W. 8 Kapitel 6 Klasse Schule

• Duits
• Middelbare school
• vmbo g
• Leerjaar 2

Kapitel 8: Tierisch gut!

 Pak je boek voor je.

Was machen wir heute?

1. Oefentoets K. 7 en K. 8

2. Quizizz

Lernziel: Lesen und Hören üben

Was machen wir heute?

1. Hören

2. Grammatik
3. Lesen
4. Quizizz

Lernziel: Lesen und Hören üben

Grammatik 

-d /-t 

Stam eindigt op -d of -t krijgt een extra -e 

Reden = red

du redest 

Oefentoets K.7 und K. 8

- Oefentoets K. 7

- Oefentoets K. 8

Fertig? Slim stampen of quizlet 

S. 102 Lesen, Aufgabe 26

und 32 

Hausaufgaben

1. Leesopdracht in je groepje afmaken en inleveren via Google Classroom: Aufgabe 24 und 25 S. 100 + 101

2. Enquête invullen als je dat nog niet hebt ingevuld; zie je e-mail. 

Groepsopdracht 

Lesen

5 weken (5 teksten)

Groepjes van 4 

Doel: Duitse teksten lezen met als doel de leesmotivatie te verbeteren.

Groepsopdracht 

Lesen

De drie coöperatieve werkvormen zijn:

1. Check – in - duo’s

2. Denken – delen – uitwisselen

3. Eenvoudige experts.

Groepsopdracht 

Lesen

Deze week:

Denken - delen - uitwisselen

1. De leerlingen krijgen de tijd om (in stilte) over die vraag na te denken (Denken)

2. Vervolgens bespreken de leerlingen, in groepjes, hun antwoorden (Delen).

3. De docent vraagt willekeurig enkele leerlingen naar hun antwoord (Uitwisselen)

Groepsopdracht 

Lesen

Deze week:

Eenvoudige experts.

In het groepje is dus elke leerling een expert voor zijn eigen deelopdracht.

Wat ga je doen? 

1. Je verdeelt de woorden in de tabel onder de leden van het groepje. 

Bijv. iemand zoek. Gewicht Männchen in de tekst.

De ander: Gewicht Gehirn. 

Groepsopdracht 

Lesen

Wat ga je doen? 

1. Je verdeelt de woorden in de tabel onder de leden van het groepje. 

Bijv. iemand zoek. Gewicht Männchen in de tekst.

De ander: Gewicht Gehirn. 

Degene onderstreept waar het antwoord gevonden is. Dit moet terug te zien zijn bij het in leveren!!!!!!!!!

Groepsopdracht 

Lesen

Deze week:

Denken - delen - uitwisselen

1. Vul het formulier voor jezelf in (Denken)

2. Vervolgens bespreek je het met het rest van je groepje (Delen).

3. De docent vraagt willekeurig enkele leerlingen naar hun antwoord (Uitwisselen)

Vul de rest van de vragen samen in.

Groepsopdracht 

Lesen

Beantwoord de vragen in het Duits

1. Welche Farbe hat ein Chamäleon, das wütend ist?

2. Welches Geschlecht ist bunter? Männchen oder Weibchen?

3. Was macht ein Chamäleonmännchen, wenn es verliebt ist?

4. Wie weit kann ein Chamäleon sehen?

5. Wie viele Eier legt ein Weibchen?

S. 104 Sprechen Aufgabe 27, 28, 29

Aussprache S.182

1. Tekst lezen

2. Zinnen na spreken

3. Plauderecke meelezen.

S (sie)

ß (Fußball)

z (Zeit)

Enquête: lezen van Duitse teksten 

Lezen van Duitse teksten gebeurt individueel.

Hoe ervaren jullie dat?

1. Ga naar je Gmail.

2. Vul de enquête in.

Laat mij weten met wie je wilt samenwerken. Groepjes van 4.

Tierisch gut

Extreem goed!

S. 88 Grammatik

 Aufgabe 7

3e naamval 

Aus, bei, mit, nach, seit, von, zu 

4e naamval

dürch, für, ohne, um, gegen, bis, entlang 

Morgen kommen wir zu (jullie)

1. uns
2. euch
3. ihm
4. ihnen

Aus (ons)______wird nichts.

1. uns
2. euch
3. sie
4. ihnen

Liegt der Hund abends bei (jou)?

1. mir
2. mich
3. dir
4. dich

S. 101  Lesen

 Aufgabe 25

Welches Wort passt? Ergänze das richtige Wort im Satz. 

Das schnellste Landtier der Welt ist ...

1. Der Gepard
2. Das Wildpferd

Warum ist ein Seepferdchen so langsam?

1. Sie sind faul
2. Sie hat starre schuppen

Welches Tier ist größer?

1. Afrikanische Löwe
2. Sibirische Tiger

S. 59 Grammatik

 Aufgabe 13

S. 189 Stappenplan

Deze krijg je bij de toets!!

1. Ich grüße ein/einen Jungen.

- Wat is het persoonlijk vnw?

- Geslacht zelfstandig nw.

S. 59 Grammatik

 Aufgabe 13

S. 189 Stappenplan

Deze krijg je bij de toets!!

LET OP!!!

4e naamval

durch, für, ohne, um, gegen, bis, entlang 

Ich kaufe (een) Tisch (m)

1. ein
2. einen

Wir spazieren durch..... ein/einen Garten (m)

1. ein
2. einen

Die Frau will...(een).... neuens Bett (o)

1. ein
2. einen

Wir haben (geen) Haustiere (mv)

1. kein
2. keine

S.  Schreiben

 Aufgabe 18

Fülle mithilfe der Schreibecke den Tierpass aus. Du bist der Besitzer. 

Fülle alle gefragten Daten über dich und dein Haustier aus.

S.  Schreiben

 Aufgabe 18

Du bist in Urlaub gefahren und hast dein Haustier mitgenommen. 

 Es ist weggelaufen oder weggeflogen.

In der Suchmeldung steht:

– eine gute Beschreibung des Tieres (Farbe, Größe, Fell),

– seit wann es verschwunden ist (Datum, Zeit),

– wohin man das Tier zurückbringen kann,

– welche Belohnung es für den Finder gibt.

S.  Hören

 Aufgabe 20

Wildes Leben in Berlin 

Maak tijdens het luisteren aantekeningen. Dit helpt je om belangrijke dingen te begrijpen en te onthouden.

EF Agenda

Aufgabe 26 und 27 S. 102 und S. 103

Aufgabe 28, 29 S. 104

Aufgabe 24 und 25

.