7.4 deel 1

• Biologie
• Middelbare school
• vmbo t
• Leerjaar 4

Donderdag 3 sept

Zet de voedingsmiddelen op de juiste voedingsstoffen.

brandstoffen

koolhydraten en vetten

bouwstoffen

eiwitten en water

beschermstoffen

vitaminen en mineralen

Sleep de onderstaande beweringen naar het juiste of onjuiste vakje.

juist

Onjuist

Als je veel koolhydraten wilt eten, kies je voor doperwten.

Als je wilt afvallen, is het eten van sla een goede keuze.

De meeste voedingsmiddelen bevatten water.

Iemand die in de groei is kan best veel patat eten.

Pieter eet een bus pringels (165 g)  op. Hoeveel koolhydraten heeft hij binnen gekregen? 

Kroon

Wortel

Glazuur

tandbeen

tandvlees

bleodvaten en zenuwen

kaak

Piet zegt: Als je gesnoept hebt moet je gelijk je tanden poetsen, anders krijg je gaatjes.

Johan zegt: Je moet poetsen met fluor tandpasta, dit maakt je tandglazuur sterker.

Wie heeft er gelijk?

1. Piet
2. Johan
3. Piet en Johan
4. Geen van beiden

Hoe heet de stof die zorgt voor hart- en vaatziekten?

1. Zetmeel
2. Cholesterol
3. Suiker
4. Pindakaas

Noem de 3 factoren die invloed hebben op de energie-inname per dag.

0

Waar vinden peristaltische bewegingen plaats?

1. Slokdarm
2. Maag
3. Dunne-darm
4. Zowel A, B als C

Leg in je eigen woorden uit wat verteren is.

Wat is de functie van enzymen in speeksel en maagsap?

1. Enzymen doden bacteriën en virussen.
2. Enzymen nemen voedingsstoffen op
3. Enzymen knippen voedingsmiddel in kleine stukjes
4. Enzymen zorgen voor goede doorstroming

In de afbeelding zie je de werking van twee enzymen. Als je onderzoek wilt doen naar de werking van enzymen bij 40 graden, welk van de twee enzymen kan je dan het beste gebruiken?

1. Enzym 1
2. Enzym 2
3. Beide zijn goed
4. Geen van beide

0