Pluriforme samenleving 1 - intro

Pluriforme Samenleving
Les 1
1 / 31
volgende
Slide 1: Tekstslide
MaatschappijleerMiddelbare schoolvwoLeerjaar 4

In deze les zitten 31 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 1 video.

Onderdelen in deze les

Pluriforme Samenleving
Les 1

Slide 1 - Tekstslide

Deze les:
Klas aanmaken LessonUp
Hoe heeft onze geschiedenis bijgedragen aan de NL identiteit?



Slide 2 - Tekstslide

Lessonup: klas aanmaken
V4maat1 (c): ndsmj
V4maat4 (b): trloz

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Wat vindt jij typisch voor de NL identiteit?

Slide 5 - Woordweb

Typisch NL?
Vrijheidsdrang
Ordening
Tolerantie
Pragmatisme
Vrijheid van geweten/meningsuiting

Slide 6 - Tekstslide

Slide 7 - Tekstslide

Lees
1.1, 1.2, 1.3 of 1.4
In groepjes van 4: leg jouw paragraaf uit aan de groep
ong. 10 min

Slide 8 - Tekstslide

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Wat was geen reden voor de Opstand (tegen Karel V van Spanje)?
A
Religie (protestanten vs katholieken)
B
Economie (veel arme, ontevreden NLers)
C
Politiek (NL adel wilde geen macht verliezen)
D
Nationalisme (NL wilde één land worden)

Slide 11 - Quizvraag

Wat was een pragmatische reden voor NL om tolerant te zijn?
A
Handel
B
Staat in de bijbel
C
Geloof in gelijkheid

Slide 12 - Quizvraag

Het verlangen om zich aan te passen aan de opvattingen en gedragingen van de meerderheid in de samenleving.
A
Tolerantie
B
Poldermodel
C
Conformisme
D
Polarisatie

Slide 13 - Quizvraag

Vind jij ook dat NL polariseert, de sociale cohesie afneemt en verwacht je dat conflicten zullen toenemen?
A
Ja
B
Nee

Slide 14 - Quizvraag

Slide 15 - Link

Multicultureel en pluriform

Slide 16 - Tekstslide

Cultuur
Alle waarden, normen en andere aangeleerde kenmerken die de leden van een groep of samenleving met elkaar gemeen hebben en als vanzelfsprekend beschouwen.

Slide 17 - Tekstslide

Cultuur


- ideële kenmerken
- normerende kenmerken
- materiele kenmerken
Deze dimensie gaat over waarden. Welke opvattingen zijn juist en moeten daarom worden nagestreefd?
Dit gaat over het 'uiterlijk' van een cultuur. Denk aan symbolen, gebruiken, traditities en gebouwen
Deze dimensie gaat over normen. Normen vloeien voort uit waarden.
Ze gaan over welk gedrag je hoort na te streven op grond van de waarden die je hebt

Slide 18 - Tekstslide

Cultuur

- Blijvend, maar ook dynamisch

Slide 19 - Tekstslide

De functies van cultuur:
  • De groep waar je bij hoort bepaald je identiteit (= beeld dat je van jezelf hebt en dat je uitdraagt en hoe anderen dat beleven.
  • Mogelijkheid om elkaar beter te begrijpen en samenleven makkelijker te maken
  • Je sociale status laten zien (of bepaalde status nastreven)

Slide 20 - Tekstslide

Sociale cohesie
Het idee dat mensen zich verbonden voelen met elkaar (wij-gevoel), maakt samenleven een stuk makkelijker! Gedeelde kenmerken zijn daarom belangrijk!

Slide 21 - Tekstslide

Pluriforme samenleving
Een samenleving waarin mensen met verschillende leefstijlen en culturen met elkaar (samen)leven
- ideële dimensie
- normerende dimensie
- materiele dimensie
Deze dimensie gaat over waarden. Welke opvattingen zijn juist en moeten daarom worden nagestreefd?
Dit gaat over het 'uiterlijk' van een cultuur. Denk aan symbolen, gebruiken, traditities en gebouwen
Deze dimensie gaat over normen. Normen vloeien voort uit waarden.
Ze gaan over welk gedrag je hoort na te streven op grond van de waarden die je hebt

Slide 22 - Tekstslide

Wat gaan we doen?
- Eindopdracht: Interview over een onderdeel van dit hoofdstuk. (Individueel)
- Zelfstudie: Per week 1 HS lezen, mini-samenvatting & toepassing.
- In de les: Quiz, bespreken zelfstudie (mét interactie) & verdieping.

Slide 23 - Tekstslide

Eindopdracht
- Interview iemand over een facet van de pluriforme samenleving.
- Bijv. een immigrant (maar er zijn veel meer mogelijkheden, hier komen we op terug).
- Gebruik zoveel mogelijk info uit de les & het boek.

Slide 24 - Tekstslide

Zelfstudie
1. HS lezen (deze wk. hs 1) & beschrijf per paragraaf (1.1, 1.2, etc.) welk punt de schrijver hiermee wil maken. -->
2. Bekijk/lees de toegevoegde bron & beantwoord de vraag/vragen.
3. Stel vragen over de stof.
- In OneNote, voor donderdag 9.00.
Telt voor 1 punt van je eindcijfer! 
Per week/hs krijg je 0,1 pt.
Er zijn 8 hs.
Alle weken voor donderdag 09.00 ingeleverd = +0,2 pt.

Slide 25 - Tekstslide

De schrijver wil met deze paragraaf duidelijk maken dat/hoe/waarom:

Slide 26 - Open vraag

Tolerantie is een voorbeeld van
A
Een ideëel cultuurkenmerk
B
Een normatief cultuurkenmerk
C
Een materieel cultuurkenmerk

Slide 27 - Quizvraag

Wanneer moet het huiswerk van komende week af zijn:
A
Voor de volgende les
B
Donderdag 14 mei voor 09.00
C
Aan het eind van de periode
D
Maakt niet uit

Slide 28 - Quizvraag

Eén afspraak maken voordat je op bezoek komt is een voorbeeld van
A
Een ideëel cultuurkenmerk
B
Een normatief cultuurkenmerk
C
Een materieel cultuurkenmerk

Slide 29 - Quizvraag

Hoe lever je het huiswerk in:
A
Via de mail
B
Via magister
C
In OneNote
D
In mijn brievenbus

Slide 30 - Quizvraag

Bedenk een voorbeeld van een materieel cultuurkenmerk

Slide 31 - Woordweb