1. OPEN vragen - begint met wie wat waarom - Je krijgt betere antwoorden
2. GESLOTEN vragen - begint met een werkwoord
Je krijgt niet duidelijke antwoorden, want die kun je alleen met JA of NEE beantwoorden. Je kunt dan DOORVRAGEN.
3. Je kunt vragen naar een FEIT.
4. Je kunt vragen naar een MENING.