UNITE 3 ontkenning + de kloktijden in het Frans

Unité 3: Après les cours


Leerdoel 2: ik kan de ontkenning gebruiken in het Frans.
1 / 32
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 32 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Unité 3: Après les cours


Leerdoel 2: ik kan de ontkenning gebruiken in het Frans.

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen

Lesdoel 1: ik kan de ontkenning gebruiken in het Frans.

Slide 2 - Tekstslide

lesdoelen
lesdoel 2: ik kan de klok in het Frans lezen

Slide 3 - Tekstslide

Welke schoolvakken zijn er?

Slide 4 - Open vraag

Nu in het Frans: Welke schoolvakken zijn er? (Kijk in je boek)

Slide 5 - Open vraag

Waar denk je nog meer aan als het over school gaat?

Slide 6 - Open vraag

Slide 7 - Video

Wat betekent de ontkenning ne...pas?
A
geen
B
niet
C
nooit
D
niet meer

Slide 8 - Quizvraag

Uit welke woorden bestaat de ontkenning
A
alleen pas
B
alleen ne
C
ne/n' pas
D
non pas

Slide 9 - Quizvraag


Leerdoel 2: ik kan de ontkenning gebruiken in het Frans.
A
onvoldoende
B
voldoende
C
goed
D
zeer goed

Slide 10 - Quizvraag

Tu aimes les mathes toi?
Moi, je suis forte en maths.
Je suis nul en maths!
Quelle est ta matière préférée?
1. Vind jij wiskunde leuk?
2. Ik ben goed in wiskunde.
4. Wat is jouw lievelingsvak?
3. Ik ben slecht in wiskunde! 

Slide 11 - Sleepvraag

Kies de juiste vertaling van het woord
(goed)
A
Forte
B
nul
C
fort
D
nule

Slide 12 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling van het woord
(slecht)
A
nul
B
forte
C
nule
D
fort

Slide 13 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling van het woord
(sorry)
A
désolé
B
détester

Slide 14 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling van het woord
(vaak)
A
vraiment
B
souvent

Slide 15 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling van de zin
(Ik ben in de bioscoop)
A
Je suis au cinéma
B
Je suis au collège

Slide 16 - Quizvraag

Kies de juiste vertaling van de zin
(Hoe laat is het)
A
Quelle heure est il
B
Il est onze heures.

Slide 17 - Quizvraag

Slide 18 - Video

les heures
Quelle heure est-il? ->Il est ... heure(s)
-> Il est une heure
     Il est deux heures
     Il est trois heures

Il est midi - 12 uur 's middags
Il est minuit - 12 uur 's nachts

Slide 19 - Tekstslide

Les heures - half

il est une heure et demie
il est deux heures et demie
il est trois heures et demie
etc.

Slide 20 - Tekstslide

Les heures - kwart over

il est une heure  et quart
il est deux heures et quart
il est trois heures et quart
etc.

Slide 21 - Tekstslide

Les heures - kwart voor

il est une heure moins le quart
il est deux heures moins le quart        
il est trois heures moins le quart
etc.

Slide 22 - Tekstslide

Quelle heure est-il?
Om te zeggen hoe laat het is gebruik je: Il est .... heures.
het is kwart over ......      = il est ........ heures et quart
het is half........                   = il est ........ heures et demie
het is kwart voor ........    = il est ........ heures moins le quart
het is twaalf uur 's middags = il est midi
het is twaalf uur 's nachts     = il est minuit

Slide 23 - Tekstslide

Noteer 3 Franse woorden
die met klokkijken
te maken hebben

Slide 24 - Woordweb

Il est midi
A
Het is middag
B
Het is 12 uur 's middags
C
Het is tijd
D
Het is 12 uur 's nachts

Slide 25 - Quizvraag

Il est huit heures et quart
A
Het is 8 uur
B
Het is half 8
C
Het is kwart over 8
D
Het is kwart voor 8

Slide 26 - Quizvraag

Il est trois heures moins le quart
A
Het is half 3
B
Het is kwart voor drie
C
Het is kwart over 3
D
Het is half 4

Slide 27 - Quizvraag

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
Il est sept heures et demie

Slide 28 - Open vraag

Il est cinq heures et demie
A
Het is half 5
B
Het is 5 uur
C
Het is kwart over 5
D
Het is half 6

Slide 29 - Quizvraag

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
Il est trois heures et quart

Slide 30 - Open vraag

Vertaal de kloktijd in het Nederlands:
Il est dix heures moins le quart

Slide 31 - Open vraag

Slide 32 - Tekstslide