Transformator

Quiz Transformator
Je hebt net al de uitleg gehad, nu gaan we het toepassen!
1 / 14
volgende
Slide 1: Tekstslide
Natuurkunde / ScheikundeMiddelbare schoolvmbo k, g, t, mavo, havo, vwoLeerjaar 3,4

In deze les zitten 14 slides, met interactieve quizzen en tekstslides.

time-iconLesduur is: 15 min

Onderdelen in deze les

Quiz Transformator
Je hebt net al de uitleg gehad, nu gaan we het toepassen!

Slide 1 - Tekstslide

Een transformator heeft twee spoelen.
A
juist
B
onjuist

Slide 2 - Quizvraag

Waaraan herken je de primaire spoel van de transformator?
A
Dat is de linker spoel
B
Dat is de rechter spoel
C
Die is aangesloten op de spanningsbron
D
Dat is de spoel met de meeste windingen

Slide 3 - Quizvraag

Wat weet je over een transformator die de spanning naar beneden brengt?
A
De primaire spoel heeft meer windingen dan de secundaire spoel
B
De secundaire spoel heeft meer windingen dan de primaire spoel

Slide 4 - Quizvraag

Wat is de functie van een transformator / telefoonstekker?
A
Deze zet de stroom van hoog naar een lagere Voltage om
B
De zet de stroom van een lagere naar een hogere Voltage om
C
Om te zorgen dat de telefoon word geladen
D
Deze zorgt voor extra / noodstroom

Slide 5 - Quizvraag

Vergelijk de spanningen op de primaire spoel met de secundaire spoel. Kies of de spanning omhoog of omlaag wordt getransformeerd als
Omhoog
Omlaag
Up = 230 V en Us = 380 V
Up = 230 V en Us = 5 V
Up = 230 V en Us = 12 V 
Up = 230 V en Us = 100 000 V

Slide 6 - Sleepvraag

Wat blijft er gelijk bij een ideale transformator
A
De spanning
B
De stroomsterkte
C
Het vermogen
D
De weerstand

Slide 7 - Quizvraag

Na de elektriciteitscentrale, de masten en de transformatorstation, gaat de elektriciteit naar een transformatorhuisje in de wijk. In hoeveel Volt wordt de elektriciteit daar omgezet?
A
10.000 V
B
360.000 V
C
230 V

Slide 8 - Quizvraag

In wat voor apparaat zit een kleine transformator?
A
Adapter
B
Batterij
C
Stopcontact
D
spanningsmeter

Slide 9 - Quizvraag

Wat geldt er bij een niet-ideale transformator?
A
Het primair vermogen is hoger dan het secundair vermogen
B
Het primair vermogen en het secundair vermogen zijn gelijk
C
Het primair vermogen is lager dan het secundair vermogen

Slide 10 - Quizvraag

Een vogel kan op een hoogspanningskabel zitten omdat?
A
vogels niet dood gaan van 380000V
B
vogels kunnen vliegen
C
geen verbinding hebben met de aarde

Slide 11 - Quizvraag

De hoogspanning van 380.000 Volt
wordt omlaag gebracht naar
10.000 Volt met behulp van een.......
A
condensator
B
transformator
C
generator
D
ventilator

Slide 12 - Quizvraag

Waarom hebben we hoogspanning?
A
Omdat de kabels zo hoog hangen
B
Zodat er minder energie (warmte) verlies is
C
Om een hoge weerstand te krijgen
D
Dan gaat de stroom sneller

Slide 13 - Quizvraag

Dit was het dan weer
Tot de volgende keer

Slide 14 - Tekstslide