In deze les zitten 10 slides, met tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 15 min
Onderdelen in deze les
Wat weet je al?
Slide 1 - Tekstslide
Wie meer heeft, betaalt ook meer
Een hoger inkomen = meer draagkracht.
Volgens het draagkrachtbeginselbetaal je
meer belasting als je meer inkomen hebt.
Een progressief belastingtarief hoort bij het draagkrachtbeginsel.
Slide 2 - Tekstslide
Draagkrachtbeginsel en heffingskorting
Sommige heffingskortingen zijn een gevolg van het draagkrachtbeginsel.
De draagkracht van AOW’ers bijvoorbeeld is vaak wat minder. Daarom krijgen zij een extra heffingskorting.
Slide 3 - Tekstslide
Beginselen
Beginselen:De belastingen die de overheid heft, gaan volgens bepaalde principes, oftewel "beginselen".
Draagkrachtbeginsel: Dit betekent dat de "sterkeren" meer bijdragen aan belastingen. Dus met een hoger inkomen betaal je meer % belasting (bijv: inkomstenbelasting)
Profijtbeginsel: Je betaalt belasting op het moment dat je ergens gebruik van maakt ( bijv: autobezitters die motorrijtuigenbelasting betalen)
Slide 4 - Tekstslide
Solidariteitsbeginsel
Iedereen met een inkomen staat een deel ervan af voor mensen zonder inkomen of met een laag inkomen.
Dit zorgt voor een redelijke verdeling van de welvaart.
Voorbeelden van het solidariteitsbeginsel:
sociale verzekeringen
inkomenssteun zoals de zorgtoeslag en de huurtoeslag
Slide 5 - Tekstslide
Belasting op personenauto's
Als je een nieuwe auto koopt dan
betaal je over de prijs btw. Daarnaast
betaal je ook bpm. Hoeveel dit is, is
afhankelijk van de CO2 uitstoot.
Daarnaast betaal je ook wegenbelasting
(motorrijtuigenbelasting)
Slide 6 - Tekstslide
Opzettelijk geen belasting betalen
Via de belasting betalen we samen de collectieve voorzieningen.
Wie opzettelijk te weinig belasting betaalt, doet aan
belastingontduiking ofbelastingfraude.
Belastingontduiking
is strafbaar
kan leiden tot meer belastingontduiking
kost de overheid naar schatting € 22 miljard per jaar = ongeveer net zoveel als wat de overheid jaarliks uitgeeft aan basis- en VO onderwijs.