Examenteksten lezen DRS

1 / 27
volgende
Slide 1: Tekstslide
NT2ISK

In deze les zitten 27 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Tekstslide

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Tekstslide

Waar gaat het over? Aanpak:
  1. Bekijk de plaatjes
  2. Lees de titel
  3. Lees de bron
  4. Scannen of skimmen

Slide 5 - Tekstslide

Wat is skimmen?
A
De vraag lezen en het antwoord kiezen
B
raden wat het moeilijke woord zou kunnen betekenen
C
naar de tekst kijken zonder deze te lezen zodat je ongeveer weet waar de tekst over gaat
D
gericht zoeken naar de antwoorden op de vragen

Slide 6 - Quizvraag

Wat is scannen?
A
De vraag lezen en het antwoord kiezen
B
raden wat het moeilijke woord zou kunnen betekenen
C
naar de tekst kijken zonder deze te lezen zodat je ongeveer weet waar de tekst over gaat
D
gericht zoeken naar de antwoorden op de vragen

Slide 7 - Quizvraag

Snapgeneratie

Slide 8 - Woordweb

Wat is het onderwerp van tekst 1: Snapgeneratie

Slide 9 - Open vraag

Welke woorden wil je bespreken van bladzijde 1?

Slide 10 - Open vraag

Maak in je groepje vraag 1

Slide 11 - Tekstslide

Wat is het antwoord op vraag 1
A
de aanleiding
B
een anekdote
C
een voorbeeld
D
het centrale probleem

Slide 12 - Quizvraag

Maak in je groepje vraag 2

Slide 13 - Tekstslide

Citeer de zin uit alinea 2, 3 of 4 die de oorzaak noemt.

Slide 14 - Open vraag

Maak met je groepje vraag 3

Slide 15 - Tekstslide

Antwoord vraag 3
A
Het verschil is groot
B
Leerlingenmonitor
C
Onderzoek Universiteit
D
Vwo'ers versus vmbo'ers

Slide 16 - Quizvraag

Goldband - Noodgeval

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

(on)bekende woorden en uitdrukkingen
a) Pik (spreektaal)
b) Ik ben gebroken
c) Noodgeval
d) Het is met me gedaan
e) Ik heb het niet meer in de hand
f) Delirium

Slide 20 - Tekstslide

Waar staat 1-1-2 voor?

Slide 21 - Open vraag

Wat is het noodgeval in dit lied?

Slide 22 - Open vraag

Zorg ervoor dat het weer klopt, je hebt m'n hart gebroken. Welke twee uitdrukkingen met het woord hart vind je in deze zin?

Slide 23 - Open vraag

Slide 24 - Video

Wat is je favoriete liedje?

Slide 25 - Open vraag

Wat is je favoriete Nederlandse liedje?

Slide 26 - Open vraag

Examen Nederlands

Maak in je groepje de vragen die horen bij tekst 1 (Snapgeneratie)

Slide 27 - Tekstslide