Trappen van vergelijking

Trappen van vergelijking
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo t, mavo, vwoLeerjaar 1

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Trappen van vergelijking

Slide 1 - Tekstslide

Waar denk je aan bij 'trappen van vergelijking'?

Slide 2 - Woordweb

Vergrotende + overtreffende trap
klein - kleiner - kleinst(e)
small - smaller - smallest

groot - groter - grootst(e)
big - bigger - biggest

aardig - aardiger - aardigst(e)
nice - nicer - nicest

Slide 3 - Tekstslide

Let op woorden die eindigen op een Y!

Slide 4 - Tekstslide

Let op!

goed - beter - best
good - better - best

slecht - slechter - slechtst(e)
bad - worse - worst

Slide 5 - Tekstslide

Vergrotende trap:
-ER

Vaak wordt het woord gevolgd door THAN

Frank is fatter than Rob.

The boys are faster than us.


Overtreffende trap:
-EST

Vaak komt er voor het woord THE te staan

Rob is the fattest boy I know.

That is the fastest car ever.

Slide 6 - Tekstslide

Wanneer iets gelijk is...
Harry is even groot als Lianne.
Harry is as big as Lianne.

Die hond rent net zo snel als die kat.
That dog runs just as fast as that cat.

Slide 7 - Tekstslide

Maak zelf eens een Engelse
trap van vergelijking.
Kies uit: large / happy / sad

Slide 8 - Open vraag

My sister has a ___ room than I have.
A
big
B
bigger
C
biggest

Slide 9 - Quizvraag

I drive as ___ as my husband.
A
safe
B
safer
C
safest

Slide 10 - Quizvraag

The teacher likes to have the ___ talks.
A
dull
B
duller
C
dullest

Slide 11 - Quizvraag

Michael Jackson was the
___ singer ever .
A
great
B
greater
C
greatest

Slide 12 - Quizvraag

The weather today is even ___
than yesterday.
A
badder
B
baddest
C
worse
D
worst

Slide 13 - Quizvraag

My dad is the ___ dad ever!
A
good
B
goodest
C
better
D
best

Slide 14 - Quizvraag

She is the ................ (beautiful) girl I have ever seen.
A
Beautifuller
B
More beautiful
C
Beautifullest
D
Most beautiful

Slide 15 - Quizvraag

That food tastes ......... (bad) than mine.
A
worst
B
baddest
C
worser
D
badder

Slide 16 - Quizvraag

Jill and her sister are the ....... (happy) people I have ever seen.
A
happiest
B
happier
C
more happy
D
most happy

Slide 17 - Quizvraag