6. 11-3 GUIDELINES PRESENTACION RECOMIENDO - LLEVA - TIENES QUE

1 / 37
volgende
Slide 1: Video
SpaansMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 37 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Video

                                                je nummer?

Slide 2 - Tekstslide

cansado/cansada

Slide 3 - Tekstslide

bereid je voor:
1. el chicle, la gorra, los auriculares, la mesa y la silla
2. heb je schrift (libreta) klaar
3. heb je laptop klaar, neem een laptop van receptie als je een laptop nodig hebt.
4. OBSERVATIE: herhaald afwijzende gedrag = AN Magister
aan het einde van deze les gaan wij feedback geven

Slide 4 - Tekstslide

necesitas el laptop, una libreta y el boli

Slide 5 - Tekstslide

 grof o bali

bolígrafo

Slide 6 - Tekstslide

necesitas
escribe

Slide 7 - Tekstslide

¿Qué tiempo hace hoy?
Describe el tiempo:

Slide 8 - Tekstslide

¿Cómo?
1. Overzicht
 2. Onderdelen toets
3. vocab + voorbeeld
4. HAVO: ir a 
5. voorbeelden real life 

Slide 9 - Tekstslide

- alleen of in groepen van 2 de Nieuws geven met het weerbericht
- Een leerling geeft het weerbericht, de andere kiest de passende kleding voor het weer. 
- Het hoef niet het weer in NL zijn, kan een andere land of je mag een planet kiezen of een land verzinnen (b.v "Mordor") 

STRUKTUUR:
  • Saludo - Groet
  • Voorspelling
  • Kleding aanbevelen
  • afsluiten

Slide 10 - Tekstslide

1. UUR: presentatie doen
LINK
Libby, Gift, Tahel
Liam, Cary
Grace, Jimmy
Kaan, Maria, (Morin)
de 2 Olivias
Iancu, Cleo
Rishita, Shayan

Slide 11 - Tekstslide

Slide 12 - Tekstslide

¿Cómo?
1. Overzicht
 2. Onderdelen toets
3. vocab + voorbeeld
4. HAVO: ir a 
5. voorbeelden real life 

Slide 13 - Tekstslide

kan je de box aanvinken?


Ik kan over het weer praten

Ik ken de namen van somminge landen in het Spaans 

Ik kan zeggen waar iets zich bevindt in een landkaart 

Ik ken de " going to". toekomst

Slide 14 - Tekstslide

Vocabulario el tiempo

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

HACE +
frío 
calor
viento
sol
buen tiempo
mal tiempo
ESTÁ +
nublado
soleado
lloviendo
nevando
granizando

WERKWOORD
llueve
nieva
graniza hagelt
HAY +
tormenta
niebla
chubascos

Slide 17 - Tekstslide

HACE +
frío koud
calor warm
viento het waait
sol zon
buen tiempo
goed weer
mal tiempo
slecht weer
20 grados 

ESTÁ +
nublado
bewolkt
soleado
zonnig
WERKWOORD ZONDER COMBINATIE

llueve ue->ohet regent
nieva ie-->e het snieuwt
graniza het hagelt
HAY +
tormenta
storm
niebla
nebel
nubes
wolken


Slide 18 - Tekstslide

kleding aanbevelen
para este tiempo (voor dit weer) recomiendo llevar X = aanbeveling (ik bevel... aan)
of
para este tiempo (voor dit weer) lleva X = imperatief (draag)

Slide 19 - Tekstslide


Toekomst met gaan: 
GAAN (vervoegd) is het hulpwerkwoord: 
Spaans -GAAN = onregelmatig - AR uitgang


+ a 
"to"
+ heel werkwoord

  onvervoegd = 
-ar -er -ir vorm
 hacer
 haber = van hay (uitzondering)
voy
vas
va
vamos 
váis 
van

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Link

Grammatica
  • toekomende tijd (ir + a + infinitief)
  • voorzetsel a

Slide 22 - Tekstslide

Het werkwoord ir= gaan
stam =va
Vervoegt wie -AR
voy
vas
va
vamos
vais
van
a


ir a + infinitivo: nabije toekomende tijd:
         mañana voy a llevar ropa verde
         voy a comer un croissant
over het weer? - werkwoorden:

va a _______________________________
LET OP: hay = haber
         

Slide 23 - Tekstslide

¿Cómo?
1. Overzicht
 2. Onderdelen toets
3. vocab + voorbeeld
4. HAVO: ir a 
5. voorbeelden real life 

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

transcript
Buenos días señoras y señores, esquiadoras y esquiadores! Este es el tiempo en Andorra.
(1)En el norte está nevando y hace 0 grados
(2)En el este del país hace sol y hace 8 grados (ook: la temperatura es de.... grados)
(3)En el sur del país está muy nublado y hay niebla.

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Este es el tiempo para mañana
En el norte va a hacer frío y la temperatura y va a hacer -5 grados
En el este del país va a hacer sol el fin de semana y a veces va a haber nubes.
En el sur del país va a estar muy nublado pero va a haber menos niebla.

Slide 28 - Tekstslide

En el norte está nevando y hace 0 grados

En el este del país hace sol y hace 8 grados (ook: la temperatura es de.... grados)

En el sur del país está muy nublado y hay niebla.
En el norte va a hacer frío y la temperatura y va a hacer -5 grados
En el este del país va a hacer sol el fin de semana y a veces va a haber nubes.

En el sur del país va a estar muy nublado pero va a haber menos niebla.

Slide 29 - Tekstslide

¿qué recomiendo llevar?
recomiendo llevar un gorro
recomiendo llevar unas botas
recomiendo llevar un abrigo
recomiendo llevar unos guantes
recomiendo llevar una bufanda
recomiendo llevar unos calcetines de invierno

Slide 30 - Tekstslide



pero 
aunque
por qué
porque

a
con 
de
entre
en 
hasta
para
por

Slide 31 - Tekstslide

4

Slide 32 - Video

00:09
¿Cuántos grados hace en Ciudad de México? (responde en español met cijfer+graden)

Slide 33 - Open vraag

00:19
weer op Yucatán? (en español)

Slide 34 - Open vraag

00:29
In welke richting komt de koufront?

Slide 35 - Open vraag

00:38
Weer en temperatuur in Monterrey?

Slide 36 - Open vraag

Slide 37 - Tekstslide