HAVO 4_Unité3

Programme 4 décembre
Parler
Le Rallye des Gazelles
  • Ecouter ex. 7A
  • Faire ex. 6 + 8
Pouvoir, venir, vouloir
  • Orientation: ex. 9 + 10A
timer
15:00
1 / 43
volgende
Slide 1: Tekstslide
FransMiddelbare schoolhavoLeerjaar 4

In deze les zitten 43 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 6 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Programme 4 décembre
Parler
Le Rallye des Gazelles
  • Ecouter ex. 7A
  • Faire ex. 6 + 8
Pouvoir, venir, vouloir
  • Orientation: ex. 9 + 10A
timer
15:00

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tu fais quel sport?

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opgeven
rennen
pijn hebben
zich vervelen
meedoen aan
Abandonner
courir
avoir mal
s'ennuyer
participer à

Slide 3 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Link

Deze slide heeft geen instructies

Programme 5 décembre

La Saint Nicolas
Quiz
Grammaire I: les verbes pouvoir, vouloir, venir
Lire: Carnet de bord d'une gazelle

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6 - Link

Kahoot: Les sports
Au travail
Grammaire I: les verbes pouvoir, vouloir, venir
  • Uitleg zie PowerPoint
  • Revision: ex. 9 et 10

Lire: Carnet de bord d'une gazelle, p. 39
  • Faire ex. 14 t/m 18
timer
10:00

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8 - Video

Hoe vaak hoor je het werkwoord "je veux"
10 x

Slide 9 - Link

Quizlet Pouvoir et vouloir

Programme 12 décembre
Exercice TV5: Joyce Jonathan

Parler: Les sports

Lire: sur les pistes de ski
  • Introduction vidéo
  • ex. 19 t/m 23
timer
1:00

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11 - Link

Oefening TV5
Il s'appelle Antoine Griezmann.
Il vient de Mâcon.
Il habite à Barcelone.
Il a 18 ans.
Il joue au foot
Son club est FC Barelone.
Il s'entraîne 7 fois par semaine.

et toi?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

ne ... jamais
ne ... plus
ne ... rien
ne ... nulle part
ne ... pas encore
ne ... pas du tout
helemaal niet
niet meer
nooit
nergens
nog niet
niets

Slide 14 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Programme 8 janvier
Grammaire II: les négations
  • explication
  • ex. 29 + 30 + 31
Lire: Sportifs chez les Noahs!
  • ex. 24 t/m 28
Quiz
22 janvier: kennistoets Unité 3

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Kennistoets Unité 3
22 janvier
- Pages Jaunes vocabulaire p. 48 + 49
- Pouvoir, vouloir, venir: présent, passé composé, imparfait, futur, conditionnel (futur + cond. alleen Fa-Ne)
- Les négations GR 13
- Les démonstratifs GR10a (met zelfstandig naamwoord)

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Even in het Nederlands...
- Waarom zijn ontkenningen nodig?
- Ontkenning in het Nederlands: 1 woord (niet)
- Ontkenning in het Frans: 2 woorden
- Nodig voor de ontkenningen: persoonsvorm

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoe maak je een ontkenning in het Frans?
- Met de twee woorden: ne ... pas
- "ne" komt direct voor de persoonsvorm
- "pas"komt direct achter de persoonsvorm

- Wat gebeurt er wanneer "ne" voor een persoonsvorm komt met een klinker of een stomme -H?

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Welke ontkenningen moet je nog meer kennen?

  • Nooit = ne………jamais
  • Niet meer = ne ... plus
  • Niets = ne ... rien
  • Niemand = ne ... personne
  • Nergens = ne ... nulle part
  • Geen enkele = ne ... aucun(e)
  • Nog niet = ne ... pas encore
  • Ook niet = ne ... pas non plus
  • Helemaal niet = ne ... pas du tout
  • Slechts = ne ... que
  • Noch ... noch = ni .... ni.... ne


Hoe worden ze gevormd? ->Hetzelfde als de ontkenning met ne….pas 

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Woorden vervangen!

encore (nog)   > ne ... plus (niet meer)
quelqu'un (iemand) > ne ... personne (niemand)
déjà (al) > ne ... pas encore (nog niet)
quelque chose (iets) > ne ... rien (niets)
tout (alles) > ne ... rien (niets)

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Les devoirs
Faire: ex. 24 t/m 31

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 26 - Link

Quizlet la négation
Programme 9 janvier
Teddy Riner: un grand sportif français!
Grammaire: Les démonstratifs
Au centre sportif


Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Link

Un grand sportif français: Teddy Riner

Slide 29 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Aanwijzend voornaamwoord
Nederlands: deze - die - dat - dit






Faire: ex. 32 (onderstreep) + 33A (zet in ev. of mv.) + 33B


timer
15:00

Slide 30 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Au centre sportif
  • écouter, ex. 35
  • expression + vocabulaire, ex. 36 + 37

Fini? Ga naar d’Accord Online: Unité 3
  • § 3 + 5 Grammaticatrainers (les verbes pouvoir, vouloir, venir & les négations)
  • § 2 + 4 + 6 + 7 + 9 Woordtrainers + Flitskaarten

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Programme 16  janvier
Ecrire: la station de ski de Flaine
  • Faire: ex. 41 + 42

Lire: Maxime, galop gagnant
  • Faire ex. 50 + 51 + 52

Préparer le test: D-toets

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 35 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 36 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 37 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 38 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 39 - Link

Quizlet la négation
Welke ontkenningen moet je kennen?

  • niet/geen = ne ... pas
  • Nooit = ne…jamais
  • Niet meer = ne ... plus
  • Niets = ne ... rien
  • Niemand = ne ... personne
  • Nergens = ne ... nulle part
  • Geen enkele = ne ... aucun(e)
  • Nog niet = ne ... pas encore
  • Ook niet = ne ... pas non plus
  • Helemaal niet = ne ... pas du tout
  • Slechts = ne ... que
  • Noch ... noch = ni .... ni.... ne


Hoe worden ze gevormd? ->Hetzelfde als de ontkenning met ne….pas 

Slide 40 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 41 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Toetsstof
  • Pages Jaunes vocabulaire p. 48 + 49
  • Grammaire:
o    Pouvoir, vouloir, venir: présent, passé composé, imparfait, futur, conditionnel (futur + cond. alleen Fa-Ne)
o    Les négations GR 13
o    Les démonstratifs GR10a (met zelfstandig naamwoord)

Slide 42 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Préparer l'examen
D’accord Online: Unité 3

  •     § 3 + 5 Grammaticatrainers (les verbes pouvoir, vouloir, venir & les démonstratifs,  les négations)
  •     § 2 + 4 + 6 + 7 + 9 Woordtrainers + Flitskaarten

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies