Hieronder volgen acht uitspraken over de standensamenleving. Kruis de vijf uitspraken aan die waar zijn.[ x ] Bisschoppen, monniken en kardinalen zijn voorbeelden van functies van geestelijken.
[ x ] Rijke burgers woonden in de steden.
[ x ] De adel nam op den duur een minder belangrijke plaats in de adviesraden van de koning in.
[ x ] In veel steden kregen rijke stedelingen in de loop van de tijd meer inspraak in het stadsbestuur.
[ x ] Ambachtslieden en handelaren zijn voorbeelden van beroepen die tot de derde stand behoorden.