Geef enkele veelvoorkomende beroepen die kunnen worden gebruikt bij het beschrijven van jezelf of anderen.
Nationaliteit
- Nederlands - Engels - Spaans - Frans - Duits
Slide 9 - Tekstslide
Beschrijf enkele nationaliteiten die kunnen worden genoemd tijdens een zelfpresentatie.
Oefening
Beschrijf jezelf in 3 zinnen en deel je presentatie met een klasgenoot.
Slide 10 - Tekstslide
Laat de leerlingen in tweetallen werken en elkaar presenteren met behulp van de geleerde woordenschat.
Verbetering
Geef feedback aan je klasgenoot over hun presentatie en help ze de woordenschat te verbeteren.
Slide 11 - Tekstslide
Moedig de leerlingen aan om constructieve feedback te geven en elkaar te helpen de taalvaardigheid te verbeteren.
Evaluatie
Schrijf een korte zelfevaluatie over je eigen presentatie en noteer welke aspecten je nog wilt verbeteren.
Slide 12 - Tekstslide
Geef de leerlingen de gelegenheid om hun eigen prestaties te beoordelen en doelen voor verdere verbetering te stellen.
Samenvatting
Tijdens deze les hebben we geleerd hoe we onszelf en anderen kunnen beschrijven en presenteren met behulp van verschillende aspecten van woordenschat.
Slide 13 - Tekstslide
Herhaal de belangrijkste leerpunten en benadruk het belang van effectieve communicatie.
Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.
Slide 14 - Open vraag
De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.
Slide 15 - Open vraag
De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.
Slide 16 - Open vraag
De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.