Par 4.1 les 2

• Economie
• Middelbare school
• vwo
• Leerjaar 3

Par 4.1 les 2

Agenda les

• terugkoppeling vorige les
• uitleg par 4.1 deel 2
• Zelf aan de slag 
• Huiswerk

Leerdoelen par 4.1 (2 lessen)

• Je kunt een investeringsbegroting lezen en opstellen
• Je kunt een resultatenrekening lezen en opstellen
• Je kunt een financieringsplan lezen en opstellen

Resultatenbegroting

Investeringsbegroting

O

I

B

A

N

Alle bedragen zijn exclusief BTW

Financieringsplan

Financieringsplan: het plan dat uitlegt hoe de onderneming aan zijn geld komt om te starten.

Vreemd vermogen: de schulden van het bedrijf.

Eigen vermogen: totale vermogen - vreemd vermogen

Resultatenbegroting

Investeringsbegroting

O

I

B

A

N

Alle bedragen zijn exclusief BTW

Totale financiering is 30.500 (gelijk aan totale investering)

Vreemd vermogen (= geleend van bank of familie) is totaal 27.000

Dus Eigen vermogen = 30.500- 27.000= 3.500

Financieringsplan

Financieringsplan: het plan dat uitlegt hoe de onderneming aan zijn geld komt om te starten.

Vreemd vermogen: de schulden van het bedrijf.

Eigen vermogen: totale vermogen - vreemd vermogen

Opdracht 9 klassikaal

• Wat is het nadeel van veel vreemd vermogen in een bedrijf?
• Waarom gebruiken bedrijven vreemd vermogen , ondanks de nadelen? Geef twee redenen.

Antwoord Opdracht 9

9 a De schulden moeten worden terugbetaald. Vreemd vermogen geeft rentelasten.

 b Het kan niet anders, want er is niet genoeg eigen vermogen. Of: met vreemd vermogen zijn er meer investeringen mogelijk. Vreemd vermogen geeft meer mogelijkheden om de zaak goed op te bouwen.

Opdracht 10 klassikaal

• Leg uit waarom het aandeel eigen vermogen toeneemt als Abdullah (een deel van) de winst van de zaak gebruikt voor nieuwe investeringen?

Antwoord Opdracht 10

Door de nieuwe investeringen neemt het totale vermogen toe. De nieuwe investeringen worden met geld van buiten de balans betaald. Het vreemd vermogen blijft gelijk, dus het aandeel eigen vermogen neemt dan toe.

Zelf aan de slag

• maak opdracht 11 t/m 14
• lees paragraaf 4.1 helemaal
• Leer nogmaals de aantekeningen van alle ondernemingsvormen uit je aantekeningenschrift.
• Leer de begrippen van par 3.3, 3.4 en 4.1