H 4.3 Steden in de wereld

 H4.3
Steden in de wereld
1 / 18
volgende
Slide 1: Tekstslide
Mens & MaatschappijMiddelbare schoolvmbo b, kLeerjaar 1

In deze les zitten 18 slides, met interactieve quiz en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

 H4.3
Steden in de wereld

Slide 1 - Tekstslide

Leerdoelen
  • Je kunt de kenmerken van een stad weergeven en je kunt voorbeelden geven van voorzieningen.
  • Je weet wat urbanisatie is en waardoor steden groeien.
  • Je weet wat een megastad, een hoofdstad en een wereldstad zijn.
  • Je kunt het verschil uitleggen tussen een krottenwijk, een voorstad en het zakencentrum.


Slide 2 - Tekstslide

Leerstof
Kenmerken van steden
Wonen er veel mensen om je heen en zijn er veel gebouwen? Is er verkeersdrukte (bron 19) en kun je allerlei dingen kopen? Dan woon je in een stad. Behalve winkels zijn er in een stad ook bioscopen, restaurants, scholen en bijvoorbeeld een ziekenhuis. Diensten waar mensen gebruik van maken noem je voorzieningen. Mensen die buiten de stad wonen, maken ook gebruik van de voorzieningen in een stad.

Slide 3 - Tekstslide

De voorzieningen in een stad 
In een stad is het meestal druk. Mensen reizen heen en weer voor hun werk. Ook zijn ze op weg naar allerlei voorzieningen. De stad is ook van belang voor mensen die er niet wonen. Deze beeldcarrousel laat voorbeelden zien van voorzieningen in een stad. Achter in deze straat zie je een tram. Het openbaar vervoer in een stad maakt deel uit van de voorzieningen.


  • Openbaar vervoer
  • Winkels en horeca
  • Banken, ziekenhuis of st stadion
  • Sportvelden en groenvoorziening
  • Onderwijs

Slide 4 - Tekstslide


Winkels en horeca 
In het centrum van een stad vind je winkelstraten zoals deze. Soms is het een voetgangersgebied geworden. Dit betekent dat er geen auto’s of fietsen mogen rijden. Dit deel van de stad trekt ook toeristen. Je vindt er veel kledingwinkels. Ook zijn er vaak horecavoorzieningen zoals cafés en restaurants. 

Slide 5 - Tekstslide

Banken, ziekenhuis of stadion 
Van verre zie je al dat hier een stad is. Hoge gebouwen, brede wegen en veel mensen en verkeer. Wat zou er in die gebouwen zitten? Je vindt er voorzieningen als banken, ziekenhuizen of een stadion. De rand van de stad is beter bereikbaar voor mensen buiten de stad. Zij hebben dit type voorzieningen niet. Ze reizen hiervoor naar de stad.

Slide 6 - Tekstslide

Sportvelden en groenvoorziening 
In veel steden zijn ook voorzieningen om te sporten voor de stadsbewoners. Denk maar aan zwembaden, tennisbanen, sportvelden, atletiekbanen en ijsbanen. Ook zijn er stadsparken met vijvers. Dit hoort bij de groenvoorziening in een stad.

Slide 7 - Tekstslide

Onderwijs 
Deze kinderen maken net als jij dagelijks gebruik van de voorziening: school. Ook zijn er basisscholen, hogescholen of universiteiten in een stad. Je kunt er ook lessen volgen voor muziek en allerlei cursussen doen. Samen zijn dit de voorzieningen in een stad op het gebied van onderwijs. Een stad heeft dus een groter onderwijsaanbod dan een dorp. 

Slide 8 - Tekstslide

Leerstof
Urbanisatie
Veel mensen verhuizen van het platteland naar de stad. In rijke landen gebeurt dit al heel lang. Aan het einde van de 19e eeuw kwamen er steeds meer fabrieken. De steden groeiden toen ineens heel snel. Mensen konden in de stad meer verdienen dan op het platteland.
In arme landen zijn de steden pas de laatste twintig jaar enorm gegroeid. Voor veel mensen is het moeilijk te overleven op het platteland. Ze gaan op zoek naar een beter leven in de stad. Meer dan de helft van de mensen op aarde woont in een stad. Steden groeien doordat mensen ernaartoe verhuizen, maar ook doordat er veel kinderen worden geboren. Groei van steden heet urbanisatie.

Slide 9 - Tekstslide

Urbanisatie 
San Francisco is een miljoenenstad in het zuidwesten van de Verenigde Staten. De stad was voor 1865 nog klein. De groei begon met de ontdekking van goud in de bodem. Er werden mijnen gebouwd en er kwam industrie. Veel mensen verhuisden daarom voor werk naar San Francisco. Het aantal inwoners nam toe. Daardoor werd de stad vele malen groter en slokte andere gebieden op. Samen met Berkeley en San Jose is het nu één groot stedelijk gebied. Het lijkt erop dat de stad blijft groeien.

Slide 10 - Tekstslide

Wat denk je dat het verschil is tussen een megastad, wereldstad en hoofdstad?

Slide 11 - Open vraag

Leerstof
Megastad, wereldstad en hoofdstad
Amsterdam is de grootste stad van Nederland. Er wonen bijna één miljoen mensen. Steden als Londen (bron 17), Istanbul of New York (bron 21) zijn veel groter. Als een stad meer dan tien miljoen inwoners heeft, noem je het een megastadAls de regering van een land in een stad zit, is dit meestal de hoofdstad. Amsterdam is dus een uitzondering. 
Soms is een stad belangrijk voor de hele wereld. Zo’n stad noem je een wereldstad. Er zijn dan veel internationale bedrijven en banken.


Slide 12 - Tekstslide

Leerstof
Zakencentrum, voorsteden en krottenwijken
Of je nou in New York bent, in Tokyo of in Jakarta, in het centrum vind je wolkenkrabbers met daarin kantoren en dure winkels (bron 23). Het is het 
zakencentrum van de stad waar veel mensen werken. Er wonen maar weinig mensen, omdat de grondprijs enorm hoog is. Mensen die hier werken reizen er met de metro heen. Ze wonen vaak aan de rand van de stad. Hier kunnen ze in een groter huis wonen met hun auto voor de deur, en het is er rustiger. Ze wonen in een voorstad. In bron 24 zie je zo’n voorstad. In een stad in een arm land wonen ook mensen die geen geld hebben om een huis te betalen. Ze bouwen hun eigen huis op een plek waar niemand graag wil wonen, bijvoorbeeld langs het spoor of bij een snelweg. Er is soms geen elektriciteit, riolering of waterleiding. Ook de wegen zijn onverhard. Deze arme wijken heten krottenwijken (bron 25).

Slide 13 - Tekstslide

Zakencentrum, Shanghai

Slide 14 - Tekstslide

Voorstad

Slide 15 - Tekstslide

Krottenwijk

Slide 16 - Tekstslide

Samenvatting
  • De kenmerken van een stad zijn de vele gebouwen, de voorzieningen zoals bijvoorbeeld een ziekenhuis, scholen of een bioscoop en de drukte. Meer dan de helft van de wereldbevolking woont in een stad. Vooral in arme landen blijven steden groeien. Deze urbanisatie komt doordat er veel mensen van het platteland verhuizen naar de stad. Ook groeit de stad als er veel kinderen worden geboren.
  • Er zijn drie soorten grote steden: de megastad, een stad met meer dan 10 miljoen inwoners, de wereldstad, een stad die voor veel landen belangrijk is en de hoofdstad, een stad waar vaak de regering zit.
  • Een stad bestaat uit bepaalde stadsdelen. In het zakencentrum zijn vooral kantoren. Aan de rand liggen de voorsteden. In arme landen liggen krottenwijken op ongunstige plekken.

Slide 17 - Tekstslide

          Huiswerk
              Opdracht 
Huiswerk
Maken:
H4.3 opdracht 1 t/m 9
En topo blz 150 & 151

Leren
H4 alle leerstof
Vrijdag 15 dec proefwerk

Slide 18 - Tekstslide