Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
H5.1 + 5,.2 De wereld in Nederland & Nederland exportland
H5 Je leert:
Waarom producten uit het buitenland belangrijk zijn voor Nederland.
Import en export
Open en gesloten economie
Betalingsbalans,
1 / 34
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
In deze les zitten
34 slides
, met
interactieve quizzen
,
tekstslides
en
1 video
.
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
H5 Je leert:
Waarom producten uit het buitenland belangrijk zijn voor Nederland.
Import en export
Open en gesloten economie
Betalingsbalans,
Slide 1 - Tekstslide
H5.1 en H5.2: de wereld in Nederland en buiten Nederland
Je leert in deze paragrafen
waarom import(quote) en export(quote) belangrijk is voor de Nederlandse economie.
EXPORT H5.2
IMPORT H5.1
Slide 2 - Tekstslide
Voordelen
van import
voor de
consument
zijn:
Variatie in producten en diensten
Voordeel concurrentie buitenlandse bedrijven. daardoor;
- Stijgt de kwaliteit van producten
- Stijgt de service van bedrijven
- Dalen de prijzen van producten
Aantekening
Nadeel
van import
voor
bedrijven
zijn:
1. Bij minder concurrentie
zouden ze hogere prijzen
kunnen vragen, meer
kunnen verkopen.
2. De productie in eigen land
zou stijgen, en de
werkgelegenheid toenemen
Slide 3 - Tekstslide
Stel er is een daling van de import:
Aantekening
Slide 4 - Tekstslide
Het belang van de import in een land is uit te rekenen
met behulp van de
importquote
:
Aantekening
Slide 5 - Tekstslide
Wanneer je een telefoonhoesje koopt bij Aliexpress, waar gaat dan het geld naartoe?
Vraag
A
Nederland
B
Buitenland
C
Europese Unie
Slide 6 - Quizvraag
Goederenstroom en geldstroom
Export/uitvoer
Import/invoer
Buitenland
Buitenland
Goederen export
Geld export
Goederen import
Geld import
Slide 7 - Sleepvraag
Wanneer je een telefoonhoesje koopt bij Aliexpress, waar gaat dan het telefoonhoesje naartoe?
A
Nederland
B
Buitenland
C
Europa
Slide 8 - Quizvraag
Import/export van Nederland
Import
Export
Tulpen
Sojabonen
Kleding
Zuivel
Bier
Elektronische apparaten
Exotisch fruit
Bloembollen
Slide 9 - Sleepvraag
Sleep de juiste afbeelding naar import of export
EXPORT
Slide 10 - Sleepvraag
Kies in de volgende tekst telkens de juiste woorden:
Met invoerrechten maakt de overheid de .......1.......... (import/export) van buitenlandse goederen .......2....... (goedkoper/duurder).
...1...
...2...
import
export
goedkoper
duurder
Slide 11 - Sleepvraag
Slide 12 - Video
Het belang van de export in een land is uit te rekenen
met behulp van de
exportquote
:
5.2: Nederland exportland
Slide 13 - Tekstslide
De export van producten is belangrijk voor de Nederlandse economie
Export stijgt --> productie in NL stijgt
De toename van productie kan leiden tot meer milieuvervuiling.
Werkgelegenheid stijgt
Winst stijgt
5.2: Nederland exportland
Slide 14 - Tekstslide
Importbeperkende maatregelen
Exportbevorderende maatregel
Invoerrechten
importquota
exportsubsidie
invoerverbod
Slide 15 - Sleepvraag
De invoerwaarde als percentage van ons nationaal inkomen
Er mag een beperkt aantal producten
worden ingevoerd.
Importquote
Importquota
Slide 16 - Sleepvraag
Een overzicht van alle ontvangsten uit het buitenland en alle betalingen aan het buitenland.
A
Betalingsbalans
B
Open economie
C
Wederuitvoer
D
Interne markt
Slide 17 - Quizvraag
Een land met weinig in- en
uitvoer in verhouding tot het nationaal inkomen. Het
land heeft een lage import- en exportquote.
A
Open economie
B
Gesloten economie
Slide 18 - Quizvraag
Goederen worden eerst ingevoerd
en onbewerkt of na een korte bewerking doorverkocht
aan het buitenland
A
Wederuitvoer
B
Export uitvoer
C
Importeren
D
Internationale handel
Slide 19 - Quizvraag
De totale invoerwaarde als
percentage van het nationaal inkomen.
A
Importquote
B
Exportquote
Slide 20 - Quizvraag
De overheid geeft een bedrag aan
exporterende bedrijven. Die kunnen hun producten
dan goedkoper aan het buitenland verkopen
A
Invoerrechten
B
Exportsubsidie
C
Contingentering
D
Invoerverbod
Slide 21 - Quizvraag
Organisatie met als doel
de handel tussen landen eerlijker en vrijer te laten
verlopen.
A
GTO
B
GTA
C
WTU
D
WTO
Slide 22 - Quizvraag
Belasting op ingevoerde producten noem je..
A
contingentering
B
invoerrechten
C
exportverbod
Slide 23 - Quizvraag
Een groep landen
binnen de Europese Unie met een gezamenlijke
munteenheid, de euro
A
EU
B
EEU
C
EMU
D
OA
Slide 24 - Quizvraag
Het op elkaar afstemmen en
gelijktrekken van wetten en regels.
A
globaliseren
B
harmonisatie
C
internationale handel
D
handelsverdrag
Slide 25 - Quizvraag
Door toename van wereldwijde
contacten en handel raken mensen en bedrijven over
de hele wereld steeds meer met elkaar verbonden
A
Handelsverdrag
B
Globalisering
Slide 26 - Quizvraag
Hoe een land in
staat is om beter en/of goedkoper te produceren dan
andere landen.
A
Interne markt
B
Protectiemaatregelen
C
Internationale concurrentie positie
D
Importquote
Slide 27 - Quizvraag
Wat voor gevolg heeft het voor de Nederlandse kaasproductie als de concurrentie in het buitenland stijgt?
A
Productie neemt af
B
Productie neemt toe
Slide 28 - Quizvraag
Lettend op de vorige vraag...
Wat gebeurt er met de werkgelegenheid in Nederland?
A
Werkgelegenheid neemt toe
B
Werkgelegenheid neemt af
C
Werkloosheid blijft gelijk
Slide 29 - Quizvraag
Concurrentie positie versterken door:
de producten een betere kwaliteit hebben
de producten een lage prijs hebben
vernieuwing van een product en op de markt brengen.
door te investeren:
Investeringen leiden tot:
Verbetering van kwaliteit van producten
Prijsverlaging van producten
De export van bedrijven kan stijgen met
een goede
marketingmix;
Slide 30 - Tekstslide
H5 Je weet nu:
Waarom producten uit het buitenland belangrijk zijn voor Nederland.
Wat Import(quote) en export(quote) is.
Waarom Nederland een open heeft.
Waarom een open veel handel met het buitenland.
Gesloten = weinig handel met het buitenland.
Slide 31 - Tekstslide
Slide 32 - Tekstslide
H5 Je weet nu:
Waarom producten uit het buitenland belangrijk zijn voor Nederland.
Wat Import(quote) en export(quote) is.
Waarom Nederland een open heeft.
Waarom een open veel handel met het buitenland.
Gesloten = weinig handel met het buitenland.
Slide 33 - Tekstslide
Aan de slag
maken §5.1 opdracht 6 t/m 12
maken §5.2 opdracht 6 t/m 12
nakijken volgende les!
Slide 34 - Tekstslide
Meer lessen zoals deze
Internationale handel
Januari 2019
- Les met
32 slides
door
Economie voor vmbo
Economie
Middelbare school
vmbo t, mavo
Leerjaar 3,4
Economie voor vmbo
economisch bekeken 5.1 en 5.2
September 2023
- Les met
21 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
economisch bekeken 5.1 en 5.2
November 2022
- Les met
27 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
economisch bekeken 4.1 en 4.2
September 2024
- Les met
30 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
economisch bekeken 5.1
Augustus 2024
- Les met
26 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
economisch bekeken 4.1
September 2024
- Les met
26 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4
7.1 Wat voeren we uit?
Januari 2019
- Les met
47 slides
door
Eieren voor je geld
Economie
Middelbare school
mavo
Leerjaar 4
Eieren voor je geld
economisch bekeken 5.1 en 5.2
April 2023
- Les met
14 slides
Economie
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 4