In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.
Lesduur is: 50 min
Onderdelen in deze les
1.3 Wortels
Doel:
Ik kan wortel trekken
Ik kan het 'is ongeveer' teken gebruiken
Herhalen
Uitleg
Zelfstandig werken
Slide 1 - Tekstslide
sommen met min-getallen. - 4 - - 7 = ...
A
11
B
-11
C
-3
D
3
Slide 2 - Quizvraag
sommen met min-getallen. - 4 - 7 = ...
A
11
B
-11
C
-3
D
3
Slide 3 - Quizvraag
Negatieve getallen vermenigvuldigen -3 x -6 =
A
-18
B
18
C
-9
D
9
Slide 4 - Quizvraag
Als ik twee negatieve getallen met elkaar vermenigvuldig.
Krijg ik dan een negatief of een positief getal?
A
Negatief
B
Positief
Slide 5 - Quizvraag
Hoeveel is 6²
Slide 6 - Open vraag
Hoeveel is (-7)²
Slide 7 - Open vraag
Hoeveel is -5²
Slide 8 - Open vraag
Wortels
Zoals plus bij min en keer bij gedeeld door hoort, zo hoort er ook iets bij kwadraat. Namelijk de wortel. Dat is precies het tegenovergestelde van het kwadraat. Zo is de wortel van 64 = 8
want 8 x 8 = 64. Dus 64 : 8 = 8
We noteren dit als volgt:
√64=8
Slide 9 - Tekstslide
Wortels
Let op, Wortel trekken kan alleen bij positieve getallen.
Bij sommige getallen komt er geen mooi heel getal uit. Wortel 50 is 7.071067812. We noteren dan: