Formeel en informeel gesprek

Formeel en informeel gesprek
1 / 11
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsPraktijkonderwijsLeerjaar 1

In deze les zitten 11 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 10 min

Onderdelen in deze les

Formeel en informeel gesprek

Slide 1 - Tekstslide

Formeel taalgebruik
Een gesprek met een onbekende 
of een belangrijk persoon
  • Je spreekt met de u-vorm
  • Mevrouw of meneer
  • Achternaam in plaats van de voornaam
  • Nette en beleefde taal


Slide 2 - Tekstslide

Informeel taalgebruik
Gesprek met vrienden of bekenden
  • Je spreekt met de je-vorm
  • voornaam van de persoon
  • respectvol, maar geen regels


Slide 3 - Tekstslide

Hoe spreken klasgenoten elkaar aan?
A
Formeel
B
Informeel

Slide 4 - Quizvraag

De medewerker van de apotheek spreekt de klant aan
A
Informeel
B
Formeel

Slide 5 - Quizvraag

Kletsen met vriend of vriendin
A
Informeel
B
Formeel

Slide 6 - Quizvraag

Welk woord past in een formele tekst?
A
Groetjes
B
Doei
C
Hoogachtend
D
Kusjes

Slide 7 - Quizvraag

Een tekst met nette woorden, zoals u en mevrouw, is een....
A
Formele tekst
B
Informele tekst

Slide 8 - Quizvraag

Een liefdesbrief aan je vriend of vriendin is....
A
Formeel
B
Informeel

Slide 9 - Quizvraag

Een brief naar de gemeente met de aanvraag voor een vergunning is...
A
Een informele brief
B
Een formele brief

Slide 10 - Quizvraag

Een informele brief kun je afsluiten met....
A
Met vriendelijke groet,
B
Hoogachtend
C
Liefs
D
Hartelijke groet

Slide 11 - Quizvraag