In deze les zitten 52 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 2 videos.
Onderdelen in deze les
Moderne geschiedenis
Slide 1 - Tekstslide
Programma
Les 1 Introductie, WO
Les 2 WOII
Les 3 t/m 8 Keuze onderwerp presentatie
Slide 2 - Tekstslide
Waar zijn we in de tijdlijn gebleven?
Slide 3 - Tekstslide
Slide 4 - Video
Hoe groot was de metaalproductie van Duitsland
A
Net zo groot als die van Frankrijk
B
Net zo groot als die van Engeland
C
Groter dan die van Engeland en Frankrijk bij elkaar
Slide 5 - Quizvraag
Wat was de aanleiding van WO 1?
A
De moord op de Franse kroonprins
B
De moord op Franz- Ferdinand
C
De moord op Rasputin
Slide 6 - Quizvraag
Aanleiding
Gavrilo Princip vermoordt Franz-Ferdinand
De kroonprins van Oostenrijk-Hongarije bracht op 28 juni 1914 een bezoek aan de Bosnische stad Sarajevo. Daar wordt hij vermoord
door de Bende van de Zwarte Hand.
Slide 7 - Tekstslide
0orzaken
Slide 8 - Tekstslide
https:
Slide 9 - Link
Oorzaak 1
Nationalisme
Nationalisme betekent trots zijn op je volk.
In de negentiende eeuw komt het nationalisme op in Europa:
Er komen nieuwe landen: Duitse Keizerrijk en Italië
Volkeren streven naar onafhankelijkheid in Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk
Slide 10 - Tekstslide
Kan je een voorbeeld geven van hedendaags nationalisme?
Slide 11 - Tekstslide
Oorzaak 2 Militarisme en bewapeningswedloop
Militarisme betekent trots op het leger.
Grootmachten investeren in moderne wapens
Moderne wapentechnieken zoals mitrailleurs en verbeterde kanonnen.
Er ontstaat een bewapeningswedloop tussen de grootmachten. Niemand wil onderdoen voor de ander
Slide 12 - Tekstslide
Oorzaak 3
Imperialisme Modern imperialisme
De Europese grootmachten streefden naar een groot wereldrijk. Dit is modern imperialisme.
Kolonisatie van Afrika en Azië op zoek naar grondstoffen voor de industrie.
Nieuwe landen als Italië en het Duitse Keizerrijk hadden nauwelijks kolonies.
Slide 13 - Tekstslide
Wat was geen kolonie van Nederland?
A
Suriname
B
Curaçao
C
Zuid-Afrika
D
Madagaskar
Slide 14 - Quizvraag
Oorzaak 4 Bondgenootschappen en vijandbeelden
Grootmachten sloten bondgenootschappen om andere grootmachten af te schrikken:
Geallieerde: Frankrijk, Groot-Brittannië en Rusland
Centralen: Duitsland, Oostenrijk-Hongarije en het Ottomaanse Rijk (huidige Turkije)
Landen van het andere bondgenootschap worden met vijandbeelden zwart gemaakt.
Slide 15 - Tekstslide
Slide 16 - Tekstslide
Kenmerken WO 1
Slide 17 - Tekstslide
Loopgraven
De wapens zijn zo krachtig geworden, dat vechten op een open veld zelfmoord zou zijn
Loopgraven zorgen voor meer beschutting
In totaal wordt er aan het Westfront 40.000km aan loopgraven aangelegd
Slide 18 - Tekstslide
Slide 19 - Tekstslide
Slide 20 - Tekstslide
Loopgraven
Om aanvallen moeilijker te maken wordt gebruik gemaakt van mijoenen kilometers prikkeldraad
Loopgraven worden uitgebreid met complete ondergrondse kamers
Slide 21 - Tekstslide
Slide 22 - Tekstslide
Nieuwe wapens
Om de loopgravenoorlog te doorbreken worden uitvindingen gedaan die zorgen voor nieuwe wapens.
Naast generaals bepalen ook steeds meer wetenschap en techniek het verloop van de oorlog.
De Eerste Wereldoorlog wordt 'de oorlog van de uitvinders'
Slide 23 - Tekstslide
Gifgas
Gif- of strijdgassen moesten ervoor zorgen dat de vijand, in paniek, de loopgraven zouden verlaten
De meeste gasaanvallen waren door het gebruik van gasmaskers steeds minder dodelijk voor de soldaten, maar zorgde voor brandwonden, tijdelijke blindheid en angst
Slide 24 - Tekstslide
Zeppelins
Om het slagveld beter te kunnen observeren, gebruikte men zappelins om de ligging van de loopgraven te achterhalen.
Behalve voor observatie werden Zeppelins ook gebruikt voor bombardementen (op Antwerpen en Londen)
Slide 25 - Tekstslide
Wat zou je een moderne Zeppelin kunnen noemen?
Slide 26 - Tekstslide
Vliegtuigen
Om voor een echte doorbraak in de oorlog te zorgen, zijn de eerste vliegtuigen nog te primitief.
Toch beleeft de wereld de eerste luchtgevechten en bombardementen.
Slide 27 - Tekstslide
Vlammenwerpers
Net als gifgas moet de vlammenwerper voor paniek bij de vijand zorgen.
Brandende benzine wordt, soms over afstanden van honderden meters, over het slagveld gespoten
Slide 28 - Tekstslide
Tanks
Hoe kom je levend bij de loopgraven van de vijand? Bouw een rijdend stalen harnas om je heen!
Omdat de ontwikkeling ervan zeer geheim was, gebruikten de Britten de term 'tank', van watertank. Zelfs de arbeiders geloofden dat ze mobiele watertanks maakten.
Slide 29 - Tekstslide
Duikboten
Duikboten bestonden al sinds de 19e eeuw, maar in de Eerste Wereldoorlog werden ze voor het eerst (met name door Duitsland) massaal ingezet.
De Duitsers probeerden met de Onbeperkte Duikbotenoorlog (1915/1917)alle schepen (oorlogs-, koopvaardij- en passagiersschepen) tot zinken te brengen
Slide 30 - Tekstslide
Gevolgen
De nieuwe wapens en oorlogsvoering laten zichtbare en onzichtbare verwondingen achter
Van de mannen met de kapotgeslagen gezichten...
...tot zware psychische klachten, vaak omschreven als Shellshock
Slide 31 - Tekstslide
Gevolgen van
de Eerste Wereldoorlog
voor Nederland
Slide 32 - Tekstslide
Neutraal
Nederland was tijdens de Eerste Wereldoorlog, neutraal
Voor een handelsland als Nederland is dat lastig: je handelt immers met beide partijen.
Slide 33 - Tekstslide
Belgische vluchtelingen
Nederland nam rond de 1 miljoen vluchtelingen uit België op.
Deze Belgen waren op de vlucht voor de oorlog.
Belgische soldaten werden, net als soldaten uit andere landen, ontwapend en gevangen gezet
Slide 34 - Tekstslide
Dodendraad
Ook wel ' De Draad' genoemd
De Dodendraad was door de Duitsers aangelegd tussen België en Nederland
Zo wilden ze voorkomen dat geallieerde soldaten, Duitse deserteurs, spionnen of oorlogsvrijwilligers naar of van België konden reizen
Op de draad stond 2000 volt
Vermoedelijk zijn rond de 1000 mensen om het leven gekomen
Slide 35 - Tekstslide
Economie
Oorlog is slecht voor de handel: er ontstaat ook in Nederland schaarste
Ook Nederlandse schepen zijn slachtoffer van de Duikbotenoorlog...
Slide 36 - Tekstslide
De Verenigde Staten
raken betrokken bij de oorlog april 1917
Slide 37 - Tekstslide
Oorzaken
Het liefst zouden de Amerikanen niets met deze 'Europese' oorlog te maken willen hebben, maar...
...inmiddels is het 8e Amerikaanse schip door Duitsers getorpedeerd...
...en is ontdekt dat de Duitsers bezig zijn met het ophitsen van Mexico en Japan tegen de VS (Zimmerman-telegram)
Slide 38 - Tekstslide
Hoewel de Amerikanen pas vanaf augustus 1918 meevechten,
betekent de enorme hoeveelheid nieuwe soldaten en wapens de doorslag.
Slide 39 - Tekstslide
11 november 1918: wapenstilstand
Een wapenstilstand is nog geen vrede. Hierover werd
tussen januari en juni 1919 onderhandeld in Versailles (bij Parijs)
Onderhandelingen tussen Frankrijk, Groot-Brittannië, Italië en Amerika
Slide 40 - Tekstslide
0
Slide 41 - Video
Verdrag van Versailles (1)
Duitsland moet veel grondgebied afstaan (ongeveer 10 - 15%)
Duitsland moet kolonies afstaan
Duitsland mag geen leger meer hebben van groter dan 100.000 man
Duitsland moet herstelbetalingen doen aan vnl. Frankrijk
Slide 42 - Tekstslide
Verdrag van Versailles (2)
Duitsland mag geen grote oorlogsschepen meer hebben (bepaald gewicht)
Duitsland mag geen luchtmacht meer hebben
Grens tussen Frankrijk en Duitsland wordt gedemilitariseerd (Rijnland).
Slide 43 - Tekstslide
Verdrag van Versailles
Duitsland mocht niet meepraten
Duitsland kreeg schuld
Gedwongen verdrag te tekenen
Zware straffen
Duitsers spreken van 'Diktat von Versailles'
Slide 44 - Tekstslide
Verdrag van Versaille was de opmaat naar WOII
Slide 45 - Tekstslide
Wanneer vond de Eerste Wereldoorlog plaats?
A
1913-1917
B
1914-1918
C
1915-1919
D
1916-1920
Slide 46 - Quizvraag
Welke bondgenoten had Duitsland in de eerste wereldoorlog? (Triple Alliantie)
A
Oostenrijk-Hongarije en Ottomaanse rijk
B
Servië en Ottomaanse rijk
C
Frankrijk en Rusland
D
Italië en Spanje
Slide 47 - Quizvraag
Slide 48 - Tekstslide
Onderwerpen voor presentatie
In 2-tallen onderzoek je een thema en geef je les aan de klas, zoek een muzieknummer dat past bij deze gebeurtenis en geeft er een lesidee erbij.
Zorg dat je in de les de tijdbalk weergeeft en dat je een link naar het heden maakt (voor je examen)