Quiz Talent Gramm/Spell H4 2TL

timer
10:00
Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen
1 / 26
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 2

In deze les zitten 26 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 60 min

Onderdelen in deze les

timer
10:00
Welkom
We beginnen met 10 minuten lezen

Slide 1 - Tekstslide

  • Maak een groepje van 2, 3 of 4 leerlingen.
  • Log met 1 chromebook in in LessonUp

Slide 2 - Tekstslide

  • Noteer alle aanwijzende voornaamwoorden uit de chat.

Slide 3 - Tekstslide


Slide 4 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

*Met* mijn laatste baantje heb ik dat geld snel verdiend.

Slide 5 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met* mijn* laatste baantje heb ik dat geld snel verdiend.

Slide 6 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn* laatste* baantje heb ik dat geld snel verdiend.

Slide 7 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste* baantje* heb ik dat geld snel verdiend.

Slide 8 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste baantje* heb* ik dat geld snel verdiend.

Slide 9 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste baantje heb* ik* dat geld snel verdiend.

Slide 10 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste baantje heb ik* dat* geld snel verdiend.

Slide 11 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste baantje heb ik dat* geld* snel verdiend.

Slide 12 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste baantje heb ik dat geld* snel* verdiend.

Slide 13 - Open vraag

Noteer van elk woord de afkorting van de juiste woordsoort.
Kies uit: av – bn – bzv – htw – hww – psv – rtw – vrv – vz – zn – zww. (3 pt.)

Met mijn laatste baantje heb ik dat geld snel* verdiend*.

Slide 14 - Open vraag

Noteer de persoonsvorm in de verleden tijd van het werkwoord dat tussen haakjes staat. (2 pt.)
a. Wij (kaarten) graag in de pauze.
b. Toen ik iedere keer verloor, (zuchten) ik maar eens diep.
c. Mijn vriend (begeleiden) mij daarna naar huis.
d. Op de fiets keek ik niet goed uit, toen (belanden) we in de struiken.

Slide 15 - Open vraag

Noteer het bijvoeglijk gebruikte voltooid deelwoord van het werkwoord dat tussen haakjes staat.
a. (frituren) - ___ eten is niet goed voor je.
b. (verzadigen) - Pas ook op met veel ___ vetten.
c. (verbranden) - Ook ___ korstjes aan je barbecuevlees zijn slecht voor je.
d. (smelten) - Eet ook niet te veel ¬¬¬___ kaas, want daar word je dik van.

Slide 16 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
rijst + bloem

Slide 17 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
kip + vlees

Slide 18 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
station + straat

Slide 19 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
prinses + jurk

Slide 20 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
stage + adres

Slide 21 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
krant + artikel

Slide 22 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
gek + werk

Slide 23 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
maan + schijn

Slide 24 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
klas + boek

Slide 25 - Open vraag

Schrijf de samenstellingen goed op.
pruim + boom

Slide 26 - Open vraag