Make questions Present simple

Welcome to English class!
HT1C
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
EngelsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Welcome to English class!
HT1C

Slide 1 - Tekstslide

Today
Today we are going to...
- learn how to make questions in English.




Slide 2 - Tekstslide

Lesson goals
At the end of this class...

- can explain when to use the present simple.
- can ask questions in English.


Slide 3 - Tekstslide

Let's talk!



On Sundays I usually …
On school nights I usually …
In the summer I often …
On my birthday I sometimes …
On Valentine's Day I usually …
On Saturday I always … 





Slide 4 - Tekstslide

Let's talk!



On Sundays I usually …
On school nights I usually …
In the summer I often …
On my birthday I sometimes …
On Saturday I always … 

Talk in pairs. Make sure both of you talk about all the statements.
You have 5 minutes!





timer
5:00

Slide 5 - Tekstslide

Present simple
Voor de meivakantie hebben we geleerd over de present simple.
Wie weet nog wanneer je de present simple gebruikt? 
En hoe wordt de present simple gemaakt?

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

How do you make questions?

Slide 11 - Tekstslide

Making questions 

We gaan nu oefenen met het maken van vragen in de tegenwoordige tijd (= present simple).


Slide 12 - Tekstslide

Making questions 

In de present simple begint een vraag vaak met do of does




Na do of does volgt altijd het hele werkwoord. Let op: je zet er dus géén -s achter bij he, she en it!

Denk ook aan het vraagteken aan het eind van de zin.


They live in Canada.
-> Do they live in Canada?

A lion eats meat.
- > Does a lion eat meat?

He likes pizza.
-> Does he like pizza?


Do
I/you/we/they
go...
Does
he/she/it
like...

Slide 13 - Tekstslide

Making questions
like Netflix - Do like netflix?
(do+ hele werkwoord)

Brian hates Netflix. - Does Brian hate Netflix?
(does+ hele werkwoord)

He is a nice guy - Is he a nice guy? 
(am / is / are kun je omwisselen)

Slide 14 - Tekstslide

Bij vragende zinnen MET het werkwoord BE (dus AM / IS / AREkun je het werkwoord uit de zin gebruiken.

Dus omwisselen:
WE ARE AT SCHOOL .
ARE we at school?


Slide 15 - Tekstslide

MAAAAAR, LET OP!!!
Bij vragende zinnen ZONDER  het werkwoord BE kun je NIET 
het werkwoord uit de zin gebruiken.

Dus niet:
Walk you to school?


Slide 16 - Tekstslide

VRAGENDE ZINNEN:

DO I WALK?
DO YOU WALK?
DOES HE WALK?
DOES SHE WALK?
DOES IT WALK?
DO WE WALK?
DOTHEY WALK?

Slide 17 - Tekstslide

NA DOES KOMT DUS ALTIJD HET HELE WERKWOORD!!


NIET: DOES THE BOY WATCHES NETFLIX?
WEL: DOES THE BOY WATCH NETFLIX? 

Slide 18 - Tekstslide

Turn these sentences into questions.
1. I have a cat.
2. Sarah has a cat.
3. You are the best.
4. My father likes pizza.

Slide 19 - Tekstslide

Maak de zin vragend.

Mike likes chocolate a lot.

Slide 20 - Open vraag

Maak de zin vragend.

Elephants have big ears.

Slide 21 - Open vraag

Maak de zin vragend.

His sister is 16 years old.

Slide 22 - Open vraag

Maak de zin vragend.

I am 12 years old.

Slide 23 - Open vraag

Maak de zin vragend.

A parrot has feathers.

Slide 24 - Open vraag

Let's practise!
- Go to page 235.
- Make exercise 12, 14, 15 & 16.
- Work in silence for the first 10 minutes.
Challenge-route:
- Make exercise 12, 14, 15  + handout
timer
10:00

Slide 25 - Tekstslide

Have we reached our goals?
Can you....
 - explain when we use the present simple?
- ask questions in English?

Slide 26 - Tekstslide