Herhaling hoofdstuk 4


Hoofdstuk 4 Statistiek
Herhaling
1 / 34
volgende
Slide 1: Tekstslide
WiskundeMiddelbare schoolmavoLeerjaar 2

In deze les zitten 34 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 50 min

Onderdelen in deze les


Hoofdstuk 4 Statistiek
Herhaling

Slide 1 - Tekstslide

Voorbeeld procentuele toename
De prijs van een zwembadkaartje wordt verhoogd van € 4,30 naar € 5,20. Bereken de procentuele toename.

Stap 1: bereken het verschil.
Stap 2: deel het verschil door de oude prijs en 
                vermenigvuldig met 100%.
Stap 3: rond altijd af op 1 decimaal!


5,204,20=0,90
4,300,90100
=20,930...
%
%
De toename is 20,9%

Slide 2 - Tekstslide

Voorbeeld procentuele afname
De prijs van een broek wordt verlaagd van € 79 naar € 55. Bereken de procentuele afname.

Stap 1: bereken het verschil.
Stap 2: deel het verschil door de oude prijs en 
                vermenigvuldig met 100%.
Stap 3: rond altijd af op 1 decimaal!


7955=24
7924100
=30,379...
%
%
De afname is 30,4 %

Slide 3 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 1 en 2 op blz. 211

D-toets: opg. 1 en 2 op blz. 206

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 4 - Tekstslide

Beelddiagram
In een beelddiagram staat informatie in plaatjes.
in de legenda staat hoeveel 1 plaatje is.

Slide 5 - Tekstslide

Beelddiagram
De informatie kun je in een tabel zetten.

Slide 6 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 3 op blz. 211

D-toets: opg.  3 op blz. 206

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 7 - Tekstslide

Staafdiagram
In een staafdiagram staat informatie in staven
Meestal verticaal, maar soms ook horizontaal.

Slide 8 - Tekstslide

Staafdiagram
De informatie uit een tabel kun je in een staafdiagram zetten.

Slide 9 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 4 op blz. 212

D-toets: opg.  4 op blz. 207

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 10 - Tekstslide

Lijndiagram
De informatie uit een tabel kun je in een lijndiagram zetten.
Voor elk getal uit de tabel zet je een stipje in de grafiek.
Verbind dan de stippen met een lijn (geo!)

Slide 11 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 5 + 6 op blz. 213

D-toets: opg.  5 op blz. 208

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 12 - Tekstslide

Cirkeldiagram
In een cirkeldiagram is de
informatie verdeeld in
sectoren (taartpunten).

Slide 13 - Tekstslide

Stappenplan cirkeldiagram maken
  1. Percentage berekenen.
  2. Sectorhoeken berekenen.
  3. Cirkeldiagram tekenen. 

Slide 14 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 7 op blz. 214

D-toets: opg.  6 op blz. 209

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 15 - Tekstslide

Frequentietabel
In een frequentietabel staat hoe vaak iets gebeurd is. Bv. gooien met een dobbelsteen.

Slide 16 - Tekstslide

Histogram
Met de gegevens uit de frequentietabel, kun je een histogram maken.






Een histogram is een staafdiagram met de staven aan elkaar getekend.

Slide 17 - Tekstslide

Stappenplan frequentietabel en histogram
  1. Turf hoe vaak iets voorkomt (zet een streepje)
  2. Tel de streepjes op en zet dat bij 'frequentie'.
  3. Teken een histogram. Let goed op wat er op de horizontale en verticale as moet. Je tekent de staven tegen elkaar aan.

Slide 18 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 8 op blz. 215

D-toets: opg. 7 op blz. 209

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 19 - Tekstslide

Wat is een steelbladdiagram

Slide 20 - Tekstslide

Voorbeeld met bus tijden
er ging een bus om 07:20 en 07:50

Slide 21 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 9 op blz. 216

D-toets: opg. 8 op blz. 209

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 22 - Tekstslide

Gemiddelde berekenen
Het gemiddelde bereken je door alle getallen op te tellen.
De uitkomst deel je door het aantal getallen.
Kijk goed in de opgave op hoeveel decimalen je moet afronden!

Slide 23 - Tekstslide

Voorbeeld
Bereken de gemiddelde temperatuur.
Rond af op 1 decimaal.
1. Tel alle getallen op.
2. De uitkomst is 6,5.
3. Er zijn 7 getallen.
4. Deel 6,5 door 7.
5. De uitkomst is 0,928....
6. Rond af -> 0,9 graden Celsius.

Slide 24 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 10 op blz. 216

D-toets: opg. 9 op blz. 210

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 25 - Tekstslide

Gewogen gemiddelde 
Soms wegen getallen niet even zwaar mee.
Bij wiskunde telt de 1e toets 2x mee en de 2e toets 3x.
Hier moet je rekening mee houden bij het gemiddelde.

Dit noemen we een gewogen gemiddelde.

Slide 26 - Tekstslide

Voorbeeld
Berekening:
1. Tel de weging bij elkaar op.
2. Vermenigvuldig de weging met het getal.
3. Tel alles op.
4. Deel het getal van 3 door het getal van 2 en rond af.
Spelling
6,1
2x
12,2
Toets 1
6,7
3x
20,1
Sollicitatiebrief
7,8
2x
15,6
Toets 2
8,2
3x
24,6
Totaal
10
72,5
Nederlands
1
2
3
72,5:10=7,25
7,3

Slide 27 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 11 op blz. 216

D-toets: opg. 10 op blz. 210

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 28 - Tekstslide

Gemiddelde uit een frequentietabel
Stappenplan:
  1. Bereken het totaal aantal huisdieren.
  2. Bereken het totaal aantal leerlingen.
  3. Deel het aantal huisdieren door het aantal leerlingen

1. aantal huisdieren: 8 x 0 + 5 x 1 + 3 x 2 + 4 x 3 = 23
2. aantal leerlingen: 8 + 5 + 3 + 4 = 20
3. gewogen gemiddelde: 23 : 20 = 1,15 dus afgerond op 1 decimaal : 1,2





Het gemiddelde = 23 : 20 = 1,15  Afgerond op 1 decimaal = 1,2

Slide 29 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 12 op blz. 217

D-toets: opg. 11 op blz. 210

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 30 - Tekstslide

Mediaan bij oneven aantal getallen
De mediaan is het middelste getal in een rij.
Er zijn 9 getallen, het middelste getal is dus 6.



De getallen moeten op volgorde staan. Als dat niet zo is, moet je het zelf doen!


4  4  5  5  6  7  7  7  8

Slide 31 - Tekstslide

Mediaan bij even aantal getallen
De mediaan is het middelste getal in een rij.
Er zijn 10 getallen, er is dus geen middelste getal. Dan neem je het gemiddelde van de middelste 2.



6 + 7 = 13      Het gemiddelde is 13 : 2 = 6,5   De mediaan is 6,5


4  4  5  5  6  7  7  7  8  9

Slide 32 - Tekstslide

De modus
De modus is het getal dat het meest voorkomt in een rij.
De getallen hoeven niet op volgorde te staan!



De 5 komt 3x voor, dus de modus is 5.

9  6  5  4  5  6  5

Slide 33 - Tekstslide

Oefenopgaven
Herhaling: opg 13 op blz. 217

D-toets: opg. 12 op blz. 210

De opgaven zijn hetzelfde, maar bij de Herhaling staan de stappen uitgelegd.

Slide 34 - Tekstslide