poëzieweek 2025

1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
-Dagopening
-Doorgeven: 11 februari Leestoets 2.3 en 3.3
-Verder met poëzie

Slide 2 - Tekstslide

Pas jij je aan?
Je van niets of niemand iets aantrekken, klinkt aanlokkelijk. Maar kan het ook? Of laat je je altijd door iets of iemand beïnvloeden? Is dat dan erg? Of juist goed? 

En wat nou als er kritiek is op wat jij doet of zegt, trek je je daar dan iets van aan? Kan dat je volledig koud laten? Of is dat ook weer niet gezond?

Slide 3 - Tekstslide

Lezen 2.3 en 3.3
Dinsdag 11 februari
(zie Magister)

Slide 4 - Tekstslide

Poëzieweek

25 januari t/m 1 februari



Slide 5 - Tekstslide

Poëzie

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Vrijheid

Wat is vrijheid voor jou?

Is het iets waar je recht op hebt of iets wat je nodig hebt?

Slide 8 - Tekstslide

Zoek op internet naar verschillende definities van 'vrijheid'. Noteer de omschrijving die jou het meest aanspreekt.

Slide 9 - Open vraag

Gebruik je zintuigen
Je kunt dingen of ervaringen in een gedicht goed omschrijven aan de hand van zintuiglijke ervaringen: hoe voelt, ziet of ruikt iets?

In het gedicht op de volgende dia zie je hoe de dichter de woestijn omschrijft op basis van zintuiglijke ervaringen.

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Tekstslide

Vrijheid
  • Hoe ziet vrijheid eruit?
  • Hoe voelt vrijheid?
  • Hoe klinkt vrijheid?
  • Hoe proeft vrijheid?

Vul het werkblad in. Gebruik steekwoorden.

Slide 12 - Tekstslide

Vrijheid
De steekwoorden die je zojuist hebt opgeschreven ga je gebruiken om een gedicht te schrijven over vrijheid.


Stap 1:
Kijk naar je werkblad. Kies één zintuig dat eruit springt of maak een combinatie van zintuigen die elkaar goed aanvullen.

Slide 13 - Tekstslide

Vrijheid
Stap 2:
In je gedicht omschrijf je wat vrijheid voor jou betekent aan de hand van de woorden die je op je werkblad hebt geschreven.

Slide 14 - Tekstslide

Vrijheid
Stap 3:
Lees het gedicht van je buurman/-vrouw en geef elkaar één tip om het gedicht nóg beter te maken.

Slide 15 - Tekstslide

Poëzieposter
- Schrijf je gedicht over op een A4-papier of typ je gedicht in een Worddocument.
-Kies een passend lettertype en lettergrootte en een mooie kleur.
-Maak een tekening rondom, naast of achter het gedicht.
-Lever je gedicht in bij je docent.

Slide 16 - Tekstslide

Hoe vond je het om je eigen gedicht te mogen maken?
😒🙁😐🙂😃

Slide 17 - Poll