10.4 - Veiligheid
1 / 19
Lesduur is: 15 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Slide 2 - Tekstslide
Hoe bereken je de stopafstand?
A
Reactieafstand - Remweg
B
Reactietijd + Remweg
C
Reactieafstand + Remweg
D
Reactietijd - Remtijd
Slide 3 - Quizvraag
Hoe harder je rijdt, hoe langer je reactieTIJD
A
Waar
B
Niet waar
Slide 4 - Quizvraag
Hoe harder je rijdt, hoe langer je reactie AFSTAND
A
Waar
B
Niet waar
Slide 5 - Quizvraag
Wat is remweg?
A
De afstand die je aflegt tijdens het reageren
B
De afstand die je aflegt tijdens het remmen
C
De totale stopafstand
D
Zelfde als reactieafstand
Slide 6 - Quizvraag
Noteer alles wat de remweg kan beïnvloeden
Slide 7 - Open vraag
Noteer alles wat de reactietijd kan beïnvloeden.
Slide 8 - Open vraag
Slide 9 - Tekstslide
Slide 10 - Tekstslide
Het meisje op de bromscooter rijdt onveilig.
Wat moet zij doen om veiliger te rijden?
Wat moet zij doen om veiliger te rijden?
A
ze moet beschermende kleding dragen
B
ze moet een valhelm dragen
C
ze moet haar benen binnenboord houden
D
ze moet op het fietspad rijden
Slide 11 - Quizvraag
Slide 12 - Tekstslide
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
Wat is het doel van een kreukelzone in een auto?
A
door de kreukelzone blijft de auto langer heel
B
door de kreukelzone duurt de botsing langer
C
door de kreukelzone krijg je minder snel ongelukken
D
door de kreukelzone zie je sneller dat de auto stuk is
Slide 15 - Quizvraag
Waarom zit er GEEN kreukelzone op de plaats van de inzittenden?
A
omdat dat goedkoper is
B
omdat dat beter uitziet na een botsing
C
omdat daar ook al airbags zitten
D
omdat de plaats van de inzittenden juist NIET mag vervormen
Slide 16 - Quizvraag
Slide 17 - Tekstslide
Welke functie heeft een kreukelzone
A
De botsweg verlengen
B
De botsweg verkleinen
C
De schade verkleinen
D
De schade vergroten
