Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
NEGATIE
Is de zin positief of negatief?
1 / 37
volgende
Slide 1:
Tekstslide
taal
Hoger onderwijs
In deze les zitten
37 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
15 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Is de zin positief of negatief?
Slide 1 - Tekstslide
Ik ga vandaag naar school.
A
positief
B
negatief
Slide 2 - Quizvraag
Ik ga morgen niet naar de winkel.
A
positief
B
negatief
Slide 3 - Quizvraag
Ik heb vier kinderen.
A
positief
B
negatief
Slide 4 - Quizvraag
Ik heb geen auto.
A
positief
B
negatief
Slide 5 - Quizvraag
Ik heb geen zin in frietjes.
A
positief
B
negatief
Slide 6 - Quizvraag
Ik vind fietsen leuk.
A
positief
B
negatief
Slide 7 - Quizvraag
ik kan u ............. helpen
A
niet
B
geen
Slide 8 - Quizvraag
Hoe zet je een zin om van positief naar negatief.
Slide 9 - Tekstslide
Ik heb 2 kinderen. =>
positief
Ik heb geen kinderen. =>
negatief
Slide 10 - Tekstslide
Ik moet morgen werken. =>
positief
Ik moet morgen niet werken. =>
negatief
Slide 11 - Tekstslide
Wanneer gebruik je niet of geen in een negatieve zin?
Slide 12 - Tekstslide
Je gebruikt geen in 4 verschillende gevallen
Slide 13 - Tekstslide
1. In combinatie met een 'de'- of 'het'-woord.
Bijvoorbeeld raam of deur.
Slide 14 - Tekstslide
Die kamer heeft geen raam.
Er is geen deur naar buiten.
Slide 15 - Tekstslide
2. Geen bij een taal.
Voorbeeld: Arabisch, Spaans
Slide 16 - Tekstslide
Ik spreek geen Arabisch.
Ik spreek geen Nederlands.
Slide 17 - Tekstslide
3. Geen bij spelen + sport
voetbal spelen, hockey spelen.
Slide 18 - Tekstslide
Ik speel geen voetbal.
Ik speel geen hockey.
Slide 19 - Tekstslide
Of spelen + muziekinstrument
gitaar
fluit
Slide 20 - Tekstslide
Ik speel geen gitaar.
Ik speel geen fluit.
Slide 21 - Tekstslide
4. Geen bij een getal.
2, 5, 20
Slide 22 - Tekstslide
Ik heb geen 2 fietsen.
Ik heb geen 4 vorken.
Slide 23 - Tekstslide
In alle andere gevallen gebruik je niet.
Slide 24 - Tekstslide
Nu gaan we een beetje oefenen...
Slide 25 - Tekstslide
Ik heb ............... ticket.
A
niet
B
geen
Slide 26 - Quizvraag
De toegangspoortjes gaan .............. open
A
niet
B
geen
Slide 27 - Quizvraag
De lift is ............. in gebruik
A
niet
B
geen
Slide 28 - Quizvraag
Je mag .................. foto's maken van de cursisten.
A
niet
B
geen
Slide 29 - Quizvraag
Ik heb ................. identiteitskaart
A
niet
B
geen
Slide 30 - Quizvraag
Je speelt ..... volleybal in de sporthal.
A
niet
B
geen
Slide 31 - Quizvraag
De voetganger valt ..... op het voetpad.
A
niet
B
geen
Slide 32 - Quizvraag
Je hebt geen ...... 4 kinderen, maar 3 kinderen?
A
niet
B
geen
Slide 33 - Quizvraag
Je spreekt nog ....... Engels?
A
niet
B
geen
Slide 34 - Quizvraag
Ik kan .... saxofoon spelen.
A
geen
B
niet
Slide 35 - Quizvraag
Ik heb ..... drie brillen.
A
geen
B
niet
Slide 36 - Quizvraag
Ik ga ..... vandaag naar de winkel, maar morgen.
A
geen
B
niet
Slide 37 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
ga je mee?
Maart 2022
- Les met
24 slides
NT2
Hoger onderwijs
Verbeteren toets 24/9 - OKAN Groen
September 2024
- Les met
24 slides
NT2
Secundair onderwijs
de negatie
Maart 2024
- Les met
11 slides
Okan
Secundair onderwijs
vierde leerjaar november
Oktober 2022
- Les met
39 slides
B1M4 - Soorten zinnen
Augustus 2024
- Les met
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs
ga je mee?
Februari 2021
- Les met
11 slides
NT2
Hoger onderwijs
Geschiedenis - Begrijpend lezen | 'De zoemende geschiedenis van de bijenteelt''
Augustus 2024
- Les met
13 slides
door
Kidsweek in de Klas
Begrijpend lezen
Geschiedenis
Basisschool
Groep 5-8
Kidsweek in de Klas
Thema 2 - Les 3 - Soorten zinnen deel 1
November 2020
- Les met
22 slides
Nederlands
Secundair onderwijs