Les 4havo 12-3-2021-Lenzen

Les 12-3-2021: Lenzen en oogafwijkingen
  • Uitleg opgaven 47, 50, 56, 57a, b en c
  • Maken en bespreken 58, 59a en b + extra opgave
  • HW  opgeven
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

Les 12-3-2021: Lenzen en oogafwijkingen
  • Uitleg opgaven 47, 50, 56, 57a, b en c
  • Maken en bespreken 58, 59a en b + extra opgave
  • HW  opgeven

Slide 1 - Tekstslide

Uitleg opgave 47
  • De maximale gezichtshoek heb je als je het voorwerp in je nabijheidspunt plaatst.
  • De bril van een bijziende is negatief en brengt het nabijheidspunt verder van het oog--> kleinere gezichtshoek
  • Kleinere gezichtshoek --> minder details

Slide 2 - Tekstslide

Opgave 50
a) hoornvlies boller -->  vervangt  bolle lens van een bril --> bij verziendheid 
b) hoornvlies minder bol --> vervangt holle lens van een bril --> bij bijziendheid 

c) oudziend: minder elastische ooglens --> kan minder goed accommoderen.
hoornvlies boller: dan kan deze persoon niet goed meer in de verte kijken
hoornvlies minder bol: kan deze persoon nog minder goed dichtbij zien


Slide 3 - Tekstslide

Opgave 56: 1) B construeren; 2) vanuit B lichtstralen naar oogranden; 3) lichtstralen vanuit L naar lens 

Slide 4 - Tekstslide

Opgave 57a
ver weg: b = f
f  = 1/= 1/54,0 = 0,0185 m = 1,85 cm
afstand ooglens-netvlies = 2,00 cm > f --> beeld komt vòòr het netvlies
accommoderen --> lens wordt sterker en f en dus b wordt nog kleiner --> ver weg gelegen voorwerpen komen niet  scherp op netvlies

Slide 5 - Tekstslide

Opgave 57b
 ver weg gelegen voorwerpen scherp op het netvlies als 
 f = afstand ooglens-netvlies = 2,00 cm 

= 1/f = 1/0,0200 = 50 dpt

Slide 6 - Tekstslide

Opgave 57c
 contactlenzen met een negatieve sterkte 

Slide 7 - Tekstslide

Maak opgave 58a en b

Slide 8 - Open vraag

Opgave 58
 a) De minimale sterkte: sterkte bij f = 22 mm = 0,022 m
       = 1/f = 1/0,022 = 45 dpt

b)  Gegeven: N = b/v = 0,073 en b = 22 mm 
 Uitwerking: 0,073 = 22/v -->  v = 22/0,073 = 301 mm
Het nabijheidspunt ligt dus op 30 cm van de ooglens

Slide 9 - Tekstslide

Maak opgave 59 a en b

Slide 10 - Open vraag

Opgave 59 a en b
Gegeven: v = 2,5 cm; Lv = 1,5 cm; N = 5

a) De grootte van het beeld Lb = N x Lv =  5 x 1,5 = 7,5 cm.
b) N = b/v --> b = N x v = 5 x 2,5 = 12,5 cm

Het beeld komt aan dezelfde kant van de lens als het voorwerp, dus b = - 12,5 cm

Slide 11 - Tekstslide

Bereken de sterkte van de lens van de loep

Slide 12 - Open vraag

Extra opgave bij 59: Bereken S



                                                                  dpt
S=f1=v1+b1>S=0,02510,1251
S=f1=0,12550,1251=0,1254=32

Slide 13 - Tekstslide

Thuiswerk voor 15-3-2021
  • Bestudeer K1.2 en K1.3 helemaal
  • Maak opgave 59 af 
  • Bestudeer K1.4 Begrijpen behalve het deel over Deeltje of golf. Bestudeer ook alle figuren die erbij horen goed. 
  • Maak opgave 66, 67 en 68.

Slide 14 - Tekstslide