Spreken is zilver, zwijgen is goud

Taal - Introductie woorden thema 6
Aan het einde van de les ken je zes nieuwe woorden.
1 / 12
volgende
Slide 1: Tekstslide
NederlandsBasisschoolGroep 6

In deze les zitten 12 slides, met tekstslides.

time-iconLesduur is: 30 min

Onderdelen in deze les

Taal - Introductie woorden thema 6
Aan het einde van de les ken je zes nieuwe woorden.

Slide 1 - Tekstslide

Opdracht
1. Denken (1 min.)
Bedenk voor jezelf wat dit spreekwoord zou kunnen betekenen.
2. Delen (2 min.)
Bespreek dat wat je bedacht hebt met je buurman of buurvrouw. Kom samen tot één antwoord/uitleg.
3. Uitwisselen
Antwoorden klassikaal bespreken.
timer
3:00

Slide 2 - Tekstslide

Kun je ook iets zeggen 
zonder te praten?

Slide 3 - Tekstslide

Kun je ook iets zeggen 
zonder te praten?
Ja!

Slide 4 - Tekstslide

Verbale en non-verbale communicatie

Slide 5 - Tekstslide

Verbale en non-verbale communicatie
Verbale communicatie = 
communicatie door middel van woorden

Slide 6 - Tekstslide

Verbale en non-verbale communicatie
Verbale communicatie = 
communicatie door middel van woorden


Non-verbale communicatie =
communicatie zonder woorden

Slide 7 - Tekstslide

Verbale en non-verbale communicatie
Verbale communicatie = 
communicatie door middel van woorden
Dat wat je zegt

Non-verbale communicatie =
communicatie zonder woorden

Slide 8 - Tekstslide

Verbale en non-verbale communicatie
Verbale communicatie = 
communicatie door middel van woorden
Dat wat je zegt

Non-verbale communicatie =
communicatie zonder woorden
Bijvoorbeeld: lichaamstaal, oogcontact, kleding en geluiden

Slide 9 - Tekstslide

Verbale en non-verbale communicatie
Verbale communicatie = 
communicatie door middel van woorden
Dat wat je zegt

Non-verbale communicatie =
communicatie zonder woorden
Bijvoorbeeld: lichaamstaal, oogcontact, kleding en geluiden
Gaat van nature (gaat vanzelf, heb je niet hoeven leren)

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht
Maak van het stapeltje strookjes op je tafel een overzicht.
Bovenaan komt "Communicatie" te staan en
onder "Communicatie" de twee soorten communicatie.
De rest van de strookjes leg je onder de soort waar ze bij horen.

Je mag overleggen met je buurman/buurvrouw
en je hebt 5 minuten de tijd.

timer
5:00

Slide 11 - Tekstslide

Test jezelf
1
de communicatie
A
communicatie zonder woorden
2
verbale communicatie
B
iets wat vanzelf gaat, wat je niet hebt hoeven leren
3
non-verbale communicatie
C
het is goed als je je mond durft open te doen, maar soms is het verstandiger om even niets te zeggen
4
van nature
D
communicatie door middel van woorden
5
het oogcontact
E
het delen van gedachten, ideeën en informatie
6
spreken is zilver, 
zwijgen is goud
F
de band die je (even) met iemand hebt als je elkaar in de ogen kijkt

Slide 12 - Tekstslide