1.4/1.5 Assenstelsels
1 / 17
Lesduur is: 30 minOnderdelen in deze les
Slide 1 - Tekstslide
Hoe heten deze lijnen samen?
A
Assenstelsel
B
Coördinaten
C
Hoeklijnen
D
Oorsprong
Slide 2 - Quizvraag
Welke coördinaten horen bij punt F?
A
F (0, 4)
B
F (4, 0)
C
F (-4, 0)
D
F (0, -4)
Slide 3 - Quizvraag
Een assenstelsel begint met...
A
De oorsprong
B
Een willekeurig getal
C
Het begin
D
(5,7)
Slide 4 - Quizvraag
Sleep de goede naam naar het onderdeel van het assenstelsel.
x-as
y-as
Oorsprong
Slide 5 - Sleepvraag
Welke locatie hoort bij het coördinaat:
(3, 2)
(3, 2)
A
Jeugdherberg
B
Disco
C
Strand
D
Snackbar
Slide 6 - Quizvraag
Wat zijn de coördinaten van punt A?
Slide 7 - Open vraag
Welke coördinaten horen bij punt A?
A
A (3, 3)
B
A (1; -2,5)
C
A (4; 2,5)
D
A (-4; -2,5)
Slide 8 - Quizvraag
De plaats van een punt op de kaart of in een assenstelsel geven we aan met twee getallen.
Hoe heten deze getallen?
Hoe heten deze getallen?
A
Roosterpunten
B
Punten
C
Oorsprong
D
Coördinaten
Slide 9 - Quizvraag
Waar ligt het coördinaat (-4,-3) in het assenstelsel?
A
Linksboven
B
Rechtsboven
C
Linksonder
D
Rechtsonder
Slide 10 - Quizvraag
Hieronder zie je een assenstelsel met coördinaten. Sleep de coördinaten naar de juiste letter.
A
B
D
E
(8 , -4)
(0 , -3)
(5 , 2)
(4 , -2)
Slide 11 - Sleepvraag
Wat zijn de coördinaten van de camping?
Slide 12 - Open vraag
Wat zijn de coördinaten van punt D?
Slide 13 - Open vraag
Wat is de x-as?
A
Een spaak van een wiel
B
De verticale as in het assenstelsel
C
De horizontale as in het assenstelsel
D
Het kruispunt van de twee assen in het assenstelsel
Slide 14 - Quizvraag
De kronkellijn in de grafiek betekent dat we de getallen tussen 0 en 27 overslaan
A
Waar
B
Niet waar
