> Je kunt korte tekstjes begrijpen over personen en hun omgeving.
> Je kunt inloggen in de online methode en je weet hoe het werkt
Slide 3 - Tekstslide
1. Apprendre 1
2. Leesstrategieën
3. Lire = lezen
4. Menu au choix (keuze)
5. Online methode
6. Les devoirs (huiswerk) ?
Slide 4 - Tekstslide
Woordjes?
1. hoi
2. bedankt
3. ik heet
4. ja
5. au revoir
6. non
7. le garçon
8. ça va ?
Schrijf met je buur zoveel mogelijk woorden op die je al kent !
timer
3:00
Slide 5 - Tekstslide
Leesstrategieën....
Wat zijn dat eigenlijk ?
Slide 6 - Tekstslide
1. Kijk goed naar de plaatjes en de titel. Waar zal de tekst over gaan?
2. Soms lijken woorden op het Nederlands en Engels.
Zijn er woorden die je niet kent? Geen nood. Je hoeft niet alle woorden te kennen om een tekst te begrijpen.
Slide 7 - Tekstslide
Quoi (wat)? exercice 6
Comment (hoe)? tout seul (=alleen)
Durée (hoe lang)? 20 minuten
--> eerste 5 minuten in ZS !
Fini (klaar)?
keuze 1: woordjes leren 1 + 2 --> page 32
keuze 2: extra lezen
--> page 36 1-ster opdracht
timer
5:00
Slide 8 - Tekstslide
1. ga naar Magister en klik leermiddelen aan
2. kies de Franse methode: Libre Service
3. kies VMBO/TGH
4. klik op het blauwe poppetje rechtsboven
5. kies groepscode
6. vul de groepscode in : ZT8VLUY7
7. klik op aanmelden
Klaar!
Uitleg online methode
Slide 9 - Tekstslide
> Je kunt korte tekstjes begrijpen over personen en hun omgeving.
> Je kunt inloggen in de online methode en je weet hoe het werkt
Slide 10 - Tekstslide
Les devoirs (18 septembre)
> Apprendre 1+2 leren, page 32
> Afmaken exercice 6, page 15+16
Slide 11 - Tekstslide
> Apprendre 1 samen doornemen (page 32)
> Vlog kijken en luisteren (page 12)
> Maken : exercice 1 + 2 (page 12)
Slide 12 - Tekstslide
> Je kunt de woordjes uit je boek leren, leg een hand of een papiertje over de vertaling en leer F-N en N-F
> Je kunt de woordjes overschrijven in je schrift (tip! Zo onthoud je het beter!), linkerhelft van de bladzijde het Frans en andere helft Nederlands
> Je kunt dit ook digitaal doen, bijvoorbeeld via StudyGO of Quizlet
> Je kunt 'flashcards' maken, met op de ene kant het Franse woord en op de achterkant de Nederlandse vertaling. Maak een stapel van de woorden die je kent en de woorden die je nog beter moet leren.
Hoe leer je woordjes?
Slide 13 - Tekstslide
Slide 14 - Tekstslide
> Faites een woordweb
> Lisez: Bonjour page 10 et 11
> faites questions 1 et 2 page 11
> contrôlez question 1 et 2 ensemble
Slide 15 - Tekstslide
Quoi? faites exercice 1 et 2 page 11
Comment? tout seul
Aide?: boek, woordenboek
Durée? 10 minuten
Pourquoi? om kennis te maken met de Franse cultuur, landen en producten.
Fini? leer je nieuwe Franse zinnen
Slide 16 - Tekstslide
> Je leert en maakt kennis met de Franse cultuur en gebruiken.
> Je leert welke landen/werelddelen Frans zijn en welke producten afkomstig zijn uit Frankrijk