12.1 Je leert hoe je formules korter kunt schrijven met gelijksoortige termen
12.2 Je leert hoe je formules korter kunt schrijven met factoren
12.3 Je leert hoe je met machten de gelijksoortige termen herkent
12.4 Je leert wat kwadranten zijn en hoe je een formule opstelt
12.5 Je leert hoe je werkt met een kwadratische formule
§5.1 Je leert aangeven of het een lineaire grafiek of formule is.
§5.2 je leert het hellingsgetal en startgetal berekenen en aangeven.
§5.3 Je leert een formule maken en het hellingsgetal berekenen.
§5.4 Je leert grafieken onderzoeken met behulp van het hellingsgetal.