b4 bevruchting en zwangerschap

B4: Bevruchting en Zwangerschap


Thema 2: Voortplanting en seksualiteit

Pak alvast bladzijde 98 voor je

1 / 47
volgende
Slide 1: Tekstslide
BiologieMiddelbare schoolvmbo tLeerjaar 3

In deze les zitten 47 slides, met interactieve quizzen, tekstslides en 4 videos.

time-iconLesduur is: 45 min

Onderdelen in deze les

B4: Bevruchting en Zwangerschap


Thema 2: Voortplanting en seksualiteit

Pak alvast bladzijde 98 voor je

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je:


  • beschrijven welke veranderingen er in het lichaam van een vrouw plaatsvinden net voor en na de bevruchting.
  •  de verschillen in de functie van zaadcellen en eicellen noemen.
  • de embryonale ontwikkeling beschrijven.


Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 3 - Video

Deze slide heeft geen instructies

  • Bevruchting eicel
  • 1 zaadcel dringt binnen
  • De bevruchte eicel gaat delen (mitose)
  • Er komen steeds meer cellen bij, maar het  klompje wordt niet groter!
eicel  
(23 chr)
bevruchte eicel 
(46 chr)
zaadcel 
(23 chr)

Slide 4 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Menstruatiecyclus

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zwangerschap

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

menstruatiecyclus
Zwangerschap

Slide 7 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bevruchting en innesteling

Slide 8 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Foetus
  • Embryo weegt 2 gram
  • Maand 3:  foetus
  • 5 cm en 28 gram 
                 naar 
    50 cm en 3400 gram

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 10 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Placenta
  • Via de placenta kunnen ook schadelijke stoffen bij het embryo komen, zoals nicotine, alcohol, drugs en medicijnen.

  • Ook sommige ziekteverwekkers kunnen via de placenta bij het embryo komen.

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 12 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Navelstreng 
  • Verbinding embryo en placenta
  • Weefsel van het embryo
  • 3 bloedvaten die stoffen vervoeren

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Navelstreng
  • 2 Navelstrengslagaders : vervoer van  koolstofdioxiode en andere afvalstoffen

  • 1 Navelstrengader: vervoer van  zuurstof en andere voedingsstoffen

Slide 14 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 15 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Vruchtwater 
Vruchtwater beschermt de baby tegen:
  • stoten
  • temperatuurschommelingen
  • uitdroging




Om het vruchtwater heen zitten vruchtvliezen
Einde van de zwangerschap minder vruchtwater en vliezen gaan breken

Slide 16 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
Maken opdrachten b4 bevruchting en zwangerschap: 
Kennis: 1 & 2  blz 104
Inzicht: 5 & 6 blz 105


Verdieping
Opdr 9 

Slide 17 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Planning 8e lesuur
  • Zit je in de Lesson Up?
  • Leerdoelen
  • Uitleg tweelingen
  • Opdracht in tweetallen
  • Afsluiting: checkvragen en huiswerk

Slide 18 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Leerdoelen

Aan het einde van de les kun je:


  • beschrijven hoe eeneiige en twee-eiige tweelingen ontstaan
  • beschrijven wat een siamese tweeling is en hoe deze kan ontstaan





Slide 19 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 20 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 21 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Wat is een siamese tweeling?

Slide 22 - Woordweb

Korte uitleg: Een siamese tweeling is een speciale vorm van een eeneiige tweeling , waarbij het embryo niet volledig splitst. Dit leidt ertoe leidt dat de tweelingen fysiek met elkaar verbonden blijven. Siamese tweelingen ontstaan wanneer de splitsing van het embryo te laat plaatsvindt (meestal na dag 12).
Verschillende soorten Siamese tweelingen
Borstkas
Onderrug
Onderbuik
Hoofd

Slide 23 - Tekstslide

Afhankelijk van waar de lichamen verbonden zijn (bijv. hoofd, borst, buik).
Verbonden aan de borstkas. Dit is het meest voorkomende type en komt voor bij ongeveer 40% van alle siamese tweelingen. Ze delen vaak het hart en soms ook andere organen in de borstkas.
Verbonden aan de onderbuik. Ze delen meestal organen in de buikholte, zoals de lever, maar hun hart is meestal afzonderlijk. Dit type komt voor bij ongeveer 30% van de siamese tweelingen.
Verbonden aan de onderrug of het heiligbeen. Ze delen soms het onderste deel van het ruggenmerg, maar hebben meestal aparte organen en ledematen. Ongeveer 20% van de siamese tweelingen heeft deze verbinding.
 Dit is een zeldzaam type waarbij de tweelingen aan het hoofd zijn verbonden. Ze delen soms delen van de hersenen en het schedeldak. Dit type verbinding komt voor bij minder dan 2% van de siamese tweelingen.
Verschillende soorten Siamese tweelingen

Slide 24 - Tekstslide

Afhankelijk van waar de lichamen verbonden zijn (bijv. hoofd, borst, buik).
Siamese tweelingen: Chenelva en Sheneeva

Slide 25 - Tekstslide

Afhankelijk van waar de lichamen verbonden zijn (bijv. hoofd, borst, buik).
Onze siamese tweeling: 
beschrijf en teken je eigen siamese tweeling
Wat? Je beschrijft en tekent je eigen siamese tweeling

Naam en achtergrondverhaal: Bedenk namen voor jullie tweeling en een kort verhaal over hun levens.

Type verbinding: Waar zijn ze precies verbonden? (bijvoorbeeld bij de borstkas of het hoofd).

Kenmerken en uitdagingen: Beschrijf drie uitdagingen die deze tweeling in het dagelijks leven tegenkomt door hun fysieke verbondenheid.

Tekening: Teken de tweeling met de gekozen verbinding en eventueel belangrijke kenmerken.

VERDIEPING:  Hoe zou een medische ingreep de tweeling kunnen helpen? Denk na over welke organen of lichaamsdelen mogelijk gescheiden moeten worden.

VERDIEPING: Hoe zou een medische ingreep de tweeling kunnen helpen? Denk na over welke organen of lichaamsdelen mogelijk gescheiden moeten worden.

Slide 26 - Tekstslide

Presentatie en Reflectie (10 minuten)

Presentaties: Laat enkele tweetallen hun siamese tweeling aan de klas presenteren en beschrijf kort de kenmerken, verbinding en uitdagingen.
Reflectievragen:
Wat lijkt jullie het meest uitdagend aan het leven als siamese tweeling?

Wat denken jullie dat het effect is van de verbondenheid op de band tussen tweelingen?

Slide 27 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Slide 28 - Video

Deze slide heeft geen instructies

Is een siamese tweeling een eeneiige of tweeeiige tweeling? Leg uit waarom dat zo is.

Slide 29 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Kan een siamese tweeling uit een jongen en meisje bestaan? Leg uit waarom wel/ niet?

Slide 30 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Huiswerk in SOM
Maken opdrachten b4 bevruchting en zwangerschap: 

Inzicht: 9 & 10




Slide 31 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag
Maken opdrachten b4 bevruchting en zwangerschap: 

Kennis: 3
Inzicht: 11




Slide 32 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bij geslachtsgemeenschap komen de zaadcellen eerst in de _______ en gaan via de __________ naar de eileiders. In een _________ kan een eicel worden bevrucht door een ___________ . Bij bevruchting ____________ de kern van een zaadcel met de _______________ van een _________ . Er ontstaat dan een _____________ eicel. Als de eicel niet wordt bevrucht, gaat hij binnen een dag dood.
 
.
eicel
Vagina
Baarmoeder
eileider
Zaadcel
Versmelt
Kern
Bevruchte

Slide 33 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

afvalstoffen
foetus
navelstreng
placenta
voedingstoffen
zuurstof

Slide 34 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

SLEEP DE BESCHRIJVINGEN NAAR HET JUISTE BEGRIP
Placenta
Vruchtwater
Baarmoeder-
slijmvlies
Navelstreng
Bevat bloed van het moeder en bloed van het embryo
Beschermt het embryo tegen o.a. schokken en uitdroging
Hierdoor stroomt alleen bloed van het embryo (niet van de moeder)
Dit zorgt in de eerste weken van de zwangerschap voor zuurstof en voedingsstoffen

Slide 35 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke (slag)ader vervoert wat in de navelstreng?

1
2
A gaat richting placenta
B is richting embryo/foetus
zuurstof
voedingsstoffen
afvalstoffen

Slide 36 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar vind de bevruchting plaats?
A
Baarmoeder
B
Eierstok
C
Vagina
D
Eileider

Slide 37 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Waar vind de bevruchting plaats?
A
Baarmoeder
B
Eierstok
C
Vagina
D
Eileider

Slide 38 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Hoeveel zwangerschappen eindigen in een miskraam?

Slide 39 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg uit hoe een baby voeding krijgt tijdens de zwangerschap.

Slide 40 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Welke stoffen gaan er door de navelstrengslagader en de navelstrengader. 

Slide 41 - Sleepvraag

Deze slide heeft geen instructies

Leg het verschil uit tussen een eeneiige tweeling en een twee-eiige tweeling.

Slide 42 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies

Zelf aan de slag:


  • Basisstof 4 Bevruchting en zwangerschap: Maken opdracht 1&2 + 5&6 online
  
  • Extra uitleg

KLAAR?

  • Maak online de Test Jezelf van basisstof  4 
  • Maak een samenvatting van b4 

Slide 43 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies


Na de uitleg wil ik ....
Nog meer uitleg over chromosomen en DNA, want ik heb het niet helemaal begrepen
De kennis en inzicht opdrachten maken
De inzicht opdrachten maken en daarna de Test Jezelf
De Test Jezelf maken en daarna verdiepen
De Test Jezelf maken en daarna verder met de nieuwe basisstof

Slide 44 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Heb je onderstaand leerdoel behaald?
Ik kan de kenmerken van chromosomen beschrijven.

😒🙁😐🙂😃

Slide 45 - Poll

Deze slide heeft geen instructies

Verdieping: extra vlieguren
Kies uit het volgende om de stof beter te begrijpen:

  • + 6 blz 30 boek
  • Maak de Extra opdrachten 'biologie voor jou' online
  • Flitskaarten

Slide 46 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Door onderzoek van de chromosomen kan worden vastgesteld of
een embryo een jongen of een meisje is.
Leg uit hoe je aan de chromosomen kunt zien dat het embryo een
jongen is. (examen 2021)

Slide 47 - Open vraag

Deze slide heeft geen instructies