2 vwo - chapitre 5 - bron A

PROGRAMME
  • Absence
  • Phrases-clés
  • Huiswerk nakijken
  • Écouter bron A
  • Au travail
Let op: vanaf nu werken we in boek B!
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

PROGRAMME
  • Absence
  • Phrases-clés
  • Huiswerk nakijken
  • Écouter bron A
  • Au travail
Let op: vanaf nu werken we in boek B!

Slide 1 - Tekstslide

Traduisez:

Il habite à Fort-de-France?

Slide 2 - Open vraag

Traduisez:

Oui, on habite dans la meme rue.

Slide 3 - Open vraag

Exercice 2 page 6 - antwoorden
amoureux - mariage - copine - adorer - couple - relation

Slide 4 - Tekstslide

Welk uitdrukking stond er in de slang met de overgebleven letters? En wat betekent het?

Slide 5 - Open vraag

Slide 6 - Tekstslide

Wat zeg je in de volgende situatie?

Je bent te laat.
A
Vous pouvez l'écrire au tableau?
B
Je peux poser une question?
C
Excusez-moi, je suis en retard.
D
Toutes mes félicitations!

Slide 7 - Quizvraag

Wat zeg je in de volgende situatie?
Je docent zegt dat je een heel goed cijfer hebt gehaald.
A
Vous pouvez l'écrire au tableau?
B
Je peux poser une question?
C
Vous pouvez répéter, s'il vous plaît?
D
Toutes mes félicitations!.

Slide 8 - Quizvraag

Wat zeg je in de volgende situatie?
Je wilt dat de docent nog een keer herhaalt.
A
Vous pouvez l'écrire au tableau?
B
Je peux poser une question?
C
Vous pouvez répéter, s'il vous plaît?
D
Je peux aller chercher mes livres dans mon casier?

Slide 9 - Quizvraag

Wat zeg je in de volgende situatie?
Oeps, je boeken liggen nog in je kluisje!
A
Vous pouvez l'écrire au tableau?
B
Je peux aller chercher mes livres dans mon casier?
C
Vous pouvez répéter, s'il vous plaît?
D
Je peux poser une question?

Slide 10 - Quizvraag

Wat zeg je in de volgende situatie?
Je wilt dat je docent de Franse vertaling op het bord schrijft.
A
Vous pouvez l'écrire au tableau?
B
Je peux aller chercher mes livres dans mon casier?
C
Vous pouvez répéter, s'il vous plaît?
D
Je peux poser une question?

Slide 11 - Quizvraag

Texte A

TB page 62

Slide 12 - Tekstslide

Wat betekent de titel denk je?

Vie de rêve
A
Het leven op een eiland
B
Droomleven
C
Op vakantie naar een eiland

Slide 13 - Quizvraag

Lees de inleiding. Vertaal naar het Nederlands.

Adrien a déménagé en Martinique. Il parle sur Skype avec son copain Simon. Simon habite à Orléans, en France.

Slide 14 - Open vraag

Ecoute et relie les phrases à la bonne personne.
Adrien
Simon
gaat vandaag skaten en gamen
gaat een dagje naar het strand
kan de ander niet goed verstaan
is jaloers op zijn vriend

Slide 15 - Sleepvraag

Luister en zet de zinnen op de juiste volgorde.
1
2
3
4
Il y a des problèmes de connexion sur Skype.
Simon parle de ses projets pour aujourd'hui
Adrien raconte quelque chose sur Martinique.
Adrien parle de ses nouveaux copains.

Slide 16 - Sleepvraag

Les devoirs pour vendredi:
Faire: exercice 4, 6, 7 page 7-9
Apprendre: vocabulaire A page 41

Slide 17 - Tekstslide

                     Il y a des questions???

Slide 18 - Tekstslide