6.4: Klimaat & Inrichting

• Aardrijkskunde
• Middelbare school
• havo, vwo
• Leerjaar 2

6.4 klimaat en inrichting

Regels voor in de klas 

1. Ga op je eigen plek zitten

2. Eerst vragen voordat je je telefoon gebruikt. Bij niet vragen: inleveren bij receptie.

3. Tijdens de uitleg ben je stil

4. Roep niet door de klas:

        - Steek je vinger op als je een vraag hebt

        - Overleg met je buur

5. Blijf op je plaats.

Wat is de planning?

Week 19 11 mei	Week 20 18 mei
Toets H2 Herhalers	Herhalen H6 H7 §1

Week 21 25 mei	Week 22 1 juni	Week 23 8 juni	Week 24 15 juni	Week 25 22 juni
Toets H6 PO start	H7 §2 PO	H7 §3 PO	Herhalen Inleveren PO	Toetsweek

Klimaat & inrichting

Vandaag gaan we het hebben over hoe de klimaatverandering de inrichting van Nederland bepaalt.

We hebben te maken met zowel overstromingen (wateroverschot) als droogte (watertekorten).

Dit zorgt voor lastig beleid! Waarom denk je?

Leerdoelen

Je weet:

-Waarom het riviergebied zich moet aanpassen aan het veranderende klimaat;

-Welke maatregelen staan in het plan Ruimte voor de Rivier;

-Waarom je in de delta van Zeeland en Zuid-Holland tijdelijk water moet kunnen opslaan;

-Wat de gevolgen van droogte zijn;

-Wat een klimaatbestendige inrichting is.

Planning vandaag

- Uitleg paragraaf 4

- Aan de slag met de opdrachten

- Pauze

- Herhalen H2

Wateroverlast & overstromingen

→ Alle neerslag in het stroomgebied van de Rijn en de Maas wordt via de delta van Nederland afgevoerd → meer afvoer door meer neerslag.

→ Nederland als ‘afvoerputje’

• Vaker pieken in de waterafvoer (= het debiet) van rivieren door:

1. zware stortbuien

2. minder sneeuw, meer regen

Gevolg: grotere kans op overstromingen.

Waterberging: als het water even niet wegkan 

Zowel op kleine schaal

Wadi's

Als op grote schaal

Overloopgebied

Waterberging 

Zowel op kleine schaal

Wadi's

Als op grote schaal

Overloopgebied

Aan de slag...

- Maak paragraaf 4 2 t/m 8

- Huiswerk voor vandaag: 

minimaal paragraaf 1 + 2 tot opgave 6 af.

Huiswerk volgende week: 

Paragraaf 3 (1 t/m 6) + paragraaf 4 (2 t/m 8).

Pauze

Korte herhaling H2