Les 5: Lichaamstaal, leestekens, argumenten en vertelperspectief


Voorbereiden presentatie
Structuur presentatie
1 / 35
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvwoLeerjaar 2

In deze les zitten 35 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 10 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les


Voorbereiden presentatie
Structuur presentatie

Slide 1 - Tekstslide

lezen
timer
10:00

Slide 2 - Tekstslide

Vorige les...
... heb je geleerd waar je op moet letten bij het lezen van het boek (inhoud pitch).

... heb je geleerd wat lichaamstaal, stemgebruik en leestekens betekenen voor een presentatie.

Slide 3 - Tekstslide

Aan het eind van deze les...

... heb je verschillende fimpjes beoordeeld m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal.

... heb je geoefend met het formuleren van argumenten.

... heb je geoefend met het herkennen van het vertelperspectief.

Slide 4 - Tekstslide

Wat heb je vorige les geleerd over stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 5 - Woordweb

Aan de slag
  • Op de volgende slides staan video's en opdrachten.
  • Kijk individueel de filmpjes en maak zelf de opdrachten.

Slide 6 - Tekstslide

1. Bekijk de spreekbeurt van Najib Amhali op de volgende slide.
2. Welke tips heb je voor Najib m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 7 - Open vraag

Slide 8 - Video

1. Bekijk de spreekbeurt van Webshop at school op de volgende slide.
2. Welke tops heb je voor de presentatrice m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?
3. Welke tips heb je voor de presentatrice m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 9 - Open vraag

Slide 10 - Video

Slide 11 - Video

1. Bekijk de spreekbeurt van Tony Chocolony op de volgende slide.
2. Welke tops heb je voor de presentator m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?
3. Welke tips heb je voor de presentator m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 12 - Open vraag

Slide 13 - Video

1. Bekijk de spreekbeurt van Nederland met water op de volgende slide.
2. Welke tops heb je voor de presentatrice m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?
3. Welke tips heb je voor de presentatrice m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 14 - Open vraag

Slide 15 - Video

1. Bekijk de spreekbeurt op de volgende slide.
2. Welke tops heb je voor de presentator m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?
3. Welke tips heb je voor de presentator m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 16 - Open vraag

Slide 17 - Video

1. Bekijk de spreekbeurt op de volgende slide.
2. Welke tops heb je voor de presentator m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?
3. Welke tips heb je voor de presentator m.b.t. stemgebruik, leestekens en lichaamstaal?

Slide 18 - Open vraag

Slide 19 - Video

Slide 20 - Video

Opdracht vertelperspectief
  • Op de volgende slides volgt een aantal vragen over het vertelperspectief. 

  • Lees de fragmenten en beantwoord de vragen.

Slide 21 - Tekstslide

Opdracht vertelperspectief
De toren van Babel - Annie M.G. Schmidt
In mijn onschuld dacht ik, dat het bouwen van een huis een vrij simpele affaire zou zijn. Ze doen het al zo lang... dacht ik. Mensen bouwen al zo lang huizen. Zeker al tienduizend jaar of langer. Het is net zoiets als brood bakken, dat doen ze ook al zo lang. En bouwen... zo'n achtduizend jaar geleden maakten ze al heel ingewikkelde pyramides, dacht ik. En de toren van Babel ook... nou ja goed, het ding is nooit afgekomen, maar nu zijn ze toch al weer zoveel verder en bovendien: mijn huis behoeft geen toren van Babel te worden, liever zelfs niet. Zo maar een huisje. Op de tekening, die de architect voor ons gemaakt had, was het zo eenvoudig. Enkel maar een paar kamers, rechte kamers, naast elkaar en een plat dak. En geen kwestie van spitsbogen of beeldhouwwerken, of van torentjes of van kantelen of van koepels of erkers of koekoeksramen, zo maar rechttoe, recht an een huis. Dat kon niet zoveel hoofdbrekens kosten, dacht ik.

Slide 22 - Tekstslide

Opdracht vertelperspectief
Wat is het perspectief in 'De toren van Babel?
A
Ik-perspectief
B
Personaal perspectief
C
Alwetende/auctoriale verteller

Slide 23 - Quizvraag

Slide 24 - Tekstslide

Opdracht vertelperspectief
Wat is het perspectief in 'De avonden'?
A
Ik-perspectief
B
Personaal perspectief
C
Alwetende/auctoriale verteller

Slide 25 - Quizvraag


Karakter - Bordewijk
Tot zijn een en twintigste was hij in een boekhandel werkzaam als magazijnknecht, niet in de winkel. Dit was het eerste baantje dat hem enige bevrediging gaf, want te hooi en te gras kon hij nu zijn kennis vergroten. Maar hij schoot er niet op, hij verdiende nog steeds niet genoeg om op zichzelf te staan, hij bleef bij haar wonen.
Op een stroeve manier gingen zij met elkaar om. Hij was voor haar toch geen kwade zoon. ’s Zondagsmiddags gingen zij altijd wandelen. Ze wou naar de rivier, nooit ergens anders heen, zo gingen ze naar het Park of naar de Oude Plantage. Ze keken over het water, ze zeiden weinig, hun stilzwijgen was soms op de grens van vijandschap.


Slide 26 - Tekstslide

Opdracht vertelperspectief
Wat is het perspectief in 'Karakter'?
A
Ik-perspectief
B
Personaal perspectief
C
Alwetende/auctoriale verteller

Slide 27 - Quizvraag

Slide 28 - Tekstslide

Opdracht vertelperspectief
Wat is het perspectief in 'Een onbekende trekvogel'?
A
Ik-perspectief
B
Personaal perspectief
C
Alwetende/auctoriale verteller

Slide 29 - Quizvraag

Slide 30 - Video

Welk perspectief heb je net gehoord in 'Koning van Katoren'?
A
ik-perspectief
B
Personaal perspectief
C
alwetende verteller
D
hij/zij-perspectief

Slide 31 - Quizvraag

Opdracht vertelperspectief

De zin: 'Later zou hij nog vaak aan deze dag terugdenken', kom je tegen bij . . .
A
ik-perspectief
B
alwetende verteller
C
personaal perspectief
D
elk vertelperspectief

Slide 32 - Quizvraag

Opdracht vertelperspectief

Als je graag meeleeft met de hoofdpersoon, lees je het liefst boeken met een . . .
A
alwetende verteller
B
personaal perspectief
C
ik-perspectief
D
-

Slide 33 - Quizvraag

Slide 34 - Video

Tot slot: Bedenk nu zelf het beste idee van Nederland. Beargumenteer waarom dit het beste idee van Nederland is

Slide 35 - Open vraag