Wat is LessonUp
Zoeken
Kanalen
Inloggen
Registreren
‹
Terug naar zoeken
must should have to
Must/ should/ have to
Must
betekent moeten. Je gebruikt het als
jijzelf vindt
dat iets wel of niet moet.
You must eat healthy food.
Should
betekent
zou moeten
He should see that movie, it’s great!
1 / 13
volgende
Slide 1:
Tekstslide
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
In deze les zitten
13 slides
, met
interactieve quizzen
en
tekstslides
.
Lesduur is:
30 min
Start les
Bewaar
Deel
Printen
Onderdelen in deze les
Must/ should/ have to
Must
betekent moeten. Je gebruikt het als
jijzelf vindt
dat iets wel of niet moet.
You must eat healthy food.
Should
betekent
zou moeten
He should see that movie, it’s great!
Slide 1 - Tekstslide
Must should have to
Als je vindt dat iets juist
niet moet of zou moeten,
gebruik je
mustn’t en shouldn’t.
They shouldn’t be scared, it will be all right.
He mustn’t say those things, it’s mean.
Slide 2 - Tekstslide
must should have to
To have to
betekent ook moeten. Je gebruikt have to en has to om aan te geven dat
iemand anders vindt dat iets moet.
You have to go to bed at 9.30. Mum said so.
Everybody has to pay taxes, it’s the law.
Slide 3 - Tekstslide
Pay attention
Let op! Als je have to in
ontkennende zinnen
gebruikt
verandert de betekenis van moeten in
niet hoeven.
Daarmee
geef je aan dat er geen verplichting is.
Fred doesn’t have to take his medication anymore. He’s
healthy.
Slide 4 - Tekstslide
Exercise must should have to
a) bepaal eerst wie er vindt dat iets moet: jij of iemand anders
b) vul dan een vorm in van: must, should of have to.
Slide 5 - Tekstslide
My dad said I...... take my brother to the mall.
A
have to
B
should
C
had to
D
must
Slide 6 - Quizvraag
You....... swear, it’s not polite.
A
shouldn't
B
don't have to
C
must
D
doesn't have to
Slide 7 - Quizvraag
Susan..... pay her bills. Or she will go to prison.
A
have to
B
doesn't have to
C
shouldn't
D
has to
Slide 8 - Quizvraag
Alice........ touch that, it’s dirty.
A
shouldn't
B
don't have to
C
must
D
doesn't have to
Slide 9 - Quizvraag
You really...... call me back, it’s important!
A
shouldn't
B
have to
C
mustn't
D
doesn't have to
Slide 10 - Quizvraag
Bob........ go to school anymore. He has his diploma.
A
has to
B
should
C
doesn't have to
D
mustn't
Slide 11 - Quizvraag
We........ watch TV all day. The sun is out!
A
must
B
has to
C
had to
D
shouldn't
Slide 12 - Quizvraag
It was weekend so I ......get up early.
A
don't have to
B
didn't have to
C
shouldn't
D
mustn't
Slide 13 - Quizvraag
Meer lessen zoals deze
2HC RELATIVE PRONOUNS/MUST SHOULD HAVE TO
December 2022
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
have to - should - must class 2
December 2022
- Les met
15 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Recap Should, must, have to
Januari 2022
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
Recap Should, must, have to
April 2024
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
vwo
Leerjaar 2
VW2 Must/Should/Have to
Januari 2023
- Les met
26 slides
Engels
Middelbare school
havo
Leerjaar 2
Modal verbs
Maart 2021
- Les met
16 slides
Engels
Middelbare school
havo, vwo
Leerjaar 2
Modals should, must & have to
Februari 2024
- Les met
20 slides
Engels
Middelbare school
vmbo g, t, mavo, havo
Leerjaar 2
2T. Ch2. Grammar - modals
November 2022
- Les met
14 slides
Engels
Middelbare school
vmbo t
Leerjaar 2