In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.
Onderdelen in deze les
Wat is politiek?
Slide 1 - Tekstslide
politiek
Slide 2 - Woordweb
Politiek betekent het maken van keuzes en het nemen van beslissingen over hoe een land, een provincie of een gemeente bestuurd moet worden.
Politici bedenken en nemen namens de bevolking besluiten dit noemen we ook wel besturen.
Dit doen de politici niet alleen hiervoor krijgen ze hulp van ambtenaren. Dit zijn mensen die voor de overheid werken. Met de overheid bedoelen we alle politic en ambtenaren
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Tekstslide
Slide 5 - Tekstslide
Slide 6 - Tekstslide
0
Slide 7 - Video
Rechtse partijen
Slide 8 - Woordweb
Hoe noemen we het als je jezelf verkiesbaar stelt?
timer
0:15
A
actief kiesrecht
B
passief kiesrecht
Slide 9 - Quizvraag
Als ik 18 ben, ga ik zeker stemmen!
A
Ja
B
Nee
C
weet ik nog niet
Slide 10 - Quizvraag
Deze partijen vinden vrijheid voor personen en bedrijven belangrijk
timer
0:20
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 11 - Quizvraag
Burgers moeten voor elkaar zorgen
timer
0:20
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 12 - Quizvraag
De kansen moeten voor iedereen gelijk zijn.
timer
0:20
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 13 - Quizvraag
Als je meer verdient moet je meer belasting betalen.
timer
0:20
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 14 - Quizvraag
De overheid zorgt vooral voor de veiligheid
timer
0:20
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 15 - Quizvraag
D66, CDA en Christenunie
timer
1:00
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 16 - Quizvraag
PVV, VVD en SGP
timer
0:15
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 17 - Quizvraag
PvdA, Partij voor de Dieren, SP, GroenLinks
timer
0:15
A
Links
B
Midden
C
Rechts
Slide 18 - Quizvraag
Op welke manier kun je jezelf verkiesbaar stellen?
timer
0:20
A
Lid worden van een partij
B
Naar de stembus gaan
C
Een mail sturen naar de Tweede Kamer
Slide 19 - Quizvraag
Hoe noem je het recht om te gaan stemmen?
timer
0:15
A
actief kiesrecht
B
passief kiesrecht
Slide 20 - Quizvraag
hoe links of rechts ben jij?
A
links
B
rechts
C
midden
Slide 21 - Quizvraag
Politieke stromingen
Indeling van politieke partijen volgens een waarde: vrijheid, gelijkheid of geloof
Slide 22 - Tekstslide
Sociaal-democratie
Mensen zijn gelijkwaardig
Actieve rol van de overheid: mensen helpen die niet voor zichzelf kunnen zorgen
Meer gelijkheid tussen mensen (ook in lonen)
Slide 23 - Tekstslide
Christen-democratie
Katholiek/protestant
Bijbelse waarden
De aarde ook voor onze kinderen
Naastenliefde
Slide 24 - Tekstslide
Liberalisme
Persoonlijke vrijheid
Passieve rol van de overheid: zo min mogelijk bemoeien met de mensen
Weinig regels voor de economie
Slide 25 - Tekstslide
Nederland is een ............... democratie, want de bevolking kiest de volksvertegenwoordigers, die namens de bevolking beslissingen nemen.
A
Sociale
B
Indirecte
C
Directe
D
Politieke
Slide 26 - Quizvraag
Als je een topinkomen hebt moet je meer belasting betalen
A
Links
B
Rechts
Slide 27 - Quizvraag
Christen- democratie (CDA, CU, SGP) Draait vooral om....
A
naastenliefde en religie
B
vrijheid
C
milieu
D
gelijkwaardigheid
Slide 28 - Quizvraag
Wie heeft de wetgevende macht? (Trias Politica)
A
Parlement
B
Regering
C
Rechters
Slide 29 - Quizvraag
Hierin wordt een uitleg gegeven van de plannen die de regering heeft voor het komende jaar
A
Miljoenennota
B
Prinsjesdag
C
Troonrede
Slide 30 - Quizvraag
Wie zitten er in het parlement? (1e en 2e kamer)
A
Volksvertegenwoordigers
B
Staatssecretarissen
C
Ministers
D
Alleen maar hoogopgeleide mensen
Slide 31 - Quizvraag
0
Slide 32 - Video
Prinsjesdag
Troonrede
Miljoenennota
Slide 33 - Tekstslide
Wat is GEEN taak van de koning?
A
Handtekening zetten onder wetten
B
De troonrede voorlezen
C
Beslissen welke wetten doorgaan
D
ministers benoemen
Slide 34 - Quizvraag
Wie zitten er in de regering?
A
Koning en staatssecretarissen
B
Koning en ministers
C
Ministers en staatssecretarissen
Slide 35 - Quizvraag
Wat is een staatssecretaris?
A
Maakt de wetten
B
Helpt de ministers
C
Presenteert de miljoenennota
Slide 36 - Quizvraag
Wie zitten er in het kabinet??
A
Koning en staatssecretarissen
B
Ministers en staatssecretarissen
C
Koning en ministers
Slide 37 - Quizvraag
Wanneer is Prinsjesdag?
A
3de dinsdag van september
B
3de woensdag van september
C
3de maandag van september
D
3de donderdag van september
Slide 38 - Quizvraag
0
Slide 39 - Video
Slide 40 - Tekstslide
Slide 41 - Tekstslide
Slide 42 - Tekstslide
Slide 43 - Tekstslide
Wanneer ben je burgemeester?
Als je verantwoordelijk bent voor de gemeente.
Je wordt benoemd door de regering. Je kan solliciteren
De burgemeester is het hoofd van de brandweer
Burgemeester van Rotterdam Ahmed Aboutaleb
burgemeester Remkes is waarnemend burgemeester van Den Haag. De regering moet een nieuwe burgemeester keizen
Burgemeester Krikke van Den Haag moest haar ambt neerleggen omdat ze niet goed had gehandeld het fout gaan bij de vreugdevuren in Scheveningen.
Een burgemeester heeft ook de leiding over de politie.
Elke burgemeester heeft een ambtsketting. Deze ketting is van de gemeente zelf en wordt overgedragen als er een nieuwe burgemeester is.
Burgemeester van Amsterdam Femke Halsema
Slide 44 - Tekstslide
Slide 45 - Tekstslide
0
Slide 46 - Video
Wat doen wethouders?
Elke wethouder heeft een onderwerp in de gemeente waar hij/zij zich mee bezig houdt.
bijv:
- onderwijs
- cultuur en sport
- jongerenbeleid
wethouder van onderwijs zorgt voor voldoende scholen in de gemeente
1
wethouder van jongerenbeleid zorgt dat jongeren en ouders terecht kunnen bij de gemeente
5
wethouder van sport zorgt dat er voldoende verenigingen, sportvelden zijn in een gemeente
3
wethouder van cultuur zorgt dat er kunst en cultuur is in de stad
4
Wethouder van cultuur zorgt voor musea in de stad
2
wethouder van groenvoorziening zorgt dat de natuur en de parken op orde zijn en zorgt voor speeltuintjes