In deze les zitten 33 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
1.4 De Nederlandse Opstand Pt. 1
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Welke monnik had kritiek op de katholieke kerk?
A
Maarten Luther
B
Johannes Calvijn
C
Martinus Riethovius
D
Monikken werken altijd mee met de paus
Slide 3 - Quizvraag
Hoe noemen we het papiertje waar je je zonden mee kon afkopen?
A
Wisselbrief
B
Aflaatbrief
C
De Bijbel
D
Dit was niet mogelijk
Slide 4 - Quizvraag
Waarom was Luther tegen aflaten?
A
Alleen God kan zonden vergeven
B
Kerk werd te rijk
C
Luther wilde zelf een kerk
Slide 5 - Quizvraag
Wat was het doel van Maarten Luther?
A
De kerk hervormen
B
De kerk splitsen
C
De paus afzetten
D
Een nieuwe kerk oprichten
Slide 6 - Quizvraag
Luther werd vogelvrij verklaard. Wat betekent dit?
A
Hij werd vrijgesproken.
B
Hij werd ter plekke vermoord.
C
Iedereen mocht hem nu vermoorden.
D
Hij werd opgesloten in de gevangenis.
Slide 7 - Quizvraag
Wat past bij Luther?
A
beelden van heiligen
B
predestinatie
C
de bijbel in de volkstaal
D
de bijbel in het latijn
Slide 8 - Quizvraag
Wat probeerden Luther en Calvijn te doen?
A
Een nieuwe kerk te beginnen
B
De kerk afbreken
C
De kerk weer op te bouwen
D
De kerk te hervormen
Slide 9 - Quizvraag
De Opstand der Nederlanden
Slide 10 - Tekstslide
Personen uit de paragraaf
Karel V
Landsheer van de Nederlanden 1506-1555
Filips II
Landsheer van de Nederlanden 1555 - 1581
Willem van Oranje
Stadhouder 1572 - 1584†
Hertog van Alva
Landvoogd 1567 - 1573
Slide 11 - Tekstslide
Karel V
Soevereine vorst (de hoogste macht) van het Heilige roomse rijk (alle gekleurde gebieden).
Nederland bestaat op dat moment uit 17 zelfstandige staten (gewesten).
Elk gewest heeft zijn eigen bestuurd, wetten en belasting.
Karel V bestuurt zijn rijk vanuit Brussel
Voor de contacten met de gewesten benoemt hij een stadhouder.
Als Karel V niet in Brussel is benoemt hij een landvoogd als tijdelijke vervanger.
Slide 12 - Tekstslide
De stadhouder is de plaatsvervanger van Karel V als hij niet in Brussel is.
A
Juist
B
Onjuist
Slide 13 - Quizvraag
Sleep de woorden in naar de juiste plek in de zin.
Karel V werd erfelijk vorst van alle zeventien
...[1]... maar was daar niet vaak. Daarom benoemde
hij een ...[2]... over het hele gebied en in ieder
...[3]... een ...[4]... In ieder gewest namen de
...[5]... de beslissingen. De Staten stuurden
vertegenwoordigers naar de ...[6]... in Brussel.
stadhouder
landvoogd
gewest
Nederlanden
Staten
Staten-Generaal
Slide 14 - Sleepvraag
Karel V is ook koning van Duitsland, Spanje en delen van Italië.
Het probleem:
Karel V wil dat binnen zijn rijk overal de zelfde regels gaan gelden:
Meer belasting
Dezelfde wetten
Vanuit één plek regeren
Eén geloof: katholiek
De Nederlandse gewesten zijn bang hun zelfstandigheid kwijt te raken.
Slide 15 - Tekstslide
Karel V streefde naar eenheid in het bestuur van de Nederlanden. Wat past daar goed bij?
A
De stadhouders
B
De Staten
C
De Staten-Generaal
D
De landvoogd
Slide 16 - Quizvraag
Karel V stond het toe dat iedereen zijn eigen geloof mocht kiezen in Nederland voor 1555
A
Juist
B
Onjuist
Slide 17 - Quizvraag
Filips II koning van Spanje en de Nederlanden
belangrijk gegeven: diehard katholiek
Volgt de zelfde lijn als zijn vader : meer belasting en meedogenloze vervolging van protestanten.
Verblijft niet meer in Brussel maar trekt permanent naar Spanje. Stelt zijn halfzus Margaretha van Parma aan als landvoogd.
Protesten laaien op tegen de vervolgingen van de protestanten. O.l.v stadhouder Willem van Oranje
Edelen vragen in een brief aan de landvoogd om te stoppen met de vervolgingen. Margaretha staat dit tijdelijk toe (tegen de wil van Filips in)
Slide 18 - Tekstslide
Waarom zou Margaretha dit toestaan?
A
Ze vond de vervolgingen zelf ook te ver gaan.
B
Ze was bang dat de mensen in opstand zouden komen.
C
Ze wilde de edelen te vriend houden.
D
Ze was niet zo'n groot fan van Filips II
Slide 19 - Quizvraag
Waardoor groeide de ontevredenheid in Nederland?
Ontevredenheid groeide
Sleep onjuiste antwoorden in dit blok
Karel V wees Filips II aan opvolger.
De centralisatie-politiek werd voortgezet.
Filips II verhuisde van Brussel naar Spanje.
Filips II benoemde zijn halfzus als landvoogdes.
Filips II verkleinde de invloed van hoge adel.
Door de oorlogen waren de belastingen hoog.
De vrijheid van de stedelijke burgerij werd verkleind.
Protestanten werden fanatiek vervolgd.
Slide 20 - Sleepvraag
Protestanten beginnen openlijk kerkdiensten te houden in de buitenlucht
Bij een kerkdienst in Vlaanderen roept een dominee op om vernielingen aan te richten in een nabij klooster; veel protestanten volgen dit voorbeeld in Nederland. De Beeldenstorm
Margaretha van Parma wordt vervangen door de hertog van Alva samen met een groot leger.
Alva richt rechtbanken van Inquisitie op in de Nederlanden
De missie: Nederland katholiek maken aan de hand van terreur.
Duizenden protestanten vluchten naar Duitsland (waaronder Willem van Oranje)
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Video
De beeldenstorm - SchoolTV (03:05)
Slide 23 - Tekstslide
Slide 24 - Video
Sleep de gebeurtenissen in de juiste volgorde.
1
2
3
4
5
6
A Calvinisten houden openlijk hagenpreken
B De beeldenstorm gaat door de Nederlanden.
C De Tachtige jarige oorlog (de Opstand) begint met de inval van het leger an Willem van Oranje (1568)
D Edelen en calvinisten vluchten door het harde optreden van Alva.
E Edelen vragen Margaretha van Parma de protestanten met rust te laten.
F Filips II stuurt Alva met een leger naar de Nederlanden.
Slide 25 - Sleepvraag
De Opstand begint
Filips II was woedend toen hij hoorde over de beeldenstorm. Hij stuurde de Hertog van Alva samen met een leger.
Alva wilde niet alleen de daders maar ook de edelen straffen omdat zij de beeldenstorm niet konden voorkomen.
Hij zette een speciale rechtbank op die die honderden de doodstraf op legde.
Velen (waaronder Willem van Oranje) vluchtte het land uit.
in 1568 trok Willem van Oranje met vier legers ten strijde tegen Alva. Hiermee begon de Nederlandse Opstand, ook wel de Tachtig jarige oorlog genoemd.
Fernando Álvarez de Toledo, hertog van Alva, landvoogd van de Nederlanden en kapitein-generaal, door Willem Key.
Slag bij Heiligerlee - Frans Hogenberg. (de eerste veldslag waarmee de Nederlandse Opstand begon)
Slide 26 - Tekstslide
Zet de gebeurtenissen in de juiste chronologische volgorde.
1. Edelen vragen om minder vervolging van de protestanten
2. Willem van Oranje vlucht
3. Alva wordt de nieuwe landvoogd
4. Alva wil beeldenstormers en edelen bestraffen
5. Willem van Oranje valt de legers van Alva aan
6. Meer hagenpreken
7. Filips II is woedend
8. Beeldenstorm
9. Filips II stuurt Alva met een leger naar de Nederlanden
Slide 27 - Sleepvraag
Wie was Filips' landvoogd in de Nederlanden in 1566?
A
Hertog van Alva
B
Willem van Oranje
C
Karel V
D
Margaretha van Parma
Slide 28 - Quizvraag
Beleid van Filips II Wat hoort er niet bij?
A
Centralisatie doorvoeren
B
Meer macht naar de edelen
C
Kettervervolgingen doorzetten
D
Belastingen voor alle gebieden
Slide 29 - Quizvraag
Waar begon de beeldenstorm?
A
Het zuiden
B
Het noorden
C
Het westen
D
Het oosten
Slide 30 - Quizvraag
Waar tegen richtte de Beeldenstorm zich?
A
De protestantse kerk
B
De katholieke kerk
C
Hervormers
D
Ontdekkers
Slide 31 - Quizvraag
Welke 2 zinnen zijn goed?
GOED
De Nederlandse Opstand begon 15e eeuw.
Karel V trad in 1555 af als heer der Nederlanden.
Willem van Oranje kwam in opstand tegen Filips.
Willem van Oranje stierf in 1584 aan een longontsteking.
Slide 32 - Sleepvraag
Waarom werd de hertog van Alva naar de Nederlanden gestuurd?
A
Omdat de Nederlanders allemaal protestants waren
B
Omdat de Nederlanders in opstand waren gekomen
C
Omdat de Nederlanders beelden in katholieke kerken vernielden
D
Omdat de Nederlanders openlijk Maarten Luther steunen