natuurkunde het relais

hst 6.3 "Het relais"
1 / 21
volgende
Slide 1: Tekstslide
NatuurkundeMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 21 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

hst 6.3 "Het relais"

Slide 1 - Tekstslide

Een weerstand

Hier staat een voorbeeld van een weerstand.

Let op de ringen. Deze weerstand heeft vier ringen, er zijn ook weerstanden met vijf ringen.

De ringen hebben een betekenis welke een

codering is voor de grootte van de weerstand.


We hebben ring 1, 2 (en soms 3)

Daarnaast ring A en B

Slide 2 - Tekstslide

Hier zie je kleuren van de ringen

Slide 3 - Tekstslide

Weerstanden
Zo nu gaan we echt aan iets nieuws beginnen: weerstand. 
Maar wat is weerstand eigenlijk?

De weerstand geeft aan hoe moeilijk de elektrische stroom door een stroomkring (of apparaat) gaat.
Hoe hoeger de weerstand, des te moeilijker de stroom er door heen gaat.


Slide 4 - Tekstslide

Input - proces - output
Input: SENSOR
produceert een elektrisch signaal dat informatie geeft over zijn omgeving
Proces: VERWERKER
verwerkt het signaal van sensor en geeft info aan actuator
Output: ACTUATOR
onderneemt actie/doet iets

Slide 5 - Tekstslide

De weerstand berekenen.

Slide 6 - Tekstslide

LDR
LICHTSENSOR (lichtgevoelige sensor)

weinig/geen licht -> hoge weerstand (R) -> houdt de stroom tegen(I)

(veel) licht -> kleine weerstand (R) -> laat de stroom door(I)

Slide 7 - Tekstslide

NTC
TEMPERATUURSENSOR (temperatuurgevoelige weerstand)

Hoge temperatuur -> lage weerstand -> veel stroom

Lage temperatuur -> hoge weerstand -> weinig stroom

Slide 8 - Tekstslide

Sleep naar de juiste plaats
R
 E
t
I
W
J
A
s
V
Ohm
Watt
Joule
Volt

Slide 9 - Sleepvraag

Relais

Slide 10 - Tekstslide

Slide 11 - Video

Relais
Woordt aangezet door een elektromagneet en heeft een:
Maakcontact
Breekcontact

Slide 12 - Tekstslide

Maakcontact
Is de relais aangesloten op het maakcontact is de stroomkring compleet; er kan stroom lopen
Lamp gaat aan

Slide 13 - Tekstslide

Breekcontact
Is de relais verbonden met het breekcontact is er geen complete stroomkringt; er kan geen stroom lopen. De verbinding is verbroken.
de lamp gaat uit

Slide 14 - Tekstslide

Het relais
Het relais is een schakelaar die wordt bediend door een elektromagneet. 
Een elektromagneet bestaat uit een spoel en een ijzeren kern.

Slide 15 - Tekstslide

Elektromagneet & relais
De elektromagneet moet eerst aan staan. Er ontstaat dan een magnetisch veld. Dit trekt de veer/schakelaar aan waardoor deze naar het maakcontact toe gaat.
Gaat de elektromagneet uit verliest het een magnetisch veld. De veer/schakelaar wordt niet meer aangetrokken en veert terug naar het breekcontact => lamp uit

Slide 16 - Tekstslide

Relais
Een kleine stroomkring zet een grote stroomkring aan.
Het is een automatische schakelaar

Slide 17 - Tekstslide

Relais
Er zijn dus 2 aparte stroomkringen

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Wat is de functie van het relais?
A
Het relais meet de spanning
B
Het relais werkt als spanningsdeler
C
Het relais meet de stroomsterkte
D
Het relais werkt als schakelaar

Slide 20 - Quizvraag

In figuur 3 is een lamp aangesloten op een relais.
Wanneer brandt de lamp?

A
Als schakelaar A en B gesloten zijn
B
Als A en B open zijn
C
Als A gesloten en B open is
D
Als A open en B gesloten is

Slide 21 - Quizvraag