20 sept Schrijven 1.3 week 4

• Nederlands
• MBO
• Studiejaar 3

Schrijven 

week 3: 20 september

1.3 Controleren en

verbeteren

• Weekplanning
• Doel van de les
• Wat weet je nog?
• Theorie
• Klassikale inoefening
• Aan de slag: Zelfstandig opdrachten maken
• Heb je je doel behaald? Wat heb je nog nodig en wat kun je er zelf aan doen?

Programma vandaag:

Je leert hoe je een volledige tekst schrijft:

• met een goede opbouw
• met voldoende aanwijzingenvoor de samenhang
• zonder taal- of spellingsfouten
• met een lay-out die past bij het doel en het publiek

Doel van de les:

Weekplanning:

Zie ook:

Teams >

Nederlands >

Bestanden >

Wat weet je nog:

Wat zijn signaalwoorden? Noem er 4

Wat is "parafraseren"?

Theorie:

Klassikale inoefening:

Tekst A 

Twee mannen moeten voorkomen omdat hun weigerden een boete te betalen voor het stelen van een fiets. De mannen zeggen dat hun in ruil voor geld het voor iemand anders* deden en dat hun niet wisten dat diegene hun bedroog. De mannen waren in die tijd verslaafd aan drugs en hadden het geld nodig maar de mannen zitten inmiddels in een afkickcentrum.

Tekst B 

In de eerste zaak die we bijwonen, moeten twee mannen voorkomen. Zij hebben geweigerd een boete te betalen voor het stelen van een fiets. De twee beschuldigden beweren dat ze de diefstal hebben gepleegd voor iemand anders in ruil voor geld. Zij zouden niet hebben geweten dat diegene hen bedroog. De mannen waren in die tijd verslaafd aan drugs en hadden het geld nodig. Inmiddels zit het tweetal in een afkickcentrum.

Er zijn verschillende redenen waarom tekst B beter is dan tekst A. Welke reden vind jij de belangrijkste?

In tekst B ...

• is het taalgebruik meer gevarieerd.
• wisselen langere en korte zinnen elkaar af.
• zijn de zinnen niet te lang.
• zijn verwijswoorden juist gebruikt

Aan de slag:

Zelfstandig maken: 

Schrijf een tekst over je hobby in 200 woorden volgens de juister tekststructuur. Inleveren via Teams!