Blok 2 - les 5 au en ei

lesdoel
Ik kan woorden met ei of ij en woorden met  au en ou goed schrijven.

Dit zijn onthoud woorden.
1 / 17
volgende
Slide 1: Tekstslide
SpellingBasisschoolGroep 5,6

In deze les zitten 17 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

lesdoel
Ik kan woorden met ei of ij en woorden met  au en ou goed schrijven.

Dit zijn onthoud woorden.

Slide 1 - Tekstslide

Wat is goed!
A
kabouter
B
kabauter

Slide 2 - Quizvraag

Wat is goed!
A
vrauw
B
vrouw

Slide 3 - Quizvraag

Wat is goed!
A
enkelvoud
B
enkelvaud

Slide 4 - Quizvraag

au of ou?
mi..w

Slide 5 - Open vraag

au of ou?
bl..w

Slide 6 - Open vraag

au of ou?
k..d

Slide 7 - Open vraag

Welk woord is fout geschreven?
A
Trein
B
Dichtbei
C
Schrijven
D
Aardbei

Slide 8 - Quizvraag

ij of ei?
De letters ij en ei klinken hetzelfde. Er is geen regel voor wanneer je ij of ei schrijft. In de volgende drie gevallen weet je wél altijd hoe je het woord spelt:

Slide 9 - Tekstslide

ij of ei?
De letters ij en ei klinken hetzelfde. Er is geen regel voor wanneer je ij of ei schrijft. In de volgende drie gevallen weet je wél altijd hoe je het woord spelt:
  • bij woorden op -heid schrijf je altijd ei;
  • bij woorden op -teit schrijf je altijd ei;
  • bij woorden op -lijk schrijf je altijd ij.

Slide 10 - Tekstslide

ei
ij
ij
ei

Slide 11 - Sleepvraag

ij
ei
l__ding
kapit__n
pr__zen
bedr__f
lekkern__en

Slide 12 - Sleepvraag

Sleep de woorden naar de goede plek!!!! Opgave 1
ei
au

Slide 13 - Sleepvraag

Wat komt op de puntjes?
In ..... leggen al vogels een ei.
A
mei
B
mij

Slide 14 - Quizvraag

Wat komt op de puntjes?
De juf ..... dat ik kocht beginnen.
A
zei
B
zij

Slide 15 - Quizvraag

Wat komt op de puntjes?
Wil ... ook een koekje?
A
zei
B
zij

Slide 16 - Quizvraag

aan het werk
Spelling
les 5

Juf vertelt wat je moet doen.

Slide 17 - Tekstslide