H4.4 Ancien Regime

1 / 28
volgende
Slide 1: Tekstslide
GeschiedenisMiddelbare schoolhavoLeerjaar 2

In deze les zitten 28 slides, met tekstslides en 2 videos.

time-iconLesduur is: 90 min

Onderdelen in deze les

Slide 1 - Tekstslide

Slide 2 - Video

Opdracht 51
Hieronder volgen acht uitspraken over de standensamenleving. Kruis de vijf uitspraken aan die waar zijn.
[ x ] Bisschoppen, monniken en kardinalen zijn voorbeelden van functies van geestelijken.
[ x ] Rijke burgers woonden in de steden.
[ x ] De adel nam op den duur een minder belangrijke plaats in de adviesraden van de koning in.
[ x ] In veel steden kregen rijke stedelingen in de loop van de tijd meer inspraak in het stadsbestuur.
[ x ] Ambachtslieden en handelaren zijn voorbeelden van beroepen die tot de derde stand behoorden.

 

Slide 3 - Tekstslide

Slide 4 - Video

Opdracht 52
Vul aan.
De eerste stand bestaat uit
Het is logisch dat zij in die tijd de eerste stand waren,




 

Slide 5 - Tekstslide

Opdracht 52
Vul aan.
De eerste stand bestaat uit de geestelijkheid.
Het is logisch dat zij in die tijd de eerste stand waren, omdat het geloof toen heel belangrijk was. Er moest dus in de eerste plaats voor het geloof gezorgd worden.





 

Slide 6 - Tekstslide

Opdracht 53
Op bron 14 zijn de drie standen afgebeeld. Hoe kun je iedere stand op de afbeelding herkennen? Beschrijf de standen aan de hand van de bron.
Eerste stand :
Tweede stand :
Derde stand :






 

Slide 7 - Tekstslide

Opdracht 53
Op bron 14 zijn de drie standen afgebeeld. Hoe kun je iedere stand op de afbeelding herkennen? Beschrijf de standen aan de hand van de bron.
Eerste stand : Lang gewaad, baard, boordje en hoge muts: de geestelijkheid.
Tweede stand : Mooie jas met versieringen, hoed met pluim, zwaard, laarzen: de adel.
Derde stand : Niet zo’n mooie hoed, wel nette kleren, geen zwaard, ligt onder een steen: de burgerij.






 

Slide 8 - Tekstslide

Opdracht 54
Wat valt op aan de kleding van de derde stand?
De kleding van de derde stand is slecht: de kleding is versleten en minder mooi dan die van de twee andere standen.







 

Slide 9 - Tekstslide

Slide 10 - Tekstslide

Opdracht 55
Kun je de koning ook indelen bij een bepaalde stand? Leg je antwoord uit.








 

Slide 11 - Tekstslide

Opdracht 55
Kun je de koning ook indelen bij een bepaalde stand? Leg je antwoord uit.
De koning kun je indelen bij de tweede stand, want hij is van adel.
Maar hij neemt echter een speciale positie (absolutisme) in, staat boven alle partijen (net als bij de Egyptenaren, de farao).









 

Slide 12 - Tekstslide

Slide 13 - Tekstslide

Slide 14 - Tekstslide

Slide 15 - Tekstslide

Slide 16 - Tekstslide

Slide 17 - Tekstslide

Slide 18 - Tekstslide

Slide 19 - Tekstslide

Slide 20 - Tekstslide

Slide 21 - Tekstslide

Slide 22 - Tekstslide

Slide 23 - Tekstslide

Slide 24 - Tekstslide

Slide 25 - Tekstslide

Slide 26 - Tekstslide

Slide 27 - Tekstslide

Slide 28 - Tekstslide