Dag 4;werken met baby's

Dag 4; Werken met baby's
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
Baby'sMBOStudiejaar 1

In deze les zitten 34 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 3 videos.

time-iconLesduur is: 120 min

Onderdelen in deze les

Dag 4; Werken met baby's

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Spel- en ontwikkelingsmaterialen in de ruimte

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Knus, (over)prikkelende omgeving, veiligheid & jouw rol in de ruimte.

Slide 3 - Tekstslide

Ook bij de ruimte en materialen speel jij als pedagogisch werker een grote rol. Denk bij deze aspecten altijd aan:
1. Kijken en waarnemen wat er gebeurt in het spel van de baby,
2. Besef dat de ruimte een pedagogische plek is waar het jouw verantwoordelijkheid is dat het een uitdagend en veilig karakter heeft om de baby aan te sporen plezier te hebben en zich te ontwikkelen. 
3.Houd altijd in je achterhoofd dat de ruimte en het (speel)materiaal veilig moet zijn. Wanneer de veiligheid niet gewaarborgd kan worden moet je stappen nemen door de ruimte of het materiaal veilig te maken of weg te halen. Denk aan loshangende onderdelen, scherpe punten van kasten of hoogpolig tapijt. 
Observatie; het spel in de ruimte
vrij zicht naar de baby's
Spierontwikkeling
3-6 maanden
Rust: wit- grijs-, of natureltinten als basis. Voorkom rondslingerend speelgoed. 
Regelmaat: rituelen
Geluiden/fel licht-kleuren voorkomen: Galm/ telefoon e.a

Slide 4 - Tekstslide

Baby’s van drie tot zes maanden kunnen snel overprikkeld raken omdat in de waarneming van zintuigen nog geen onderscheid gemaakt wordt tussen de verschillende zintuigen. Fel gekleurde muren, luidruchtig speelgoed of telefoons die telkens overgaan: al deze geluiden kunnen bijdragen aan een hoger stressniveau. Hoe minder stress
 baby’s ervaren hoe meer verbindingen in de hersenen gemaakt kunnen worden. Om stress te voorkomen is rust en regelmaat nodig in de praktijk.
Regelmaat kan gevonden worden door dagelijkse rituelen (slaapliedje, boekje lezen, etc.). Zo weet de baby wat er gaat gebeuren wat zorgt voor een veilig gevoel. Rust kun je creëren door de ruimte rustig te houden in opzet: gebruik in de ruimte wit- grijs-, of natureltinten als basis en voorkom rondslingerend speelgoed. Laat kleuren meermaals terugkomen, dit oogt rustiger. 
De ruimte
* Aparte plek; kruipen en lopen,

* Geen galm; gordijnen

* Balans kleuren: pastel (tot rust komen) en felle kleuren (activeren),

* 20 cm; ruimte ook overzichtelijk zijn/ niet te vaak veranderen,

* Uitdaging meubilair (veiligheid); klimmen, klauteren, lopen,

* Looprichtingen; onveilig over baby's heen,

* Aparte hoekjes; baby's en dreumesen (goed zicht),

* Spiegel; zelfbesef & interactie

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Materialen
* De voorkeuren van de baby: Waar speelde zij de vorige keer  
   veel mee? (herhaling/ vertrouwd= goed, af en toe een   
    nieuwe prikkel ook)
 
*De ontwikkeling van de baby: Waar groeit de baby in en waar 
  heeft zij behoefte aan?

*Varieer met speelgoed in materiaal, structuur, vorm, functie, 
  kleur, etc. 

* Schoon zijn; vb knuffel

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: materiaal naar ontwikkeling van de baby
Bedenk en beschrijf: voor elk van de volgende situaties (docent deelt uit) een spelletje/materiaal dat de baby kan stimuleren om verder te komen in de ontwikkeling. Je kunt daarbij gebruik maken van de volgende site: 

https://www.24baby.nl/baby/spelenderwijs-leren/baby-spelletjes-tips/

https://www.24baby.nl/baby/spelenderwijs-leren/babyspelletjes/

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Jonge kinderen tot vier jaar leren met hun hele lichaam, dit wordt holisme genoemd
A
Waar
B
Niet waar

Slide 8 - Quizvraag

Door te bewegen worden verbindingen in de hersenen geactiveerd
Jonge kinderen leren door uit te proberen en te ontdekken. Baby’s kijken al naar wat er gebeurt wanneer zij iets doen: Als ik dit blokje nou van de tafel afschuift, wat gebeurt er dan?

Hoe wordt deze manier van leren genoemd?
A
Bewegend spel
B
Experimenterend leren

Slide 9 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Experimenterend leren gebruiken baby’s ook in hun sociale omgeving. Ze begrijpen met zes maanden dat wanneer zijzelf lacht, de verzorger hier waarschijnlijk op zal reageren.
A
Waar
B
Niet waar

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht: Verschillende soorten spel
- bewegingsspel,
-speel-leerspelletjes,
- Exploratief en constructiespel ,
- Participerend leren

Zoek op in je reader en beschrijf:
Hoe vaak de verschillende soorten spel (voorbeelden) voorkomen op jouw werkplek en hoeveel aandacht hiervoor is/ hoe vaak wordt het aangeboden.

Klaar? Overleg met je buurvrouw welke overeenkomsten/ verschillen er zijn ten opzichte van elkaars werkplek. 

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Verschillende soorten spel
Senso-motorische activiteiten hebben te maken met de zintuiglijke en motorische ontwikkeling. 

Deze activiteiten zijn zowel;
- bewegingsspellen (De baby experimenteert met zijn lichaam),
- als exploratieve en constructiespellen (De baby ontdekt nieuwe materialen 
   en de omgeving).



Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 13 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Participerend Leren
Laat een dreumes helpen bij alledaagse klusjes.

Hierdoor stimuleer je de autonomie van het kind. Doe geen dingen voor het kind, als het hij het zelf ook kan proberen. 

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Dagindeling
1. Voorspelbare rituelen,
2. Vaste plekken,
3. Pedagogisch handelen (zelfde regels, zelfde manier van werken),
4. Aanpassen aan ritme,
5. Grenzen stellen.

De dagindeling van een babygroep bevat vooral verzorgingsmoment: voeden, slapen en verschonen. 

Per leeftijdsfase zal een baby een ander ritme hebben. Hierdoor is het moeilijk om voor de hele babygroep een dagindeling op te stellen.  


Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

De dagindeling van baby's stem je wel globaal af met collega's. 

* Ook kun je in een ouderapp globaal aangeven welke activiteiten  
   er die week op de planning staan. 

* Door de activiteiten te plannen en bij te houden, kun je in de  
  gaten houden of je alle ontwikkelingsgebieden voldoende 
  stimuleert (sensomotorische-, cognitieve-, sociale     
  ontwikkeling).


Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voorbeeld dagprogramma dreumes

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Tips; bij stimuleren van de ontwikkeling
1. Veiligheid; vast dagritme en goede babyzorg

2. Observeren: Kijken, kijken en nog eens kijken! 

3. Verschillende Ontwikkelingsgebieden stimuleren

Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht; Voldoet het dagprogramma?
Onderwerp je eigen dagprogramma aan een kritische blik van jezelf.

Reflecteer: Wat gaat goed en wat kan beter! Beschrijf dit.

Klaar? Bespreek dit met je buurvrouw.

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Communicatie met ouders/ verzorgers
1. Ouderbetrokkenheid
2. Culturele diversiteit
3. Overdracht naar ouders
4. Mentorschap

Slide 21 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Eerste contact met ouders

Slide 22 - Woordweb

Aanmeldformulier-Intakegesprek; protocol?

Voor een goede overgang van thuis naar de kinderopvang ben je vooral gebaat bij informatie over het verloop van de dag van een baby en zijn temperament. Hoe valt hij snel in slaap, hoe ligt hij graag tijdens het voeden, meldt hij zich wanneer hij wakker is? 


Slide 23 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Bespreekvragen
* Hoe zou jij de ouders een goed gevoel kunnen geven bij het 
    intakegesprek/de eerste keer naar de opvang?
 
* Hoe verloopt de aanmeldingsprocedure/intakeprocedure bij     
   jullie organisatie?

* Welke methoden/manieren gebruiken jullie om ervoor te 
    zorgen dat de baby een zo goed mogelijke start heeft? 

Slide 24 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ouderbetrokkenheid vergroten
1. Rituelen
Door een vast afscheidsritueel in te stellen bij alle kinderen, heb je de mogelijkheid iedere ouders/verzorgers even kort te spreken. 

Door te observeren kun je gerichte vragen stellen over hoe het nu gaat met de ouders/verzorgers en de baby.  Heb je haast? Heeft Pim goed geslapen vannacht? 

Je bent op de hoogte van de actuele stand van zaken en laat zien dat je betrokken bent bij de ontwikkeling van de baby. 

Slide 25 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ouderbetrokkenheid vergroten
2. Aansluiten bij wensen en gewoonten
Rituelen of gewoonten zijn al ontstaan. 

Deze gewoonten stroken misschien niet altijd met het beleid of de zorgprocessen die jullie hanteren bij de praktijk. Belangrijk om eerst te luisteren naar wat de gewoonte inhoudt en wat de gedachte erachter is. 

Met de achtergrondinformatie van de gewoonte kun je vaak samen tot een oplossing komen. 
Ouders waarderen het als je de tijd neemt om naar ze te luisteren en je hun rituelen serieus neemt. 

Slide 26 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Onderzoek Ouderbetrokkenheid
Stichting BKK (Bureau Kwaliteit Kinderopvang) heeft afgelopen jaren veel onderzoek gedaan naar de effecten van ouderbetrokkenheid. 

Zij hebben geconcludeerd dat goede wederzijdse interactie van PM’ers en ouders/verzorgers kan zorgen voor een goede vertrouwensband en de beste zorg en opvang voor kinderen. 

De belangrijkste kernwaarden die hier bij horen zijn:

* We zijn gelijkwaardig
* We zijn verantwoordelijk
* We voelen ons verantwoordelijk voor. 

Slide 27 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Opdracht; Is jouw praktijk ingespeeld op de punten van de richtlijnen voor de ouderbetrokkenheid 3.0? 
De docent deelt de opdracht uit

Slide 28 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Culturele achtergronden
- Verschillende waarden en normen

Een goede band met ouders/verzorgers is essentieel om de baby een vertrouwd gevoel te geven en stress te voorkomen.


Slide 29 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 voorbeeld: waarbij diversiteit (culturele achtergrond, geloofsovertuiging, levensovertuiging) heeft geleid tot problemen met de opvang van baby’s.

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Noem 1 voorbeeld waarbij diversiteit (culturele achtergrond, geloofsovertuiging, levensovertuiging) soepel is verlopen in de opvang van baby’s.

Slide 31 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Flap-over opdracht; contact pm'er-ouder/ verzorger
Individueel of samen;
Lees alle 5 tips en beantwoord de volgende vragen op de flap-over.

* Schrijf bij de tip of je deze nu al gebruikt voor het contact met 
   ouders/verzorgers? En hoe goed werkt dit?

 * Welke tip ga jij uitproberen in de praktijk? Hoe ga jij dit organiseren? 

Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Feedback

Slide 33 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Werken in de reader
2 onderdelen:

Overdracht naar ouders & Mentorschap

Klaar? Klassikaal bespreken

Slide 34 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies