les 1 - März 7

• Duits
• Middelbare school
• vmbo k
• Leerjaar 2

Herzlich Willkommen

Freitag 7. März

Mittwoch 4. September

Das Programm

1. Lernziel

2. Wörter/ Hausaufgaben

3. Wiederholung: D/T

4. Erklärung: der/die/das

5. Check Check Doppel Check

- (fe) E-ST-T-EN-T-EN met werkwoorden d/t

- der/die/das

2.4 --> 7, 8, 9, 10 (S.78)

früh

1. de economie
2. het water
3. vroeg
4. genoeg

reiten

1. het water
2. oefenen
3. paardrijden
4. lopen

die Insel

1. het meer
2. het uiterlijk
3. brutaal
4. het eiland

damals

1. toen
2. oefenen
3. meteen
4. genoeg

glauben

1. genoeg
2. meteen
3. oefenen
4. geloven

werkwoorden met -d en -t  Das Verb reden

ich

du

er/sie/es

wir

ihr

sie/Sie

rede

reden

redest

reden

redet

redet

Lidwoorden 

der (mnl.)	die (vrl.)	das (onz.)
mannelijke personen/dieren (der Mann, der Stier) - de	vrouwelijke personen/dieren (die Frau, die Kuh)	de meeste het-woorden in het Nederlands (das Buch, das T-Shirt, das Mädchen!!!)
seizoenen/dagen/maanden	woorden met de uitgang -e / ung / keit	verkleinwoorden (uitgang -chen of -lein)

Aufgaben machen 

Was	2.5 --> 7,8,9 (S. 88)
Wie	selbständig
Zeit	20 minuten
Hilfe	Buch (S. 98)
Fertig	-

Lernziel

(fe) E-ST-T-EN-T-EN met werkwoorden d/t

Die Hausaufgaben

2.4 --> 3, 6, 7, 8, 9, 10 (S.78)

Lernen: Wörter Lektion 2.1 + 2.2 + 2.3 + 2.4 + 2.5 (S. 98/99)