MINDSET

Mindset
1 / 16
volgende
Slide 1: Tekstslide
Middelbare schoolmavo, havoLeerjaar 1,2

In deze les zitten 16 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Mindset

Slide 1 - Tekstslide

Wat is mindset?

Slide 2 - Woordweb

uitstelgedrag/opgeven als het lastig gaat / niet geloven dat je het kan / minder oefening / slechtere prestatie
Niet geloven dat je het kunt
Uitstelgedrag/opgeven als het lastig wordt
Minder oefening
Slechtere prestaties

Slide 3 - Tekstslide

Wat is MINDSET?
Mindset is een Engels woord. 
Het geeft aan hoe jij zelf denkt over je kwaliteiten en over je intelligentie. 
Je manier van denken beïnvloed je gevoelens en je gedrag

Slide 4 - Tekstslide

Bijvoorbeeld:

Je vindt zelf dat je goed bent in Engels. 
Je ziet er niet tegenop om je Engelse boek te pakken en je stelt het woordjes leren niet lang uit. 


Je gedachten en je gevoelens over wiskunde zijn echter heel anders: 
het kan zijn dat je hier soms moeite mee hebt en niet gelooft dat je hier beter in kunt worden want "wiskunde is gewoon niet jouw ding".  
Het kan ook zijn dat je je hier onzeker over voelt en/of je wiskunde sommen uitstelt.

Slide 5 - Tekstslide

Slide 6 - Tekstslide

Interactieve oefening
Nu gaan we de stappen van de video op jezelf toepassen. 

Stap 1: Herken je mindset
Pak een blaadje en een pen. 
Zet een streep in het midden van de pagina. 
Schrijf aan de linkerkant een school vak op waar je goed in bent en rechts een school vak waar je moeite mee hebt. 

Slide 7 - Tekstslide

Slide 8 - Video

Voorbeeld: 
Vak waar ik goed in ben:
Vak waar ik moeite mee heb:
Wiskunde
Geschiedenis

Slide 9 - Tekstslide

Vervolg stap 1: Herken je mindset

1. Welke gedachten en gevoelens komen in je op als je aan deze vakken denkt? Schrijf ze op in trefwoorden op de helft van elk vak. 

2. Zie je verschil tussen de linker- en rechterhelft van je blaadje?  

3. Voor het vak waar je moeite mee hebt, vraag jezelf af: "Geloof ik dat ik beter kan worden in dit vak?"
 

Slide 10 - Tekstslide

Stap 2: Verander je gedachten 

Focus je nu op het vak waar je moeite mee hebt en houd de gedachten en gevoelens die je hebt opgeschreven erbij. 

4. Pak één van de negatieve gedachten en gevoelens op je blaadje en maak deze gedachte of dit gevoel positiever. 

Bijvoorbeeld: "Ik kan dit nooit leren"         "door oefening word ik hier beter in". 

Bijvoorbeeld: "Ik voel me angstig over mijn Engelse toets"        "Ik ga het gewoon proberen en elke keer zal het wat beter gaan".

Slide 11 - Tekstslide

Klassikaal bespreken van de doelen



Let op: het gaat om haalbaarheid!

Slide 12 - Tekstslide

Tips! (zonder fouten maken leer je niet) 

Slide 13 - Tekstslide

Stap 3: Zorg voor succes!

Stel één haalbaar doel voor het vak waar je moeite mee hebt en schrijf dit op. ( Achterkant blaadje). Voorbeelden:
Voor het vak Frans: doel-->>15 woordjes  F-N herkennen
Voor het vak wiskunde: doel-->>de opdrachten die je deze les fout had opnieuw maken 
Voor het vak gs: doel-->>maak een samenvatting van de lesstof voor aankomende les en leg die uit aan een klasgenoot.

Slide 14 - Tekstslide

Maak een foto van jouw blaadje en upload het of stuur het aan mij:

Slide 15 - Open vraag

Wat heeft op jouw mindest een groot invloed?
A
Cijfers
B
Ouders
C
Docenten
D
De doelen voor jouw toekomst

Slide 16 - Quizvraag