Staatsrecht les 6

Staatsrecht
Les 6
1 / 13
volgende
Slide 1: Tekstslide

In deze les zitten 13 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

Onderdelen in deze les

Staatsrecht
Les 6

Slide 1 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Bespreken huiswerk
Opdracht 1: Ombudsman
Vragen 1-5 Test je kennis

Slide 2 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Wetten
Wetten zijn algemeen verbindende voorschriften: regels, die dus voor iedereen gelden 

Wet in formele zin: gemaakt door regering en Staten-Generaal
bijv. Grondwet, Wetboek van Strafrecht, Burgerlijk Wetboek
Wet in materiële zin: gemaakt door andere wetgevers
bijv. APV van de gemeente Eindhoven

Slide 3 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Slide 4 - Tekstslide

De wet=wet in formele zin;

Let op: in Nederland is dus de machtenscheiding niet zo strikt als deze ooit door Montesquieu is bedacht.
Opdrachten
Maak opdracht 3
Maak opdracht 4

Slide 5 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hiërarchie van wetten
3 uitgangspunten:
1. Hoog gaat voor laag
2. Nieuw gaat voor oud
3. Bijzonder gaat voor algemeen

Slide 6 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Hoog voor laag

Slide 7 - Tekstslide




Let op: constitutioneel toetsingsverbod: wetten in formele zin mogen niet worden getoetst aan de Grondwet, art. 120 GW
In de APV van de gemeente Eindhoven wordt opgenomen dat je niet meer met een hoofddoek op straat mag rondlopen om de integratie tussen burgers te bevorderen.
In de Grondwet staat dat iedereen het recht heeft zijn godsdienst vrij te belijden.
Welke regel gaat voor?
A
De APV
B
De Grondwet

Slide 8 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Nieuw voor oud
Regel: nieuwe wetgeving gaat vóór oude wetgeving, bijv:
nieuwe regels over alimentaite in het BW. De oude regel geldt dan niet meer!
Uitzondering: in het strafrecht heb je bijv. een andere regel:
als na het plegen van een feit (maar vóór de strafoplegging) een strengere wet komt, dan wordt die nieuwe strengere wet nog niet toegepast! (strafrechtelijk legaliteitsbeginsel)

Slide 9 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Voor 1 januari 2018 trouwde men wettelijk in de algehele gemeenschap van goederen. Alle schulden en vermogen van de echtgenoten werd van hen samen.
Sinds 1 januari 2018 trouwt men wettelijk in de beperkte gemeenschap van goederen: alles wat je tijdens het huwelijk krijgt, wordt van beide echtgenoten samen.
Als je vandaag trouwt, hoe zit het dan?
A
Dan geldt: alle schulden en vermogen wordt van samen
B
Dan geldt: alles wat je tijdens het huwelijk krijgt, wordt van samen.

Slide 10 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Bijzonder voor algemeen
Vooral in het bestuursrecht:
Algemene wet bestuursrecht: algemene rechtsregels voor alle bestuursrechtelijke deelgebieden (paspoorten, vreemdelingen, ruimtelijke ordening, studiefinanciering, rijbewijzen ezv.), bijv. de indieningstermijn voor een bezwaarschrift van 6 weken, art. 6:7 Awb.  
Bijzondere wetgeving: in wetten die specifiek voor een bepaald bestuursrechtelijk rechtsgebied zijn gemaakt, kunnen afwijkende regels staan, bijv. art. 69 Vw 2000: 4 weken

Slide 11 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies

Ellen is het niet eens met het besluit van DUO dat zij geen aanvullende beurs krijgt.
Binnen hoe veel weken moet zij haar bezwaar indienen?

(noot: er is geen bijzondere regel van toepassing)
A
4 weken
B
6 weken
C
8 weken

Slide 12 - Quizvraag

Deze slide heeft geen instructies

Opdrachten
Maak nu opdracht 5
Maak nu opdracht 6

Slide 13 - Tekstslide

Deze slide heeft geen instructies