In deze les zitten 25 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.
Lesduur is: 60 min
Onderdelen in deze les
M&Tscience uitleg les 1.5
Benodigheden
- Werkboek
- Pen, potlood
- Rekenmachine
- Laptop (dicht)
Slide 1 - Tekstslide
Wat gaan we doen?
1. Korte herhaling van Grootheid en Eenheid
2. Uitleg 1.5 Rekenen aan eenheden (basisschool)
3. Maken opdrachten 1.5
Slide 2 - Tekstslide
Terugblik 1.4
Wat is de GROOTHEID in de onderstaande zin:
De boot ging met een snelheid van 75 km/h over het water.
A
de boot
B
snelheid
C
75 km/h
D
het water
Slide 3 - Quizvraag
Terugblik 1.4
Wat is de EENHEID in de onderstaande zin:
De boot ging met een snelheid van 75 km/h over het water.
A
de boot
B
snelheid
C
75 km/h
D
het water
Slide 4 - Quizvraag
Welke grootheid meten we met het meetinstrument in de afbeelding hiernaast?
A
Gewicht
B
Massa
C
Volume
D
Temperatuur
Slide 5 - Quizvraag
In welke eenheid wordt de massa gemeten? Je mag je bijlage boek gebruiken.
A
Kg
B
kilogram
C
gram
D
m
Slide 6 - Quizvraag
Extra: waarom?
Landen die geen gebruik maken van het metriek stelsel
Slide 7 - Tekstslide
Extra: hierom...
Mars Climate Orbiter
Crashte op 23 september 1999 bij aankomst op Mars.
Slide 8 - Tekstslide
Extra: hierom...
Mars Climate Orbiter
Het project was een samenwerking tussen Europa en de VS. Om in een baan om Mars te komen, moest de motor met een bepaalde waarde worden ontbrand om op de juiste hoogte terecht te komen.
Omdat beide partijen verschilde eenheden gebruikte, werd een verkeerde eenheid toegekend aan de motor van de ruimtesonde, waardoor die een te lage snelheid kreeg, en dus in een te lage baan terecht kwam en uiteindelijk op Mars crashte.
Slide 9 - Tekstslide
Extra: kosten?
327,6 miljoen dollar
Ja, daarom.
Slide 10 - Tekstslide
dfa
fdaf
1.5 Rekenen aan eenheden = Metriek
Het gebruik van vergrootwoorden en verkleinwoorden heet metriek.
Je kunt 5 000 meter dus anders schrijven:
Kilo betekent letterlijk 'duizend'.
Vijf-duizend-meter kun je dus schrijven als:
vijf-kilo-meter oftewel 5 km.
Slide 11 - Tekstslide
Recept pompoensoep
Ingrediënten:
1/2 pompoen
1 teen knoflook
40 cL bouillon
1,1 dL kookroom
1,5 el mosterd
1 el boter
0,15 Kg spekblokjes
Slide 12 - Tekstslide
Recept pompoensoep
Ingrediënten:
1/2 pompoen
1 teen knoflook
40 cL bouillon
1,1 dL kookroom
1,5 el mosterd
1 el boter
0,15 Kg spekblokjes
Ingrediënten:
.... mL bouillon
.... mL kookroom
.... g spekblokjes
Slide 13 - Tekstslide
Metrisch stelsel
Neem dit schema over in je aantekeningen!
Slide 14 - Tekstslide
Wat is de centrale eenheid van kilogram?
A
m
B
gram
C
massa
D
kilo
Slide 15 - Quizvraag
Eenheden die bij een zelfde grootheid horen kun je in elkaar omrekenen.
Slide 16 - Tekstslide
Slide 17 - Video
Hoeveel hectometer is 2000 m?
2000 : 10 = 200
200 : 10 = 20
2000 m = 20 hm
Slide 18 - Tekstslide
40 cL bouilon = ..... mL
A
0,4
B
4
C
40
D
400
Slide 19 - Quizvraag
Opdracht: Maak in je schrift het metriek stelsel voor volume
Slide 20 - Tekstslide
Opdracht: Maak in je schrift het metriek stelsel voor volume
40 cL bouilon = ..... mL
Slide 21 - Tekstslide
1,1 dL kookroom = ..... mL
A
0,11
B
1,1
C
11
D
110
Slide 22 - Quizvraag
0,15 kg spekblokjes = ..... g
A
1,5
B
15
C
150
D
1500
Slide 23 - Quizvraag
Wat ga je nu doen?
Huiswerk maken paragraaf 1.5 opdracht 38 t/m 49
Tip verspreid dit, dus maak niet alles in 1x!
Donderdag 5 oktober
Slide 24 - Tekstslide
Doelen
Leerdoelen
L01-15 - Je bent in staat om eenheden, gecombineerd met vergroot- en verkleinwoorden, in elkaar om te rekenen.
L01-15a - Je bent in staat om de eenheden (gram, liter en meter), gecombineerd met vergroot- en verkleinwoorden, in elkaar om te rekenen.
L01-15b - Je bent in staat om de eenheden, genoteerd met een letter en anders dan de gram en meter, gecombineerd met vergroot- en verkleinwoorden, in elkaar om te rekenen.
L01-15c - Je bent in staat om de eenheden (aangegeven met een speciaal teken of meerletterige afkorting), gecombineerd met vergroot- en verkleinwoorden, in elkaar om te rekenen.