Feliciteren in het Nederlands

Feliciteren in het Nederlands
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
AardrijkskundeMBOStudiejaar 4

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Feliciteren in het Nederlands

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoel
Aan het einde van de les kun je iemand op de juiste manier feliciteren in het Nederlands.

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wat weet je al over het feliciteren van iemand?

Slide 3 - Woordweb

Deze slide heeft geen instructies

Slide 1
Wat betekent 'feliciteren'?

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 2
Feliciteren betekent het uiten van blijdschap en gelukwensen aan iemand.

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3
Wanneer feliciteer je iemand?

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4
Je kunt iemand feliciteren met zijn/haar verjaardag, afstuderen, trouwdag, etc.

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 5
Hoe feliciteer je iemand?

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 6
Je kunt zeggen: 'Gefeliciteerd!', 'Van harte gefeliciteerd!', 'Proficiat!', etc.

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 7
Welke woorden kun je nog meer gebruiken om iemand te feliciteren?

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 8
Voorbeelden van andere felicitatiewoorden zijn: 'Gelukkige verjaardag!', 'Proficiat met je prestatie!', etc.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 9
Hoe reageer je op een felicitatie?

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10
Je kunt zeggen: 'Dank je wel!', 'Bedankt!', 'Dat waardeer ik!', etc.

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 11
Oefening: Feliciteer je klasgenoot met zijn/haar verjaardag.

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12
Oefening: Feliciteer je vriend(in) met het behalen van zijn/haar diploma.

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13
Oefening: Feliciteer je ouders met hun trouwdag.

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 14
Oefening: Reageer op de volgende felicitaties.

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15
Oefening: Bedenk je eigen felicitatie.

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 16
Belangrijke punten om te onthouden:

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 17
1. Feliciteren betekent blijdschap en gelukwensen uiten aan iemand.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 18
2. Je kunt iemand feliciteren met verschillende gelegenheden zoals verjaardag, afstuderen, trouwdag, etc.

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 19
3. Gebruik passende felicitatiewoorden zoals 'Gefeliciteerd!', 'Van harte gefeliciteerd!', etc.

Slide 22 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20
4. Reageer op een felicitatie met een bedankje zoals 'Dank je wel!', 'Bedankt!', etc.

Slide 23 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Schrijf 3 dingen op die je deze les hebt geleerd.

Slide 24 - Open vraag

De leerlingen voeren hier drie dingen in die ze in deze les hebben geleerd. Hiermee geven ze aan wat hun eigen leerrendement van deze les is.
Schrijf 2 dingen op waarover je meer wilt weten.

Slide 25 - Open vraag

De leerlingen voeren hier twee dingen in waarover ze meer zouden willen weten. Hiermee vergroot je niet alleen betrokkenheid, maar geef je hen ook meer eigenaarschap.
Stel 1 vraag over iets dat je nog niet zo goed hebt begrepen.

Slide 26 - Open vraag

De leerlingen geven hier (in vraagvorm) aan met welk onderdeel van de stof ze nog moeite. Voor de docent biedt dit niet alleen inzicht in de mate waarin de stof de leerlingen begrijpen/beheersen, maar ook een goed startpunt voor een volgende les.