Niet waar
