les 35 Meer dan lezen §1 herhaling en §2

• Nederlands
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 2

les 35

Meer dan lezen §1 herhaling en §2

Hallo 2Vd

Pak je spullen alvast (leesboek) en ga lezen in je leesboek

Wat gaan we doen vandaag?

• 10 min lezen
• Pecha Kucha Dries
• Herhaling toetsstof
• zelfstandig werken+ leren voor de toets
  

Leerdoelen §1

Ik weet/kan...

• wat de verschillende leesstrategieën en woordstrategieën zijn
• onderwerp en hoofdgedachte vinden in een tekst
• welke tekstdoelen er zijn en kan het doel van een tekst benoemen
• Ik weet wat een alinea is en wat de kernzin is
• Ik weet hoe een tekst is opgebouwd (Inleiding, middenstuk, slot)

Leerdoelen §2

Ik weet/kan...

• chronologisch, concluderend, opsommend, samenvattend, tegenstellend en toelichtend verband in een tekst herkennen aan de hand van signaalwoorden
  
• verbanden binnen een tekst en relaties tussen teksten beoordelen
  
• teksten maken waarin ik samenhang heb aangebracht d.m.v. tekstverbanden en passende signaalwoorden

Herhaling meer dan lezen §1 en §2

Leesstrategieën

Afhankelijk van je leesdoel, kies je een strategie:

• Oriënterend lezen -> onderwerp vinden
• Globaal lezen -> deelonderwerpen vinden
• Precies lezen  -> hoofdgedachte vinden
• Zoekend lezen -> bruikbare informatie vinden

Woordraadstrategieën

Als je in een tekst een onbekend woord tegenkomt, kijk je naar de context. Bij het zoeken kun je een strategie inzetten:

1. Zoek een synoniem

2. Zoek een omschrijving

3. Zoek een definitie

4. Zoek een voorbeeld

5. Zoek een tegenstelling

6. Zoek een bekend woorddeel

7. Bekijk de illustratie

Onderwerp (en deelonderwerpen)

Elke tekst gaat ergens over. Het heeft een bepaald onderwerp.

Als er veel over een onderwerp te vertellen is, kan het onderverdeeld zijn in deelonderwerpen.

Het onderwerp schrijf je zo kort mogelijk.

Hoofdgedachte

De hoofdgedachte van een tekst is het belangrijkste wat de schrijver over het onderwerp wil vertellen.

De hoofdgedachte schrijf je op in één zin.

Dus: de hoofdgedachte =  in één zin vertel je waar de hele tekst over gaat

Tekstdoelen

Alinea

Bestaat uit een aantal zinnen die bij elkaar horen omdat ze over hetzelfde gaan.

Een alinea heeft een kernzin. Dit is de belangrijkste zin in de alinea. Staat vaak vooraan de alinea, maar niet altijd!

Inleiding

• kennismaken onderwerp
  
• vaak d.m.v. voorbeeld/   grappige anekdote

Middenstuk

• grootste deel tekst
  
•  meeste informatie
  
•  meerdere alinea's

Tekstopbouw

Slot

• laatste alinea van een tekst
• herhaald vaak kort de belangrijkste informatie van de tekst

Tekstverbanden en signaalwoorden

In een goede tekst zijn woorden, zinnen en alinea's met elkaar verbonden.

Zo'n samenhang noem je een tekstverband.

Elk verband ontstaat door woorden, zinnen of alinea's aan elkaar te plakken met signaalwoorden.

Elk tekstverband heeft zijn eigen signaalwoorden.

Zelf oefenen

Cursus 1 Meer dan lezen - §1 en §2

Wat: Oefen voor leestoets §1 en § 2 meer dan lezen.

Hoe:  Individueel, leren op de laptop/boek, oefentoets maken

Hulp: Theorie uit je boek, docent.

Tijd: 20 min.

Uitkomst: Geoefend met leesbegrip en geoefend voor de toets.

Klaar?

Lezen in je leesboek

of huiswerk

Leerdoelen

Ik weet/kan...

• wat de verschillende leesstrategieën en woordstrategieën zijn
• onderwerp en hoofdgedachte vinden in een tekst
• welke tekstdoelen er zijn en kan het doel van een tekst benoemen
• Ik weet wat een alinea is en wat de kernzin is
• Ik weet hoe een tekst is opgebouwd (Inleiding, middenstuk, slot)

Fijn weekend alvast en succes met voorbereiden!

Ruim rustig je spullen op en blijf zitten tot de bel gaat