Thema D Helden §3 vragen stellen

1 / 24
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 1

In deze les zitten 24 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
IN DEZE LES:
Thema D - Helden
1. Leerdoelen
2. Uitleg: open en gesloten vragen.
3. Video kijken.
4. Werken aan paragraaf 3.
5. Leesboek.
6. Afsluiten

Slide 2 - Tekstslide

  • Je herkent het verschil tussen open en gesloten vragen.
  • Je kunt hoofdzaken uit interviewfragmenten halen.
Lesdoelen

Slide 3 - Tekstslide

§2 - Vragen stellen (blz. 182-183)

Slide 4 - Tekstslide

Uitlegfilmpje!

Slide 5 - Tekstslide

Open en gesloten vragen
In een interview stelt een interviewer vragen om aan informatie te komen.
Er zijn twee soorten vragen:

1. Gesloten vragen: er is maar één antwoord mogelijk. Vaak is dat ja of nee.
2. Open vraag: je krijgt een uitgebreid(er) antwoord. Deze vragen beginnen vaak met: hoe, waarom of wat.

Slide 6 - Tekstslide

Open maken
Je kunt van gesloten vragen ook open vragen maken, kijk maar:

Gesloten vraag: 
Gaat het goed met u?

Open vraag:
Hoe gaat het met u?

Slide 7 - Tekstslide

Maak van de volgende vraag een open vraag:

Vind je de nieuwe iPhone mooi?

Slide 8 - Open vraag

Maak van de volgende vraag een open vraag:

Hebben jullie gezien wat er gebeurd is?

Slide 9 - Open vraag

Waarom zouden journalisten vaker open vragen gebruiken dan gesloten vragen?

Slide 10 - Open vraag

We gaan een interview kijken met André Kuipers.
Beantwoord tussendoor de vragen in LessonUp.
Let goed op de vraagstelling!

Slide 11 - Tekstslide

4

Slide 12 - Video

held?

Slide 13 - Tekstslide



Hoofdzaken en bijzaken


De belangrijke informatie in een tekst noem je de hoofdzaken. Deze hoofdzaken komen in een samenvatting te staan.

Wat niet zo belangrijk is zijn de bijzaken.

Slide 14 - Tekstslide

'Hoe ben je op het idee gekomen om astronaut te worden?'
A
open vraag
B
gesloten vraag
C
dit is geen vraag

Slide 15 - Quizvraag

'Maar hoe word je dan astronaut?'
A
open vraag
B
gesloten vraag
C
dit is geen vraag

Slide 16 - Quizvraag

'Het lijkt me ook best wel eng eigenlijk, zo zweven door de ruimte.'
A
open vraag
B
gesloten vraag
C
dit is geen vraag

Slide 17 - Quizvraag

Was het moeilijk om in de ruimte te eten en wat aten jullie?
A
open vragen
B
gesloten vragen
C
dit zijn geen vragen

Slide 18 - Quizvraag

Aan het werk
Wat?
Thema D §3 Vragen stellen (blz. 183-184).

Hoe?
Zelfstandig, met oordopjes!
Hulp
4 B's, Mevrouw de Vries
Tijd
Timer.
Klaar?
Optie 1: Verder in je leesboek.
Optie 2: Verdiepen in het thema via de website van de mediatheek.
timer
10:00

Slide 19 - Tekstslide

  • Je herkent het verschil tussen open en gesloten vragen.
  • Je kunt hoofzaken uit interviewfragmenten halen.
Lesdoelen

Slide 20 - Tekstslide

Wat is het verschil tussen een open vraag en gesloten vraag?

Slide 21 - Open vraag

Heb je wel eens iets spannends meegemaakt?
A
Open vraag
B
Gesloten vraag

Slide 22 - Quizvraag

Door gesloten vragen te stellen, krijg je een beter gesprek dan door alleen maar open vragen te stellen.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 23 - Quizvraag

Planning

Uitleg werkwoordspelling 

Zelfstandig met de oefeningen aan de slag
IN DEZE LES:
Thema D - Helden
1. Paragraaf 3 bespreken.
2. Uitleg: inleiding, middenstuk en slot.
3. Werken aan paragraaf 4.
4. Leesboek.
5. Afsluiten

Slide 24 - Tekstslide